Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Beckerman en Jasper van Dijk over huurtoeslag en het minimumloon
Vragen van de leden Beckerman en Jasper vanDijk (beiden SP) aan de Ministers voor Milieu en Wonen en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over huurtoeslag en het minimumloon (ingezonden 11 november 2019).
Antwoord van Minister Van Veldhoven-Van der Meer (Milieu en Wonen), mede namens de
Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ontvangen 29 november 2019).
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de tweedeling in het huidige systeem van de huurtoeslag, namelijk
dat de huurgrens voor huurtoeslag ongeveer 300 euro per maand lager is voor mensen
tussen de 18 en 23 jaar, dan voor mensen van 23 jaar en ouder?1
Antwoord 1
Ja, waarbij op te merken valt dat de lage huurgrens niet voor alle huishoudens jonger
dan 23 geldt. Voor jongere huishoudens waarbij de toeslagontvanger of medebewoner
de woning deelt met een (pleeg)kind, of als er een bewoner gehandicapt is, geldt de
hoge huurgrens.
Vraag 2
Klopt het dat de lagere maximumgrens voor de kale huur gekoppeld is aan de leeftijd
van het minimumloon? Zo ja, kunt u verklaren waarom de huidige leeftijdsgrens voor
het volledig minimumloon op 21 jaar ligt, maar dat deze leeftijdsgrens niet geldt
bij de voorwaarden van de huurtoeslag?
Antwoord 2
Nee, deze grens is niet gekoppeld aan de leeftijd van het minimumloon. Het gaat hierbij
overigens niet om de kale huur maar om de rekenhuur.
Vraag 3
Hoeveel mensen zijn er die tussen de 21 en 23 jaar oud zijn, een huurprijs betalen
van 424,44 euro of meer en daardoor geen huurtoeslag ontvangen? En hoeveel huurtoeslag
lopen zij nu in totaal mis op jaarbasis?
Antwoord 3
Uit het Woononderzoek 2018 is af te leiden dat dit circa 14 duizend huurders tussen
21 en 23 jaar, met een huurprijs tussen de 424,44 euro en de maximale huurtoeslaggrens
betreft. Wanneer zij wel recht hadden gehad op huurtoeslag, zouden zij met hun huidige
huur gezamenlijk circa 37 miljoen euro aan huurtoeslag hebben gekregen.
Vraag 4
Hoeveel mensen zijn er die tussen de 18 en 23 jaar oud zijn, een huurprijs betalen
van 424,44 euro of meer en daardoor geen huurtoeslag ontvangen? En hoeveel huurtoeslag
lopen zij nu in totaal mis op jaarbasis?
Antwoord 4
Dit betreft circa 21 duizend huurders tussen 18 en 23 jaar oud met een huurprijs tussen
de 424,44 euro en de maximale huurtoeslaggrens. Wanneer zij wel recht hadden gehad
op huurtoeslag, zouden zij met hun huidige huur gezamenlijk circa 56 miljoen euro
aan huurtoeslag hebben gekregen.
Vraag 5 en 6
Bent u bereid deze mensen, die aantoonbaar huurtoeslag zijn misgelopen omdat de aan
de leeftijd gekoppelde huurgrens in de huurtoeslag niet overeenkomt met de leeftijd
van het minimumloon, te compenseren? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn?
Per wanneer gaat u de leeftijd van 23 jaar bij de huurgrens van de huurtoeslag verlagen
naar de leeftijd van 18 jaar, aangezien dit de leeftijd is waarop mensen als volwassen
worden beschouwd, zowel juridisch als voor verschillende verplichtingen van de overheid,
zoals bijvoorbeeld het hebben van een zorgverzekering? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 5 en 6
De lagere huurgrens onder 23 jaar is bewust gekozen vanuit de gedachte dat jongeren
nog aan het begin staan van hun wooncarrière en door hun gezinssituatie ook goed kunnen
volstaan met een kleinere, goedkopere woning of een onzelfstandige kamer. Bij een
verhoging van de huurgrens vanaf 21, of vanaf 18 jaar zal er vermoedelijk een opwaarts
effect op de huurprijzen zijn, omdat verhuurders hogere huurprijzen kunnen gaan vragen.
Op dit moment vragen bijvoorbeeld verhuurders van zelfstandige studentenwoningen vaak
een huurprijs vrijwel op de nu geldende maximale huurgrens. De huurgrens blijkt in
de huurstelling te werken als focuspunt. Het verhogen van de maximale huurgrens voor
jongeren zou niet alleen leiden tot een extra stijging van de uitgaven huurtoeslag,
maar ook tot effecten op de betaalbaarheid voor deze jongeren, omdat deze huurverhoging
niet volledig met de huurtoeslag zal worden gecompenseerd.
De hogere kosten huurtoeslag worden, afhankelijk van de mate waarin verhuurders de
prijzen gaan verhogen, in de situatie dat de verhoging van de huurgrens geldt vanaf
21 jaar geschat op 50 à 60 miljoen euro en in de situatie dat de verhoging van de
huurgrens geldt vanaf 18 jaar op 90 à 100 miljoen euro.
Alles overziend is er op dit moment geen aanleiding om de leeftijdsgrens van 23 jaar
te verlagen.
Vraag 7
Deelt u de mening dat alle volwassenen als volwassenen behandeld moeten worden? Zo
nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid het volledig wettelijk minimumloon voor 18-
jarige te laten gelden?
Antwoord 7
De Minister van SZW heeft in antwoord op Kamervragen van het Lid Gijs van Dijk (PvdA),
ingezonden op 26 maart 2019, geantwoord dat de regering recentelijk de minimumjeugdlonen
heeft verhoogd en op dit moment niet voornemens is deze verder te verhogen. In zijn
antwoorden geeft hij het volgende aan:
In 2017 is de eerste stap gezet met het verlagen van de leeftijd voor volledig minimumloon
van 23 naar 22 jaar in 2017 en 1 juli 2019 is deze verder verlaagd naar 21 jaar. Ook
zijn de percentages voor 18- tot 21-jarigen in 2017 verhoogd en zijn deze per 1 juli
2019 opnieuw verhoogd. Hiertoe is besloten omdat het kabinet erkende dat de sociaaleconomische
en maatschappelijke positie van jongeren ten opzichte van de periode waarin de laatste
wijziging van het minimumjeugdloon werd doorgevoerd, veranderd was.
De Minister gaf aan terughoudend te zijn met het verder verhogen of zelfs afschaffen
van het minimumjeugdloon, omdat het CPB bij een substantiële verhoging van het wettelijk
minimumjeugdloon een vermindering van werkgelegenheid voor jongeren verwacht. Daarnaast
wordt door het verhogen van het minimumjeugdloon de optie scholing mogelijk minder
aantrekkelijk. Dit kan jongeren richting de arbeidsmarkt trekken op het moment dat
ze anders verdere scholing hadden gevolgd. Ook dit is een ongewenst effect van een
grote verhoging van het minimumjeugdloon.
De regering is van mening nu een balans te hebben gevonden tussen een verhoging van
het minimumjeugdloon en de potentieel negatieve gevolgen van een verdere verhoging.
Daarbij is het relevant te vermelden dat ouders in Nederland onderhoudsplichtig zijn
totdat hun kind 21 jaar wordt. Dit betekent dat zij er verantwoordelijk voor zijn
dat het kind onderdak, kleding, voeding, scholing en medische hulp krijgt. Het is
volgens het kabinet logisch om bij deze bestaande grens aan te sluiten. Een volledige
afschaffing van het minimumjeugdloon ligt daarom op dit moment niet voor de hand.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, minister voor Milieu en Wonen -
Mede namens
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.