Schriftelijke vragen : Nederlands vetorecht in geval van inzet kernwapens
Vragen van het lid Karabulut (SP) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Defensie over Nederlands vetorecht in geval van inzet kernwapens (ingezonden 21 november 2019).
Vraag 1
Is het bericht juist dat Nederland geen vetorecht heeft in geval de VS besluit tot
inzet van kernwapens?1
Vraag 2
Bent u bereid alsnog een vetorecht te eisen bij de Amerikanen over de inzet van kernwapens
die in beheer zijn van de Nederlandse krijgsmacht? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Op welke wijze is het juridisch vastgelegd dat Nederlandse militairen, piloten en
ondersteunend personeel worden ingezet bij de uitvoering van de Amerikaanse beslissing
tot de inzet van het kernwapen? Kunt u de overeenkomst met de Amerikaanse regering
ter inzage aan de Kamer beschikbaar stellen?
Vraag 4
Hebt u kennis genomen van het artikel «Mijn job? Atoombommen onder straaljagers hangen»,
waarin een Belgische ex-militair vertelt over zijn werk op vliegbasis Kleine Brogel,
waar dezelfde soort kernwapens liggen als in Volkel?2 Kunt u bevestigen dat de procedures in Volkel vergelijkbaar zijn? Zo nee, hoe zijn
of waren de procedures in Volkel?
Vraag 5
Bestaat er een specifieke regeling voor Nederlands militair personeel om af te zien
van de uitvoering van het bevel tot afvuren van kernwapen? Zo nee, waarom niet? Zo
ja, kunt de tekst daarvan met de Kamer delen? Deelt u de opvatting dat een dergelijk
gewetens- of politiek bezwaar dient te worden gehonoreerd? Zo nee, waarom niet?
Vraag 6
Is het juist dat Amerikaanse troepen de leiding hebben bij de uitvoering van veiligstellen
bij een ongeval met een kernwapen in Nederland? Zo nee, hoe is deze situatie dan geregeld?
Vraag 7
Is het juist dat er een verdrag ten grondslag ligt aan de regeling van het Amerikaans
bewind bij gevolgen van een kernongeval en dat dit verdrag de «Agreement between the
Government of of the Kingdom of the Netherlands and the Government of the United States
of America for Responding to an Occurrence in the Netherlands involving U.S. Nuclear
Weapons or Nuclear Component» heet? Is het juist dat het in 1992 is overeengekomen?3 Bent u bereid dit verdrag aan de Kamer te sturen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 8
Op welke wijze was de organisatie van rampenbestrijding in geval van een kernongeval
geregeld vóór 1992?
Vraag 9
Bent u bereid de B-61-11 niet te vervangen als deze voor vernieuwing c.q. modernisering
naar Amerika worden gestuurd?4
Vraag 10
Bent u bereid de antwoorden op deze vragen vóór het Algemeen Overleg van 12 december
2019 over het kernwapenbeleid aan de Kamer te sturen?
Indieners
-
Gericht aan
A.Th.B. Bijleveld-Schouten, minister van Defensie -
Gericht aan
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken -
Indiener
S. Karabulut, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.