Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Wörsdörfer over het bericht 'Stichting tegen kindermishandeling gebruikte subsidie voor spirituele workshops'
Vragen van het lid Wörsdörfer (VVD) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Stichting tegen kindermishandeling gebruikte subsidie voor spirituele workshops» (ingezonden 23 oktober 2019).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 18 november
2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Stichting tegen kindermishandeling gebruikte subsidie
voor spirituele workshops»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 & 3
Klopt het dat de stichting No Kidding 16.000 euro subsidie heeft ontvangen? Zo ja,
voor welk doel heeft de stichting No Kidding subsidie ontvangen?
In hoeverre strookt het doel van de verkregen subsidie met het door de stichting No
Kidding opgezette programma?
Antwoord 2 & 3
In mei 2019 heeft Stichting No Kidding een voorschot van € 16.000, van een subsidie
van € 20.000, ontvangen van ZonMw voor het project «Inzet ervaringsdeskundigen tijdens
casusbespreking en curriculumontwikkeling met professionals». De subsidie is onderdeel
van het Actieprogramma Lokale Initiatieven voor mensen met verward gedrag (AVG) van
ZonMw en is toegekend in de ronde «Kleinschalige initiatieven door ervaringsdeskundigen».
Deze ronde is bedoeld voor projecten waarin op kleine schaal in de gemeente, buurt
of instelling projectmatig begeleiding en ondersteuning wordt geboden aan (ex-) ggz-patiënten
door de inzet van ervaringsdeskundigen. Het doel van deze subsidieoproep is om de
inzet van ervaringsdeskundigen in de ggz te ondersteunen.
Stichting No Kidding heeft het voorschot ontvangen op basis van een positieve beoordeling
in het aanvraagproces. Het doel van het project was om ervaringsdeskundigen in te
zetten in het professionele werkveld. Uit recent onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut
bleek dat er een noodzaak was voor een dergelijke aanvulling op professionele hulpverlening,
waar de visie van No Kidding zoals geformuleerd in de aanvraag bij aansloot.
Uit de aanvraag bleek dat in dit project vrijwilligers met eigen ervaringen met kindermishandeling
worden getraind om deze ervaringskennis gericht in te zetten tijdens interactieve
workshops. Ook werd in de aanvraag benoemd dat in deze workshops een getrainde presentator
zorgt voor voldoende veiligheid van de ervaringsdeskundige en geleide interactie met
deelnemers. Na deze nieuwe training konden ervaringsdeskundigen zelfstandig deelnemen
aan overleg met professionals in werkveld. Dit sloot aan bij de eerdergenoemde «Kleinschalige
initiatieven door ervaringsdeskundigen» in het Actieprogramma Lokale Initiatieven
voor mensen met verward gedrag (AVG).
Vraag 4
Hoe toetst ZonMW, de Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie,
op dit moment of organisaties subsidies gebruiken voor de beoogde doeleinden zoals
omschreven in de subsidieaanvragen?
Antwoord 4
ZonMw vraagt ter toetsing altijd een uitgebreid eindverslag en financiële verantwoording
op. Bij langer lopende projecten worden ook voortgangsverslagen gevraagd. Daarnaast
kunnen projecten bezocht worden en kunnen tussentijdse rapportages worden opgevraagd.
Bij twijfel over inhoudelijke zaken worden de verslagen voorgelegd aan (een afvaardiging
van) de programmacommissie, die de verslagen inhoudelijk toetst. Bij twijfel over
financiële zaken wordt er om gedetailleerde onderbouwing gevraagd, bijvoorbeeld door
middel van betaalbewijzen.
Vraag 5
Bent u bereid ZonMw op te dragen over te gaan tot het terugvorderen van de verstrekte
subsidie aan No Kidding, wanneer zij zich niet baseren op wetenschappelijke methoden?
Antwoord 5
Als er niet conform de subsidievoorwaarden is gehandeld of anderszins sprake is van
ongeregeldheden, dan kan en zal de subsidie worden teruggevorderd.
Echter, het al dan niet baseren op wetenschappelijke methoden is niet opgenomen in
de subsidievoorwaarden en is daarmee geen directe grond om over te gaan tot eventuele
sancties of terugvordering van de subsidie. In de antwoorden op vraag 7 en 9 ga ik
in op wetenschappelijke methoden als voorwaarde voor het verkrijgen van subsidies.
Vraag 6
Hoeveel subsidie heeft de stichting No Kidding de afgelopen drie jaar ontvangen vanuit
het Rijk, provincie of gemeente?
Antwoord 6
Stichting No Kidding heeft van ZonMw alleen een voorschot van € 16.000 op de subsidie
ontvangen, zoals beantwoord in vraag 2. Vanuit het Ministerie van VWS zijn er geen
verdere subsidies verstrekt aan Stichting No Kidding. Het is bij mij bekend dat verschillende
gemeenten ook contact hebben gehad met ervaringsdeskundigen via Stichting No Kidding.
Er is echter geen zicht op de subsidies die individuele gemeenten of provincies verstrekt
hebben aan Stichting No Kidding.
Vraag 7 & 9
Deelt u de mening dat organisaties en stichtingen alleen subsidie moeten kunnen krijgen
als hun methoden wetenschappelijk onderbouwd zijn? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe
wordt vooraf, tijdens en na afloop gecontroleerd of stichtingen en organisaties zich
baseren op wetenschappelijke methoden en programma’s?
Is wetenschappelijke onderbouwing van programma's noodzakelijk voor het verkrijgen
van subsidie? Zo ja, is dit een harde voorwaarde voor het verkrijgen van subsidies?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7 & 9
Nee. Het hoeft niet altijd zo te zijn dat organisaties en stichtingen alleen subsidie
moeten kunnen krijgen als hun methoden wetenschappelijk onderbouwd zijn. In de wetenschap
wordt gebruik gemaakt van verschillende niveaus van onderbouwing (ook bekend als levels of evidence). Niet alle kennis kan met hetzelfde niveau van onderbouwing worden verkregen. De
vereiste onderbouwing is per onderzoek en project afhankelijk van de doelen en voorwaarden
van de subsidieregeling, van het onderwerp en de reeds beschikbare kennis.
Het programma waar het project van Stichting No Kidding onderdeel van uitmaakt, is
een «actieprogramma». In dit geval houdt dat in dat er een aantal maatregelen en trajecten
wordt ondersteund die zorgen voor betere zorg en ondersteuning voor kwetsbare mensen.
Dit resulteert in andere resultaten dan wanneer conclusies via een klassiek wetenschappelijk
onderzoek tot stand komen. Denk aan samenwerkingsverbanden, informatievoorzieningen
of een manier om cliënten meer te laten participeren in de maatschappij. De kennis
die wordt opgedaan, kan vaak direct in de praktijk worden toegepast. Het is niet realistisch
om te verwachten dat relevante wetenschappelijke onderbouwing voorhanden is voor alle
interventies uit de pilots van een dergelijk actieprogramma. ZonMw hecht wel nadrukkelijk
aan de toepassing van wetenschappelijke waarden zoals zorgvuldigheid, testbaarheid,
repliceerbaarheid. Dat is de reden waarom ZonMw bij dit soort projecten zorgvuldig
monitort, evalueert en zodoende nieuwe (wetenschappelijke) kennis genereert.
Vraag 8
Hoeveel stichtingen en organisaties ontvangen subsidie vanuit het Rijk, provincie
of gemeente zonder wetenschappelijke onderbouwing van hun programma’s?
Antwoord 8
Zoals benoemd in het antwoord op vraag 7 en 9 is het niet mogelijk om een eenduidige
definitie van een wetenschappelijke onderbouwing te geven. Het is daarom niet mogelijk
het aantal stichtingen en organisaties te noemen die subsidie ontvangen vanuit het
Rijk, provincie of gemeente zonder de zogenoemde wetenschappelijke onderbouwing. Er
wordt wel veel waarde gehecht aan de toepassing van wetenschappelijke waarden en alle
deelnemers aan subsidierondes worden hier dan ook op gemonitord en geëvalueerd.
Vraag 10
Bent u bereid te overwegen over te gaan tot terugvordering van alle subsidies aan
organisaties en stichtingen die zich niet baseren op wetenschappelijke methoden?
Antwoord 10
Zoals eerder benoemd worden de subsidies aan organisaties en stichtingen toegekend
wanneer de onderbouwing voor de aanvraag voldoet aan de doelen en voorwaarden van
de subsidieregeling, van het onderwerp en de reeds beschikbare kennis. Hierin is aandacht
voor wetenschappelijke waarden zoals zorgvuldigheid, testbaarheid, repliceerbaarheid.
Alle projecten worden zorgvuldig gemonitord en geëvalueerd. Daarbij komt dat in actieprogramma’s
er ook ruimte moet zijn voor andere uitkomsten dan de conclusies die via een klassiek
wetenschappelijk onderzoek tot stand komen. Ik zie daarom geen reden om over te gaan
tot terugvordering van alle subsidies aan organisaties die zich niet baseren op bestaande
wetenschappelijke methoden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.