Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Paternotte en Sneller over de berichten ‘Smith: Air France en KLM nog meer integreren’ en ‘France Hits Out at Dutch in Feud Over Air France-KLM Holdings’
Vragen van de leden Paternotte en Sneller (beiden D66) aan de Ministers van Financiën en van Infrastructuur en Waterstaat over de berichten «Smith: Air France en KLM nog meer integreren» en «France Hits Out at Dutch in Feud Over Air France-KLM Holdings» (ingezonden 21 oktober 2019).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën), mede namens de Minister van Infrastructuur
en Waterstaat (ontvangen 15 november 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met de berichten «Smith: Air France en KLM nog meer integreren»1 en «France Hits Out at Dutch in Feud Over Air France-KLM Holdings»?2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe verhouden de afspraken, de staatsgaranties, tussen Nederland en Frankrijk zich
tot de uitspraak van de CEO van Air France-KLM Ben Smith om Air France en KLM verder
te integreren?
Antwoord 2
De heer Smith geeft in het genoemde artikel aan dat hij de winstgevendheid, positie
en merken van Air France-KLM wil versterken. Als aandeelhouder ondersteun ik deze
ambitie. In dat kader is het goed dat het bestuur van Air France-KLM alle mogelijkheden
bekijkt hoe dit bereikt kan worden en is het begrijpelijk dat daarbij ook wordt gekeken
naar opties voor verdere integratie op onderdelen waar dat zinvol kan zijn. Uiteraard
zal het kabinet daarbij de naleving van zowel de staatsgaranties als de afspraken
die met Air France-KLM in 2015 gemaakt zijn in de gaten houden en tegelijkertijd zich
als aandeelhouder blijven inzetten voor de borging van de publieke belangen die met
Air France-KLM zijn gemoeid, conform de motie Dijkstra c.s. van 14 juni 20183. Daarnaast valt in nieuwsberichten van afgelopen week te lezen dat de heer Smith
heeft aangegeven zich aan de gemaakte afspraken te zullen houden.
Vraag 3
Op welke manier wordt de positie van KLM gegarandeerd binnen Air-France-KLM wanneer
er verdere integratie plaatsvindt?
Antwoord 3
Zoals bekend heeft de Nederlandse staat een aandelenbelang in Air France-KLM genomen
om meer invloed en zeggenschap in de holding te krijgen om daarmee de Nederlandse
publieke belangen beter te kunnen borgen. KLM is met de hub op Schiphol van grote
waarde binnen de holding. Zoals hierboven beschreven is het doel van de heer Smith
om de gehele onderneming te versterken. Kijkend naar de toekomst vind ik het van belang
dat de onderneming de goede weg voortzet om weer de nummer één vliegtuigmaatschappij
van Europa te worden. In dit licht vind ik het positief dat alle vraagstukken worden
bekeken, waarbij het belangrijk is dat er voldoende rekening wordt gehouden met de
verschillende belanghebbende partijen binnen de luchtvaartmaatschappij. Het kabinet
vindt het belangrijk dat het Nederlandse publieke belang goed geborgd wordt en dat
zal dan ook leidend zijn bij het bepalen van ons standpunt op alle verschillende onderwerpen
waar de onderneming mee te maken krijgt. We zullen waar nodig eerder gemaakte afspraken
met de onderneming aan de orde blijven stellen. In nieuwsberichten van afgelopen week
valt te lezen dat de heer Smith heeft aangegeven de gemaakte afspraken te respecteren
en dat hij geen plannen heeft om onderdelen of zeggenschap van Nederland naar de Franse
holding te halen. Eveneens valt te lezen dat de heer Smith een gesprek met de ondernemingsraad
van KLM heeft gevoerd om eventuele zorgen te bespreken.
Vraag 4
Kunt u aangeven of Air France-KLM als Frans staatsbedrijf gezien moet worden of als
Nederlands-Frans staatsbedrijf?
Antwoord 4
Air France-KLM is geen staatsbedrijf maar een beursgenoteerd bedrijf, waar zowel de
Nederlandse als de Franse staat aandelen in heeft. De juridische status van de onderneming
is Frans.
Vraag 5
Kunt u uiteenzetten op welke manier u ervoor zorgdraagt dat er geen banen van de KLM
overgeheveld worden naar Parijs? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
In lijn met de motie Dijkstra c.s. van 14 juni 2018 zet het kabinet zich in voor de
publieke belangen die met Air France-KLM zijn gemoeid en blijft het kabinet in gesprek
met het bestuur van de onderneming. De met de onderneming gemaakte afspraken komen
daarbij waar nodig aan de orde.
Vraag 6
Kunt u aangeven welke plannen bestaan voor integratie van de onderhoudsdivisies van
KLM en Air France. Kunt u uitsluiten dat er banen van de onderhoudsdivisie van KLM
naar Frankrijk worden overgeheveld?
Antwoord 6
Air France-KLM is een beursgenoteerde onderneming waardoor ik op zulk soort inhoudelijke
onderwerpen niet in kan gaan.
Vraag 7
Op welke manier is er contact met Martin Vial het hoofd van het Franse Agentschap
van Staatsdeelnemingen?
Antwoord 7
Zoals bekend hebben mijn Franse collega Bruno Le Maire en ik op 1 maart 2019 een gezamenlijke
Frans-Nederlandse werkgroep ingesteld om, inzake Air France-KLM, over belangrijke
onderwerpen van standpunt te wisselen. Deze werkgroep staat onder leiding van de heer
Vial, directeur-generaal van het Franse agentschap voor staatsdeelnemingen en de thesaurier-generaal
van het Ministerie van Financiën. In dit kader is er regelmatig contact met de heer
Vial.
Vraag 8
Is er overleg met Martin Vial over zijn uitspraak in de pers dat de Nederlandse overheid
moet kiezen tussen het aandelenbelang in de holding Air France-KLM of het aandelenbelang
in KLM?
Antwoord 8
De gezamenlijke persverklaring van 1 maart 2019 geeft aan over welke onderwerpen door
de werkgroep gesproken wordt. Verder ga ik niet in op de inhoud van de gesprekken
in de werkgroep, dit komt mijns inziens de gesprekken niet ten goede. De manier waarop
de heer Vial communiceert met de pers is aan hemzelf. Het kabinet vindt het niet opportuun,
zolang de gesprekken lopen, hier via de pers over te communiceren.
Vraag 9
Deelt u de mening dat dergelijke uitlatingen in de media vanuit de Franse staat niet
bijdragen aan het vertrouwen in de Franse staat om de gemaakte afspraken en staatsgaranties
na te komen?
Antwoord 9
De manier waarop de heer Vial communiceert met de pers is aan hemzelf. Het kabinet
vindt het niet opportuun, zolang de gesprekken lopen, hier via de pers over te communiceren.
Vraag 10
Kunt u toelichten wat de stand van zaken is van de gesprekken tussen de Nederlandse
en Franse Staat over Air France-KLM en het garanderen van de staatsgaranties?
Antwoord 10
De gezamenlijke persverklaring van 1 maart 2019 geeft aan over welke onderwerpen door
de werkgroep gesproken wordt. Het zijn complexe en constructieve gesprekken, waarbij
veel partijen zijn betrokken. Verder ga ik niet in op de inhoud van de gesprekken.
Naast het feit dat Air France-KLM een beursgenoteerde onderneming is, is het ook niet
verstandig om tussentijds iets te delen over deze gesprekken zolang ze nog lopen.
Vraag 11
Kunt u toelichten op welke wijze u de volgende toezeggingen aan de Kamer over Air
France-KLM nakomt:
– behoud van zelfstandig financieel beheer door KLM;
– geen overheveling van banen van het KLM hoofdkantoor in Amstelveen naar Frankrijk;
– de instandhouding van de Nederlandse stichtingen SAK I en SAK II, en van de staatsgaranties?
Antwoord 11
In lijn met de motie Dijkstra c.s. van 14 juni 2018 heeft het kabinet regelmatig contact
met de top van Air France-KLM. Daarnaast heeft de Nederlandse staat een aandelenbelang
in Air France-KLM genomen om meer invloed en zeggenschap in de holding te krijgen
om daarmee de Nederlandse publieke belangen beter te kunnen borgen.
Vraag 12
Kunt u toelichten hoe u zich inzet voor een eerlijke balans in het bestuur van de
holding Air France-KLM nu de Nederlandse Air France-KLM Cargo topman Marcel de Nooijer
vertrekt?
Antwoord 12
De samenstelling van het bestuur is een van de onderwerpen waarover standpunten worden
gewisseld door de werkgroep. Zoals hierboven vermeld, ga ik niet in op de inhoud van
de gesprekken, omdat dit mijns inziens niet ten goede komt aan de gesprekken.
Vraag 13
Kunt u bovenstaande vragen elk afzonderlijk beantwoorden?
Antwoord 13
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën -
Mede namens
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.