Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg inzake het verdrag tot oprichting van de Caribische Douane Organisatie en inzake wederzijdse administratieve bijstand in douanezaken; Havana, 22 mei 2019 (Kamerstuk 35323-1)
2019D45975 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Financiën heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd
aan de Staatssecretaris van Financiën over de brief van de Minister van Buitenlandse
Zaken van 14 oktober 2019 inzake het op 22 mei 2019 te Havana tot stand gekomen Verdrag
tot oprichting van de Caribische Douane Organisatie en inzake wederzijdse administratieve
bijstand in douanezaken (Kamerstuk 35 323 (R2138), nr. 1).
De voorzitter van de commissie, Anne Mulder
Adjunct-griffier van de commissie, Freriks
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de VVD
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het verdrag tot oprichting van
de Caribische Douane Organisatie en inzake wederzijdse administratieve bijstand in
douanezaken (hierna: het Verdrag). Zij hebben hier nog enkele vragen over.
De leden van de VVD-fractie vragen de Staatssecretaris hoe het Verdrag zich verhoudt
met het internationale verdragenbeleid.
Hoe wordt de financiering van de Caribische Douaneorganisatie (CCO) geregeld en kan
de Staatssecretaris inschatten hoe hoog het bedrag is dat Nederland jaarlijks investeert
in de CCO?
Welke Europese landen maken deel uit van de CCO en waarom juist deze landen?
Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de SP
De leden van de SP-fractie lezen in de nota van toelichting bij het Verdrag dat de
voorloper van de Caribische Douaneorganisatie, de Caribbean Customs Law Enforcement
Council (CCLEC), de traditionele rechtshandhavingstaken van de Douane is ontstegen
doordat het een opleidingstaak heeft gekregen en het bijdraagt aan de bevordering
van de regionale en mondiale legitieme handel. Deze leden vragen waarom en hoe deze
expliciet informele organisatie deze bevoegdheden heeft gekregen, wat de banden ervan
zijn met de Nederlandse Douane en of overwogen is hier een apart orgaan voor in te
stellen. Zij vragen de Staatssecretaris tevens hoe effectief de huidige samenwerkingsvorm
is in het optreden tegen de georganiseerde misdaad in het Caribisch gebied. Tevens
zijn zij benieuwd of de nadruk in «regionale en mondiale legitieme handel» vooral
op het woord legitiem zal liggen en zo nee, waarom een stimulans van handel belangrijker
wordt gevonden dan de legitimiteit ervan.
De leden van de SP-fractie lezen dat financiering door onder andere het IMF en de
Wereldbank reden is geweest tot het creëren van een formeel orgaan en zij vragen de
Staatssecretaris aan te geven wat voor de regering de overige overwegingen zijn geweest,
gezien het feit dat Nederland initiatief nam bij het opstellen van de tekst. De leden
van de SP-fractie vragen de Staatssecretaris daarnaast in hoeverre organisaties vergelijkbaar
met de CCLEC of het CCO bestaan en of hij een appreciatie van het functioneren van
deze organisaties kan geven.
De leden van de SP-fractie zijn benieuwd of de CCO een sterkere doorzettingsmacht
krijgt in het Caribisch gebied en zo ja, hoe dit tot uiting zal komen en op welke
wijze dit zal helpen bij de bestrijding van de smokkel in verdovende middelen naar
Nederland. Tevens zijn zij benieuwd of en in welke mate dit zou ingrijpen in de interne
ordehandhaving van de lidstaten.
De leden van de SP-fractie vragen de Staatssecretaris of de oprichting van de douanesamenwerking
tegemoet komt aan de snoeiharde kritiek van de burgemeester van Rotterdam 1. Hij stelde bij een bezoek aan Curaçao dat de door Nederland geleverde bolletjesscanners
op de luchthaven gewoon uit staan. De burgemeester stelt dat de slechte controle door
de Douane op drugssmokkel en witwassen een klap in het gezicht van Nederland is. Is
de Staatssecretaris het daarmee eens?
De leden van de SP-fractie vragen de Staatssecretaris wat de waardering is van de
handhaving op smokkel van drugs in de regio is. Staat het Caribisch gebied bekend
als een betrouwbare handhaver? Graag horen deze leden een toelichting op het imago
dat het gebied in de regio heeft.
De leden van de SP-fractie vragen de Staatssecretaris of hij contact heeft opgenomen
met de burgemeester van Rotterdam, bijvoorbeeld over de suggestie dat Nederland gewaarschuwd
wordt als een van de uiterst gewelddadige leden van drugsbendes het vliegtuig naar
Nederland pakt. De burgemeester vraagt om betere uitwisseling van gegevens, gaat de
Staatssecretaris daarin mee? Zij lezen in de Nota van Toelichting dat de CCO onder
andere zal fungeren als basis voor gegevensuitwisseling en vragen de Staatssecretaris
of de uitwisseling van gegevens met nationale ordediensten zoals de Douane in de Rotterdamse
haven en de politie te Rotterdam voldoende op orde is om daadwerkelijk voldoen aan
het doel van de CCO.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. (Anne) Mulder, voorzitter van de vaste commissie voor Financiën -
Mede ondertekenaar
J.F.C. Freriks, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.