Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Hijink over de problematiek rondom hulpmiddelen en verhuizingen
Vragen van het lid Hijink (SP) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de problematiek rondom hulpmiddelen en verhuizingen (ingezonden 22 oktober 2019).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 12 november
2019).
Vraag 1, 2, 4 en 6
Hoe oordeelt u over de aanhoudende berichtgeving dat zorgbehoevende mensen en/of mensen
met een beperking nog steeds vaak problemen ondervinden met het kunnen behouden van
hun hulpmiddel bij een verhuizing naar een andere gemeente?1
2
Wilt u reageren op de bevindingen van Iederin die aangeeft dat gemeenten en leveranciers
heel verschillend omgaan met de verbeterafspraken en mensen nog lang niet altijd krijgen
wat zij nodig hebben en blijven vastlopen in bureaucratie? Kunt u uw antwoord toelichten?3
Deelt u de mening dat de tijd van onderzoeken nu wel voorbij is en dat er nu stevige
afspraken en/of verandering van beleid nodig is? Zo neen, waarom niet?4
Welke (aanvullende) maatregelen gaat u nemen om te zorgen dat deze problematiek wordt
aangepakt? Gaat u hierin het voortouw nemen? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 1, 2, 4 en 6
Zoals ik ook in mijn brief aan uw Kamer van 17 oktober jongstleden (Kamerstuk 32 805, nr. 85) heb aangegeven, kan het niet zo zijn dat mensen die voor hun deelname aan de samenleving
afhankelijk zijn van een hulpmiddel, niet over dit hulpmiddel kunnen beschikken, lang
moeten wachten op levering of reparatie, of hun (op maat gemaakt) hulpmiddel bij een
verhuizing of verandering van leverancier moeten inleveren. De recente uitzendingen
van het televisieprogramma Kassa en de inbreng van de Nationale ombudsman en Ieder(in)
hierbij, hebben nog eens gewezen op het belang en de urgentie om tot een betere uitvoering
te komen.
Met de hiervoor genoemde brief heb ik uw Kamer geïnformeerd over de met de betrokken
partners overeengekomen gezamenlijke acties om snel tot substantiële verbetering van
de verstrekking van hulpmiddelen te komen.
In de kern gaat het om de volgende acties:
Het instellen van een actieteam bestaande uit alle betrokken partijen, inclusief cliënten(organisaties):
om mensen die aangeven problemen te ondervinden snel te kunnen helpen (o.a. het zwartboek
en enquête van het televisieprogramma Kassa en de signalen van de Nationale ombudsman);
om de rode draden vast te stellen in de problematiek van het verstrekken van hulpmiddelen
en het – mede op basis van oplossingen van individuele casuïstiek – ontwerpen en doen
implementeren van verbetermaatregelen;
om follow-up te geven aan de veranderagenda domeinoverstijgende knelpunten bij hulpmiddelen5 en het bewaken van de voortgang bestuurlijke afspraken over Wmo-hulpmiddelen.6
Op basis van commitment van alle betrokken partijen wordt een bestuurlijke tafel ingesteld
die zorgt voor de randvoorwaarden om gestelde doelen ook daadwerkelijk te realiseren.
Zoals ik ook tijdens de begrotingsbehandeling van VWS heb aangegeven is dinsdag 29 oktober
de eerste bestuurlijke tafel hulpmiddelen bij elkaar gekomen. Alle betrokken partijen
– die ik ook in mijn brief van 17 oktober (Kamerstuk 32 805, nr. 85) heb genoemd – waren aanwezig en hebben hun commitment uitgesproken om snel tot substantiële
verbetering van de verstrekking van hulpmiddelen te komen
Het in mijn brief aangekondigde actieplan zal duidelijk maken welke verbetermaatregelen
nodig en mogelijk zijn, wie dit oppakt en wanneer. Andere trajecten die op het terrein
van hulpmiddelen al gestart waren, zullen in het plan worden betrokken. Het inmiddels
operationele actieteam heeft onder andere als taak om de mogelijkheid van een landelijk
normenkader te verkennen en met voorstellen te komen. Hierbij wordt gedacht aan landelijke,
door betrokken partijen gedeelde normen over bijvoorbeeld maximale levertijden en
standaarden voor communicatie.
Het televisieprogramma Kassa heeft aan alle respondenten van hun enquête en zwartboek
gevraagd om hun problemen aan het actieteam hulpmiddelen door te geven. Het actieteam
heeft de afgelopen twee weken alle ontvangen mails gescreend op het soort probleem
en daar waar nodig actie ondernomen naar de verantwoordelijke partij, te weten leveranciers,
gemeenten en zorgverzekeraars. Deze partijen hebben op hun beurt actie ondernomen
om de problemen ook daadwerkelijk op te lossen. In totaal heeft het actieteam – op
het moment van dit schrijven – 180 mails ontvangen. Het gaat in totaal om 434 signalen
(zowel klachten als problemen), waarvan bij 33%, ofwel bij 144 problemen, actie nodig
was. Al deze 144 acties zijn uitgezet bij de desbetreffende verantwoordelijke partij
(leverancier, gemeente of zorgverzekeraar). De eerste bevindingen laten zien dat de
meeste signalen over de Wmo gaan, te weten 91%. De meeste problemen gaan over de verleende
service, wachttijden en dat iemand simpelweg nog geen oplossing heeft. Het actieteam
screent alle signalen om rode draden vast te stellen en om – mede op basis van oplossingen
van individuele casuïstiek – tot verbetermaatregelen te komen.
Voor de volledigheid verwijs ik hierbij ook naar de brief van 6 november jl. over
de stand van zaken van de voorgenomen acties ter verbetering van de verstrekking van
hulpmiddelen7.
Vraag 3
Bent u bereid te onderzoeken of de lijfgebonden hulpmiddelen onder de Zorgverzekeringswet
ondergebracht kunnen worden, zodat het aantal aanspreekpunten verminderd, er meer
centraal ingekocht kan worden en minder hulpmiddelen verspild worden? Zo neen, waarom
niet?8
Antwoord 3
Zoals mijn collega Minister Bruins in zijn brief over de visie op de medische technologie9 eerder heeft gemeld, zijn wij voornemens om in de toekomt een meer logische en uitvoerbare
indeling van de vergoedingsregelingen voor hulpmiddelen te gaan verkennen.
Vraag 5
Wat is de stand van zaken over de oplossingsrichtingen die nadere uitwerking vergen,
zoals u omschreef in uw brief over afspraken m.b.t. hulpmiddelen, woningaanpassingen
en verhuizingen?10
Antwoord 5
In mijn brief van 1 april jongstleden11 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de toenmalige stand van zaken van de bestuurlijke
afspraken die ik met de VNG in 2018 heb gemaakt over Wmo-hulpmiddelen, woningaanpassingen
en verhuizingen. Wat betreft de actuele stand van zaken geldt dat dit in het actieplan
zichtbaar zal worden. Ik ben voornemens uw Kamer na de bestuurlijke tafel in januari
volgend jaar het actieplan verbetering verstrekking hulpmiddelen te doen toekomen
en voor de zomer van 2020 uw Kamer te informeren over de voortgang van alle acties
uit het actieplan.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.