Schriftelijke vragen : Het bericht ‘Jagers: voorlopig geen e-screening voor wapenvergunning’
Vragen van de leden Van Dam en Von Martels (beiden CDA) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Jagers: voorlopig geen e-screening voor wapenvergunning» (ingezonden 24 oktober 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Jagers: voorlopig geen e-screening voor wapenvergunning»?1
Vraag 2
Klopt de inhoud van het artikel, in die zin dat jagers en sportschutters voorlopig
geen uitnodiging meer krijgen voor het invullen van een e-screener bij het beoordelen
van aanvragen voor (verlenging van) hun wapenvergunning? Betekent dit ook dat per
ommegaande inbeslaggenomen wapens en munitie worden teruggegeven? Wat is de reden
van deze opschorting?
Vraag 3
Hoeveel jagers en sportschutters hebben sinds de invoering van de e-screener per 1 oktober
2019 – zoals door u beschreven in uw brief aan de Kamer d.d. 7 oktober 2019 (Kamerstuk
33 033, nr. 23) – de e-screener ingevuld? Hoeveel van hen hebben de e-screener met negatief resultaat
afgelegd? Om welk percentage gaat het?
Vraag 4
Is in ál die (negatieve) gevallen direct overgegaan tot inbeslagname van vuurwapens
en munitie van betrokkenen? Zo nee, waarom dan in het ene geval wel en in het andere
geval niet?
Vraag 5
Hebben alle politie-eenheden vanaf 1 oktober gehoor gegeven aan de invoering van de
e-screener en de uitnodigingen hiervoor verzonden? Indien er onderscheid is, waarom
heeft de ene politie-eenheid (bureau korpscheftaken) de test dan wél ingevoerd en
andere regio’s niet?
Vraag 6
Waarom is (was) de e-screener in alle gevallen doorslaggevend en zorgt een «negatief»
resultaat automatisch voor inbeslagname van wapens en munitie? Ligt het voor de hand
en zou het vanuit bestuursrechtelijke optiek zorgvuldiger zijn om verlofhouders die
al jarenlang zonder enige misstap een jacht- of wapenvergunning hebben, bij de invoering
van een nieuwe test als de e-screener met meer warmte en begrip te bejegenen?
Vraag 7
Hoe kan het dat mensen die al jaren bekend zijn bij bureaus korpscheftaken aan de
hand van een enkele nieuwbakken computertest tot hun eigen schaamte en verdriet weggezet
worden als psychisch niet in orde? Is de hele gang van zaken aanleiding om excuses
aan te bieden aan deze groep veelal oudere en zeer gezagsgetrouwe burgers?
Vraag 8
Hoe verhoudt die kille en directe inbeslagname zich tot de volgende zinssnede uit
de memorie van toelichting bij de Wijziging van de Wet wapens en munitie, de Flora-
en faunawet en de Wet natuurbescherming in verband met de versterking van het stelsel
ter beheersing van het legaal wapenbezit: «Er wordt niet voorgesteld dat (.) een negatieve
uitslag van de e-screener onvermijdelijk leidt tot afwijzing van de aanvraag voor
het bevoegdheidsdocument. Of het bevoegdheidsdocument wordt verleend, blijft afhangen
van het oordeel van de korpschef over de geschiktheid van de betrokkene, waarbij alle
informatie wordt gewogen. Ook is het denkbaar dat de aanvrager, in geval van een negatieve
uitslag van de e-screener een eigen onderzoek laat verrichten en de conclusie hiervan
aan de korpschef overlegt.» (Staatsblad 2019, 172)?
Vraag 9
Hebben diegenen die de e-screener met negatief gevolg hebben afgelegd – in de lijn
van de bij de vorige vraag aangehaalde zinsnede uit de memorie van toelichting – de
gelegenheid gehad om – ook ter afwending van inbeslagname van wapens en/of munitie
– aannemelijk te maken of te bewijzen dat met hen psychisch niets aan de hand is?
Betekent het stoppen met het uitvoeren van de e-screener dat deze mensen per direct
hun in beslag genomen voorwerpen terug krijgen? Wilt u bij het beantwoorden van deze
vraag ook ingaan op het feit dat per 15 oktober 2019 het jachtseizoen is geopend en
dat een groot deel van de jagers verplichtingen heeft op de het vlak van de jacht?
Vraag 10
Welke rol heeft de uitspraak van de Hoge Raad d.d. 20 september 2019 (ECLI:NL:HR:2019:1409)
gespeeld bij de plotselinge invoering van de e-screener? Is er overleg geweest met
u of uw ministerie over de plotselinge invoering van de e-screener of is dit proces
autonoom vanuit de politie gestart?
Vraag 11
Waarom is er niet of nauwelijks overleg geweest met relevante verenigingen en organisaties
zoals de NOJG (Nederlandse Organisatie voor Jacht en Grondbeheer), de KNJV (Koninklijke
Nederlandse Jagers Vereniging) en de KNSA (de Koninklijke Nederlandse Schietsport
Associatie) over de feitelijke invoer van de e-screener?
Vraag 12
Is de stellingname in uw hierboven genoemde brief d.d. 7 oktober 2019 dat de e-screener
het sluitstuk vormt van de implementatie van de Europese vuurwapenrichtlijn (EU2017/853)
correct? Vloeit de e-screener niet veel eerder voort uit de gebeurtenissen in Alphen
aan den Rijn en de wetgeving die vervolgens in Nederland ontwikkeld is? Klopt het
dat geen enkel ander land in Europa gebruik maakt van een instrument als de e-screener
en dat het enige land in Europa waar wél zo’n instrument is toegepast (Finland) daar
na een jaar al weer mee op is gehouden?
Vraag 13
Kunt u aangeven hoe toegankelijk en gebruikersvriendelijk de e-screener is voor mensen
die niet of minder gewend zijn om te gaan met ICT (digibeten), voor laaggeletterden
en voor mensen met dyslexie?
Vraag 14
Welke beroepsgang en rechtsbescherming hebben jacht- en verlofhouders in het geval
hun wapens en/of munitie door de politie in beslag is genomen, na een negatief resultaat
op de e-screener? Is het mogelijk bij het bureau korpscheftaken met een verklaring
van een huisarts of enige relevante ander te weerleggen dat er sprake is van een psychische
gevaarlijke situatie die inname van wapens en/of munitie rechtvaardigt? Kunt u er
opdracht toe geven dat alle wapens en munitie per ommegaande worden terug gegeven?
Vraag 15
Klopt het dat in de intrekkingsbrief zoals verstuurd door de politie aan jacht- en
verlofhouders het recht om gehoord te worden wordt ontnomen met als reden het spoedeisende
karakter van de intrekking? In hoeverre valt dit te rijmen met het intrekken van vergunningen
die soms wel decennia lang zijn verstrekt aan deze jacht- of verlofhouder? Staat dit
niet op gespannen voet met hoe artikel 4:11 Algemene wet bestuursrecht daadwerkelijk
bedoeld is?
Vraag 16
Wilt u bovenstaande vragen telkens afzonderlijk beantwoorden?
Vraag 17
Bent u bereid de vragen over het per direct teruggeven van in beslag genomen wapens
en munitie – in het licht van het stoppen met het uitvoeren van de e-screener – per
ommegaande, maar uiterlijk binnen één week na indiening van deze vragen, te beantwoorden?
Indieners
-
Gericht aan
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid -
Indiener
C.J.L. van Dam, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
M.R.H.M. von Martels, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.