Verslag (initiatief)wetsvoorstel (nader) : Verslag
35 284 Wijziging van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken teneinde die beperkingen beter kenbaar te maken
Nr. 5 VERSLAG
Vastgesteld 21 oktober 2019
De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken, belast met het voorbereidend onderzoek
van dit wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.
Onder het voorbehoud dat de regering op de gestelde vragen en de gemaakte opmerkingen
tijdig en genoegzaam zal hebben geantwoord, acht de commissie de openbare beraadslaging
over dit wetsvoorstel voldoende voorbereid.
I. ALGEMEEN
1. Inleiding
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel
Wijziging van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken teneinde
die beperkingen beter kenbaar te maken. Zij merken op dat zij een vereenvoudiging
van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken (Wkpb) een
goede zaak achten. Graag willen zij de regering daarover een aantal vragen stellen.
Doel van deze wetswijziging is dus allereerst vereenvoudiging van de huidige wet (Wkpb).
Daarnaast wordt voorzien in een verruiming van de objecttypen waarop beperkingen kunnen
worden gevestigd. De leden van de VVD-fractie krijgen graag uitgelegd wat hiermee
wordt bedoeld. Waar komt dit in het wetsvoorstel terug, zo vragen zij.
In de toelichting wordt gesteld dat er aanvankelijk vanuit werd gegaan dat de kenbaarheidsverplichtingen
in tranches zouden worden ingevoerd. Bij iedere tranche zouden er meer publiekrechtelijke
beperkingen aan het overzicht worden toegevoegd. Dit is ten dele bereikt. Hoeveel
beperkingen zijn er thans opgenomen? Wordt overwogen om meer publiekrechtelijke beperkingen
aan het overzicht toe te voegen? Zo ja, welke? Kortom, welk beleid staat de regering
in dezen voor ogen? Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de
regering.
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de wijziging
van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken teneinde die
beperkingen beter kenbaar te maken. Zij hebben nog enkele vragen.
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van het voorliggende wetsvoorstel.
Zij stellen nog enkele vragen.
2. Relatie met het Omgevingswettraject
Verbetering van de Wkpb impliceert een omvangrijke ICT-operatie, zo staat in de memorie
van toelichting. Hoeveel kosten zijn er met deze operatie gemoeid? Hoe staat het met
de voorbereidingen van deze ICT-operatie? Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie
een reactie van de regering.
3. Kernpunten herziening van de Wkpb
Nadat een beperkingenbesluit is genomen en bekendgemaakt, moet het bevoegde gezag
dit besluit binnen vier dagen registreren. In hoeverre zou het denkbaar zijn om deze
termijn te bekorten? Zekerheid over publiekrechtelijke beperkingen is immers een groot
goed. Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de regering.
In het huidige Wkpb-stelsel zijn de gemeentelijke beperkingengegevens «eigendom» van
de gemeenten. Onder de gewijzigde Wkpb staan alle gegevens in de BRK en daarop is
uitsluitend het generieke verstrekkingenbeleid van het Kadaster van toepassing. Volgt
dit automatisch uit de overgang van de registratie van de beperkingen bij de gemeenten
naar de registratie bij het Kadaster, zo vragen de leden van de VVD-fractie.
De overgang van de gemeentelijke beperkingen naar de openbare registers van het Kadaster
dient binnen één jaar te zijn voltooid, en wel vóór 1 januari 2021. In reactie op
het advies van de Raad van State stelt de regering vertrouwen te hebben dat de werkzaamheden
tijdig voltooid zullen zijn. De leden van de VVD-fractie vragen de regering nader
in te gaan op de stand van zaken als het gaat om de werkzaamheden. Wat kan er overigens
nog meer worden gedaan om te bereiken dat de gemeenten de overgang op tijd hebben
voltooid? Wat zijn de gevolgen als gemeenten niet tijdig klaar zijn, zo vragen de
leden van de VVD-fractie.
De leden van de CDA-fractie stemmen in met de voorgestane transitieperiode waarbij
wordt beoogd de overschrijving van beperkingen uit de gemeentelijke registraties binnen
één jaar na inwerkingtreding te realiseren. Graag vernemen zij of alle gemeenten daartoe
in staat worden geacht en of de administraties bij de gemeenten up-to-date zijn.
De leden van de CDA-fractie vragen aandacht voor de kosten die dit met zich meebrengt
voor de gemeenten. Gemeenten zullen hun werkprocessen moeten herinrichten om beperkingenbesluiten
aan het Kadaster te kunnen aanleveren. Graag ontvangen zij inzicht in de kosten per
gemeente aangezien dat per gemeente aanzienlijk kan verschillen.
De leden van de CDA-fractie onderschrijven het belang om, met het oog op de inwerkingtreding
van de Omgevingswet per 1 januari 2021, vóór die datum de transitie van de gemeentelijke
registraties naar het Kadaster te hebben afgerond. Zij vragen zich af waarom niet
eerder met het proces om te een wetswijziging te komen gestart is. Deze leden hebben
er goede nota van genomen dat bij het kabinet geen vrees bestaat voor het in gevaar
komen van de transitieopgave.
De leden van de D66-fractie constateren dat de regering in reactie op de advisering
van de Raad van State aangeeft dat de voortgang van de transitiewerkzaamheden nauwgezet
wordt gemonitord met het oog op de beoogde inwerkingtreding van de Omgevingswet op
1 januari 2021. Kan de regering nader toelichten hoe ver zij momenteel met de transitiewerkzaamheden
van gemeentelijke registraties naar het Kadaster zijn?
De leden van de D66-fractie constateren dat er in meerdere tranches publiekrechtelijke
beperkingen zouden worden toegevoegd aan het overzicht, maar dat er uiteindelijk slechts
één tranche in werking is getreden. Deze leden vragen de regering wat dit betekent
voor de beoogde doelstelling van dit voorstel?
4. Na de inwerkingtreding van de Omgevingswet
In het kader van de inwerkingtreding van de Omgevingswet wordt er gewerkt aan het
Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). De leden van de VVD-fractie vragen de regering
in te gaan op wat straks de relatie is tussen het DSO en het Kadaster. In hoeverre
zijn het DSO en Kadaster gekoppeld? Is dit een apart ICT-project of is dit een onderdeel
van de verbetering van de Wkpb?
De leden van de D66-fractie constateren dat de documenten in de BRK pdf-bestanden
zijn die niet in dat formaat in het DSO kunnen worden opgenomen. Zij vragen de regering
op welke wijze zij borgt dat na invoering van het DSO alle documenten in dezelfde
mate inzichtelijk blijven?
De leden van de D66-fractie vernemen dat het inregelen van een proces voor een signaal
aan BRK bij het vervallen van een beperking buiten de scope van het voorstel valt.
Kan de regering hier nadere duiding geven of hiermee voldoende wordt geborgd dat dat
deze signalen na inwerkingtreding goed worden verwerkt?
De leden van de D66-fractie constateren dat de (reeds voorziene) koppeling van DSO
met de BRK zo dient te worden ingericht dat ook de publiekrechtelijke beperkingen
in de BRK kunnen worden opgevraagd. Kan de regering nader toelichten hoe het staat
met het koppelen van beide functionaliteiten, zodat er straks toe kan worden gegaan
naar een geïntegreerd systeem?
Tot slot lezen de leden van de D66 fractie dat er voor kadastrale outputproducten
gebruik kan worden gemaakt van beperkingengegevens uit het DSO, maar dat het inregelen
van deze functionaliteit buiten de scope van het voorstel valt. Kan de regering nader
duiden hoe deze functionaliteit tot stand dient te komen? Komt er hiervoor nog een
separaat voorstel?
5. Gevolgen voor lasten van bestuursorganen
Gemeenten moeten straks voor het inschrijven van een beperking in de openbare registers
van het Kadaster het inschrijftarief betalen. Het Ministerie van BZK is daarover in
gesprek met de VNG. Heeft dat overleg inmiddels geleid tot het maken van afspraken,
zo vragen de leden van de VVD-fractie. Zo ja, hoe luiden die afspraken?
II. ARTIKELEN
Artikel 1
Onderdeel F
Onder 1
Voorgesteld wordt om bij inschrijving van publiekrechtelijke beperkingenbesluiten
elektronische aanlevering bij het Kadaster voor te schrijven. Hoe verhoudt dat zich
tot de Kadasterwet die voorziet in de mogelijkheid van papieren of elektronische aanlevering
van in te schrijven stukken, zo vragen de leden van de VVD-fractie.
Onderdeel I
het voorgestelde artikel 17a van de Wkpb (nieuw)
derde lid
In dit lid wordt afgeweken van de bepaling over het gebruik van actuele kadastrale
aanduidingen, voor zover het de transitie betreft. Als de leden van de VVD-fractie
het goed begrijpen is het mogelijk om de actualisatie later, achter de schermen, te
doen. Maar wat als op enig moment blijkt dat daarbij fouten zijn gemaakt, met alle
gevolgen van dien voor een rechthebbende? Welke mogelijkheden heeft een rechthebbende
dan om de fouten in de registratie te herstellen? Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie
een reactie van de regering.
De voorzitter van de commissie, Ziengs
De griffier van de commissie, Roovers
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. Ziengs, voorzitter van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
C.J.M. Roovers, griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.