Schriftelijke vragen : Het fenomeen ‘voorgenomen beslissing’
Vragen van de leden Groothuizen (D66) en Van Dam (CDA) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het fenomeen «voorgenomen beslissing» (ingezonden 18 oktober 2019).
Vraag 1
Herinnert u zich uw antwoorden van 14 oktober 2019 op de Kamervragen over het bericht
«Bewijs voor bemoeienis proces Wilders, PVV leider overweegt stappen»?1
Vraag 2
Kunt u nader duiden wat u bedoelt met de term «vrijwel alle strafrechtelijke onderzoeken»
in de eerste zin van het antwoord op vraag 2? Worden hiermee bedoeld werkelijk álle
strafrechtelijke onderzoeken of gaat het hier (bijvoorbeeld) om grootschalige onderzoeken
of gevoelige zaken?
Vraag 3
Kunt u zich voorstellen dat de vragenstellers – beiden oud-officier van justitie –
geschrokken zijn van de stelling dat ten aanzien van (vrijwel) alle strafrechtelijke
onderzoeken voorafgaand aan het uitbrengen van de dagvaarding de verdachte in de gelegenheid
wordt gesteld om zijn of haar zienswijze naar voren te brengen, te meer omdat zij
deze werkwijze niet herkennen als zijnde de standaardwerkwijze in het gros van de
zaken? Is dit een wat ongelukkige weergave van de werkelijkheid, is dit een nieuwe
werkwijze van het openbaar ministerie of hebben de vragenstellers al die jaren niet
op zitten letten?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Groothuizen, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
C.J.L. van Dam, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.