Schriftelijke vragen : Het gestaakte overleg tussen het ministerie en Noord-Veluwse gemeenten over vliegroutevarianten
Vragen van de leden Bruins (ChristenUnie), Paternotte (D66), Amhaouch (CDA) en RemcoDijkstra (VVD) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over het gestaakte overleg tussen het ministerie en Noord-Veluwse gemeenten over vliegroutevarianten (ingezonden 19 september 2019).
Vraag 1
Kent u de berichten «Gemeenten Noord-Veluwe stoppen overleg met ministerie over laagvliegroutes
Lelystad Airport»1 en «Bestuurlijk draagvlak luchtvaart brokkelt af: vier Gelderse gemeenten uit overleg»?2
Vraag 2
Wat is uw reactie op het bericht dat de gemeenten wel bereid zijn in gesprek te blijven,
maar niet bereid zijn om een voorkeursvariant te kiezen? Wat vindt u van de uitspraak
dat de betrokken bestuurders zich genegeerd voelen?
Vraag 3
Klopt het dat geen van de besproken routevarianten leidt tot een optimalisatie?
Vraag 4
Wat is het berekende aantal gehinderden voor de verschillende varianten? Wat is de
berekende Lden voor de grootste woonkernen in de vier gemeenten voor de verschillende varianten?
Vraag 5
Kunt u daarbij toelichten op welke wijze deze routevarianten rekening houden met toekomstig
toenemend luchtverkeer van en naar Schiphol, en welke impact dit luchtverkeer heeft
op de geluidshinder die deze vier woonkernen gaan ervaren?
Vraag 6
Bent u het met ons eens dat, ondanks precisienavigatie, in de werkelijkheid «vliegen
op een potloodstreep» nooit voorkomt? Is het gezien de verwachte laterale tolerantie
überhaupt mogelijk om boven de vier gemeenten een routevariant te ontwerpen waarbij
de grootste woonkernen worden ontzien?
Vraag 7
Zijn de alternatieve vliegroutevarianten alleen voor de tijdelijke situatie tot aan
de herindeling van het luchtruim in 2021–2022? Zo ja, hoe ontwikkelt het zich daarna?
Vraag 8
Kunt u een prognose geven van de hoeveelheid vluchten waar het concreet om gaat tot
aan de hierboven genoemde periode, specifiek voor deze routevarianten?
Vraag 9
Welke routevariant heeft uw voorkeur en kunt u dit motiveren?
Vraag 10
Op welke wijze zet u het proces van routeontwerp nu voort, rekening houdend met het
belang van draagvlak in de regio?
Indieners
-
Gericht aan
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat -
Indiener
E.E.W. Bruins, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
R.J. (Remco) Dijkstra, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
Jan Paternotte, Kamerlid -
Medeindiener
M. Amhaouch, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.