Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Slootweg over de uitzending van Nieuwsuur 'Zorg voor complexe gehandicapten nog steeds niet op orde'
Vragen van het lid Slootweg (CDA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de uitzending van Nieuwsuur «Zorg voor complexe gehandicapten nog steeds niet op orde» (ingezonden 22 juli 2019).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 20 september
2019). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 3540.
Vraag 1
Kent u bovengenoemde uitzending van Nieuwsuur van 20 juni 2019?1 Zo ja, wat vindt u hiervan?
Antwoord 1
Ja. Ik vind het zeer onwenselijk dat er nog steeds mensen met complexe zorgvragen
zijn voor wie geen juiste ondersteuning en zorg beschikbaar is. Ik zie dat zorgaanbieders,
zorgfinanciers, cliënten en naasten dag in dag uit bezig zijn met het vinden van oplossingen
op maat, ook in heel complexe situaties. Er zijn en komen her en der heel mooie oplossingen
om zo goed mogelijke passende zorg te kunnen bieden, ook voor mensen in zeer complexe
situaties. Maar tegelijkertijd zie ik ook dat die nieuwe plekken snel «vollopen» en
dat mede daardoor mensen soms te lang op een voor hen niet passende plek moeten blijven.
Met mijn programma Volwaardig leven wil ik aan de sector een extra impuls geven waardoor
deze meer toekomstbestendig wordt. Een belangrijk onderdeel daarvan is het realiseren
van voldoende plekken met passende zorg voor cliënten in de allermoeilijkste situaties.
Vraag 2 en 3
Bent u in overleg met organisaties zoals VGN (Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland),
KansPlus (belangennetwerk verstandelijk gehandicapten) en Ieder(in) (netwerk voor
mensen met een beperking of chronische ziekte) om te inventariseren wat voor soort
zorgplekken precies nodig zijn?
Kunt u aangeven hoe ver het met deze inventarisatie staat?
Antwoord 2 en 3
Bij het inventariseren en realiseren van een passend aanbod voor complexe zorgvragers
vanuit de «Werkagenda Passende Zorg is Maatwerk» en mijn Programma «Volwaardig Leven»
zijn alle relevante stakeholders betrokken. Zorgkantoren en zorgaanbieders werken
toe naar o.a. 100 maatwerkplaatsen voor mensen met een complexe zorgvraag voor wie
om allerlei redenen niet (voldoende) passende plekken beschikbaar zijn en maatwerk
geboden is. Zorgkantoren organiseren daarvoor in alle regio’s in de tweede helft van
2019 een regionale taskforce met zorgaanbieders, (onafhankelijke) cliëntondersteuners
en het CCE. Daarbij inventariseren zij welke regionale tekorten er zijn en welke zorgplekken
er precies nodig zijn in de regio. Deze inventarisatie is uiterlijk voor maart 2020
afgerond. Met deze uitkomsten zullen zorgkantoren in 2020 bij geselecteerde zorgaanbieders
maatwerkzorg gaan inkopen. Over de uitkomsten daarvan zal ik uw Kamer via de voortgangsrapportages
van programma Volwaardig Leven informeren.
Vraag 4 en 5
Kunt u aangeven hoeveel plekken voor gehandicapten met complexe problemen er zijn
bijgekomen sinds maart 2017, toen bleek dat er honderden cliënten met meerdere complexe
aandoeningen zijn die niet de zorg krijgen die ze nodig hebben?
Kunt u aangeven hoeveel van de 100 extra plaatsen die eind 2020 gerealiseerd moeten
zijn er thans zijn bijgekomen?
Antwoord 4 en 5
Zoals bij mijn antwoord op vraag 1 is aangegeven realiseren zorgaanbieders en zorgkantoren,
op grond van het landelijk inkoopkader 2018–2020, continu nieuwe plekken in de gehandicaptenzorg
en aanpalende sectoren, ook voor de meest complexe problematiek. De zorgplicht van
zorgkantoren en zorgverzekeraars is hier leidend. Deze gerealiseerde extra plaatsen
vormen geen onderdeel van de zogenoemde 100 plekken.
De 100 extra plekken moeten worden gezien als een extra impuls voor de allerzwaarste
cliëntengroepen, bovenop de andere gerealiseerde initiatieven voor cliënten met complexe
zorgvragen die er nu al zijn.
Zoals ik in mijn antwoord op de vragen 2 en 3 heb aangegeven is door Ieder(in), ZN
en VGN eind 2018, in nauw overleg met VWS en andere partijen, een traject gestart
om uit die 100 extra plekken zoveel mogelijk rendement voor cliënten, naasten en de
sector te halen. Zorgkantoren hebben uiterlijk in maart 2020 op basis van bovengenoemde
regionale inventarisaties een duidelijk beeld van vraag en aanbod rond complexe zorgvragers
en zullen op basis daarvan gericht 100 extra plekken neerzetten in 2020 en verder.
Vraag 6
Kunt u aangeven of de financiële middelen over de zorgkantoorregio’s verdeeld worden
en hoe de 100 extra plaatsen over de verschillende zorgkantoorregio’s worden of zijn
verdeeld?
Antwoord 6
Gezien de hierboven toegelichte procedure voor selectie van de 100 plekken kan ik
u nog geen concreet antwoord geven op deze vraag. Ik heb er alle vertrouwen in dat
de gezamenlijke zorgkantoren met deze afgesproken procedure tot een goede verdeling
zullen komen. Uiteraard zal ik de Kamer daar uitgebreid over informeren via de voortgangsrapportages
van programma Volwaardig Leven wanneer hierover meer bekend is.
Vraag 7
Bent u het eens met de stelling dat door de extramuralisering van de geestelijke gezondheidszorg
(ggz) (de intramurale beddenafbouw in de ggz) de druk op de complexe plaatsen in de
gehandicaptenzorg is toegenomen? Waarom deelt u die stelling wel of waarom niet?
Antwoord 7
Er is geen uniforme definitie en op dit moment ook geen betrouwbare registratie van
mensen met een complexe zorgvraag op de grens van de gehandicaptenzorg, langdurige
GGZ, jeugdwet en /of forensische zorg. Ik kan mede daarom geen concrete uitspraak
doen of de afbouw van intramurale bedden in de GGZ geleid heeft tot meer druk op de
gehandicaptensector. Wel is er in het veld consensus dat er voor enkele honderden
cliënten in de meest complexe situaties geen (voldoende) passende zorg beschikbaar
is. De reden hiervoor is dat het erg moeilijk is om aan de intensieve zorgbehoefte
van deze mensen te voldoen en zorgteams helaas ook regelmatig «stuklopen» op de (gedrags)problemen
van deze bewoners. Met mijn programma Volwaardig leven wil met de realisatie van 100
extra plaatsen en het inzetten van regionale ambulante zorgteams een substantiële
bijdrage leveren om specifiek voor deze groep beter en sneller de juiste zorg te kunnen
leveren.
Daarbij kijken we ook naar ontwikkelingen in aanpalende sectoren zoals de extramuralisering
en beddenafbouw in de (curatieve) ggz. Ongewenste effecten zoals mogelijke extra druk
op de gehandicaptenzorg proberen we uiteraard te voorkomen in goed overleg met zorgverzekeraars
en andere relevante partijen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.