Schriftelijke vragen : De vrijwaringsmaatregelen op walsdraadstaal
Vragen van het lid Van Haga (VVD) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de vrijwaringsmaatregelen op walsdraadstaal (ingezonden 12 september 2019).
Vraag 1
Klopt het dat er op 4 september 2019 in Brussel is gestemd over de herziening van
de importquota op staal en ervoor gekozen is om de progressieve verhoging van het
importquotum voor walsdraadstaal te verlagen van 5 procent naar 3 procent?
Vraag 2
Klopt het dat Nederland samen met drie andere EU-landen tegen deze herziening heeft
gestemd?
Vraag 3
Is het mogelijk om de Kamer een – al dan niet beknopt – verslag van deze vergadering
te doen toekomen?
Vraag 4
Bent u ervan op de hoogte dat dit nieuwe quotum voor walsdraadstaal tot grote problemen
leidt bij sommige Nederlandse bedrijven?
Vraag 5
Deelt u de mening dat deze Europese vrijwaringsmaatregelen zorgen voor een verstoring
van de markt?
Vraag 6
Deelt u de conclusie dat deze vrijwaringsmaatregelen onevenredig slecht uitpakken
voor Nederlandse bedrijven en een onevenredig concurrentievoordeel opleveren voor
hun concurrenten?
Vraag 7
Bent u bereid deze zaak aanhangig te maken bij de Eurocommissaris voor Mededinging
Vestager?
Vraag 8
Zijn de negatieve effecten van de oude en de nieuwe vrijwaringsmaatregelen in kaart
gebracht? Zo ja, kunt u de effecten met de Kamer delen?
Vraag 9
Wanneer vindt de volgende herzieningsvergadering plaats en welke acties gaat u tot
die tijd ondernemen om deze negatieve effecten te bestrijden?
Indieners
-
Gericht aan
S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Indiener
W.R. van Haga, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.