Amendement (gewijzigd/nader/vervangend) : Nader gewijzigd amendement van de leden Sjoerdsma en Van der Graaf ter vervanging van nr. 17 over een categorische uitzondering voor humanitaire organisaties
35 125 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering tot strafbaarstelling van verblijf in een door een terroristische organisatie gecontroleerd gebied (strafbaarstelling verblijf in een door een terroristische organisatie gecontroleerd gebied)
Nr. 22
                   NADER GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN SJOERSDMA EN VAN DER GRAAF TER VERVANGING
               VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 17
            
Ontvangen 10 september 2019
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
In artikel I, onderdeel B, wordt in artikel 134b, eerste lid, na «volkenrechtelijke
                     organisatie» ingevoegd «of als afgevaardigde van een onpartijdige humanitaire organisatie
                     die door het internationaal recht, met inbegrip van het internationaal humanitair
                     recht, is aangemerkt of een organisatie die werkt overeenkomstig het internationaal
                     humanitair recht, of van een erkende en toegelaten rechtspersoon als bedoeld in de
                     artikelen 1, tweede lid, en 2, eerste lid, van het Besluit Rode Kruis 1988».
                  
Toelichting
               
Indieners willen voorkomen dat het verlenen van onpartijdige humanitaire hulp daar
                     waar dat noodzakelijk, en dus ook in door een terroristische organisatie gecontroleerd
                     gebied, met onderhavig wetsvoorstel belemmerd wordt. Met dit amendement willen de
                     indieners derhalve mogelijk maken dat humanitaire hulpverleners in de gebieden waar
                     dit wetsvoorstel betrekking op heeft hun werk kunnen doen, in lijn met internationaalrechtelijke
                     bepalingen (het humanitair oorlogsrecht) en humanitaire principes.
                  
Het is wat de indieners betreft van essentieel belang dat humanitaire organisaties
                     waaronder het Rode Kruis, die op grond van het humanitair oorlogsrecht een onafhankelijke
                     status hebben, die onafhankelijke status behouden. Ook het Nederlandse Rode Kruis
                     en andere onpartijdige, erkende en toegelaten rechtspersonen die overeenkomstig artikel
                     7 van het Besluit Rode Kruis 1988 – onder de vlag van het Rode Kruis – meewerken om
                     het Rode Kruis in staat te stellen zijn taken uit te voeren (zie artikel 7 van het
                     Besluit Rode Kruis 1988), moeten niet worden belemmerd bij de uitvoering van deze
                     belangrijke taken. Dat geldt ook voor Nederlandse noodhulporganisaties die financiering
                     ontvangen van de Nederlandse staat en opereren conform het internationaal humanitair
                     recht. De veilige toegang tot mensen in nood in conflictgebieden wordt immers voor
                     een aanzienlijk deel bepaald door de mate waarin onafhankelijke en onpartijdige humanitaire
                     organisaties zich houden aan deze humanitaire principes en het vertrouwen dat deze
                     organisaties daarmee verkrijgen van de strijdende actoren. De voorziene toestemmingsvereiste
                     in onderhavig wetsvoorstel staat hiermee op gespannen voet. Derhalve beogen de indieners
                     met dit amendement deze groep onpartijdige humanitaire hulpverleners uit te zonderen.
                     De voorgestelde tekst is gebaseerd op overweging 38 van de Europese richtlijn inzake
                     terrorismebestrijding van 15 maart 2017 (2017/541) en sluit aan bij de categorische
                     uitzonderingsgronden die het VK en Australië hebben opgenomen in wetgeving.
                  
Sjoerdsma Van der Graaf
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
S.W. Sjoerdsma, Tweede Kamerlid - 
              
                  Mede ondertekenaar
S.J.F. van der Graaf, Tweede Kamerlid