Schriftelijke vragen : Bemoeienis van het ministerie van Justitie en Veiligheid met het proces Wilders
Vragen van de leden Groothuizen (D66) en Van Nispen (SP) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over bemoeienis van het Ministerie van Justitie en Veiligheid met het proces Wilders (ingezonden 4 september 2019).
Vraag 1
Op basis van welke wettelijke grondslag worden punten ten aanzien van mogelijk door
de verdediging te voeren verweren «meegegeven» aan het openbaar ministerie (OM)?1
Vraag 2
Welke punten met betrekking tot mogelijke verweren werden door de desbetreffende ambtenaar
aan het OM «meegegeven»? Bent u bereid deze met de Kamer te delen? Zo nee, waarom
niet? Kunt u daarbij ingaan op de redenen om verweren die blijkbaar door het OM niet
waren opgenomen in het ambtsbericht niet met de Kamer te delen?
Vraag 3
In hoeverre kan uit het ambtelijk «meedenken» over verweren worden afgeleid dat (ambtenaren
van) het departement uitging(en) van vervolging, dan wel daar een voorkeur voor hadden?
Vraag 4
Waarom is niet eerder aan de Kamer gemeld dat ambtenaren meedachten over de inhoud
van een (eventuele) strafzaak? Hoe beoordeelt u dat? Deelt u de mening dat u op de
hoogte had kunnen zijn van deze e-mailwisseling?
Vraag 5
Hoe beoordeelt u dit «meedenken» in het licht van uw eerdere antwoord op Kamervragen
dat u zich «als Minister van Justitie en Veiligheid niet [mengt] in de behandeling
van individuele strafzaken»?
Vraag 6
Hoe beoordeelt u dit «meedenken» in het licht van de onafhankelijke magistratelijke
rol van het OM?
Vraag 7
Wat is de reden dat ambtenaren van het departement een juridische analyse maken over
het door het OM opgestelde ambtsbericht? Welke toegevoegde waarde heeft een dergelijke
analyse? Bent u bereid deze analyse met de Kamer te delen? Zo nee, waarom niet? Kunt
u daarbij ingaan op de redenen om de analyse die blijkbaar door het OM niet was opgenomen
in het ambtsbericht niet met de kamer te delen?
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Kuiken (PvdA),
ingezonden 2 september 2019 (vraagnummer 2019Z16191).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Groothuizen, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Michiel van Nispen, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.