Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Westerveld over staatsexamens
Vragen van het lid Westerveld (GroenLinks) aan de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over staatsexamens (ingezonden 26 juni 2019).
Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media) (ontvangen 11 juli
2019).
Vraag 1
Kent u het bericht «Staatsexamen is oneerlijk», en dat kan anders?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat er een verschillend tijdspad is tussen reguliere examens en staatsexamens?
Zo ja, wat is de reden?
Antwoord 2
Dat klopt. Het College voor Toetsen en Examens (hierna: CvTE) geeft aan dat het regulier
examen en het staatsexamen twee verschillende examenvoorzieningen zijn met deels een
eigen tijdpad. Het moment van afname van het centraal examen is gelijktijdig. Echter
verschilt het moment van afname van het schoolexamen of zoals het bij het staatsexamen
is vormgegeven: het college-examen. Het college-examen wordt bij het staatsexamen
na het eerste tijdvak van het centraal examen afgenomen. In 2019 vinden de college-examens
plaats tussen 15 juni en 3 augustus. Eventuele herkansingen voor de centraal examens
vinden vervolgens plaats in het derde tijdvak (13 tot en met 22 augustus 2019).
De reden voor het hanteren van deze andere, meer geconcentreerde examenplanning is
tweeledig. Ten eerste is het staatsexamen alleen een examenvoorziening waar geen onderwijs
bij hoort. Dat betekent dat er bij het staatsexamen geen onderwijs is waarbij gedurende
de looptijd van een schooljaar schoolexamens kunnen worden afgenomen. Ten tweede zijn
de examinatoren die de college-examens afnemen pas later in het schooljaar beschikbaar,
omdat het docenten uit het reguliere vo zijn die pas aan het eind van het schooljaar
en het begin van de zomervakantie in de gelegenheid zijn om de college-examens af
te nemen, nadat ze hun reguliere werkzaamheden op school hebben afgerond.
Vraag 3
Klopt het dat leerlingen die staatsexamen doen veel later dan leerlingen die het reguliere
examen doen horen wat hun cijfers zijn? Zo ja, bent u het met de leerlingen in het
artikel eens dat dit ook anders kan?
Antwoord 3
Het klopt dat staatsexamenkandidaten later dan examenkandidaten in het reguliere voortgezet
onderwijs horen wat hun cijfers voor de centraal examens zijn. De resultaten van de
centraal examens worden na afloop van de college-examens aan de staatsexamenkandidaten
bekend gemaakt.
Het CvTE vertelt mij dat bekendmaking van de resultaten voorafgaand aan de start van
de college-examens niet mogelijk is, omdat dan nog niet alle resultaten van de centrale
examens bekend en/of verwerkt zijn. Het gaat om de resultaten van circa 9000 staatsexamenkandidaten,
waaronder een grote groep VSO-leerlingen, die in één of meerdere vakken centraal examen
afleggen. Om geen ongelijkheid te creëren tussen de uitgangspositie van verschillende
staatsexamenkandidaten bij aanvang van het college-examen worden alle kandidaten op
hetzelfde moment geïnformeerd, nadat alle centraal examen resultaten bekend zijn.
De eerste college-examens worden half juni afgenomen. Een latere afname van de college-examens,
zodat alle CE-resultaten verwerkt zijn en bekend gemaakt kunnen worden aan de staatsexamenkandidaten,
betekent dat de volledige planning van de Staatsexamens verder de zomer inschuift.
Vraag 4
Klopt het dat leerlingen en leraren de cijfers nog niet krijgen terwijl die al wel
bekend zijn bij examinatoren? Zo ja, waarom is dit zo en deelt u de mening dat dit
ongelijkheid schept aangezien leerlingen die een regulier examen doen ook de cijfers
van tentamens krijgen voor ze aan hun eindexamen beginnen?
Antwoord 4
Het college-examen wordt afgenomen door twee staatsexaminatoren. De één neemt het
examen af en de ander schrijft het protocol gedurende de afname. Op het protocol staat
het behaalde cijfer voor het centraal examen vermeld, mits deze al bekend is. Zo kunnen
de examinatoren na afloop van het college-examen het eindcijfer berekenen. De resultaten
zijn niet bedoeld om te delen met staatsexamenkandidaten en hun docenten. Zie het
antwoord op vragen 2 en 3.
Vraag 5
Klopt het dat er bij het Staatsexamen hogere eisen worden gesteld aan de literatuurlijst
en dat bijvoorbeeld de eisen van de literatuur van alle talen binnen de staatsexamens
havo hoger zijn dan de literatuureisen voor het reguliere examen vwo?
Antwoord 5
Het CvTE geeft aan dat de eisen voor het staatsexamen niet afwijkend zijn van de eisen
voor het centraal examen in het reguliere voortgezet onderwijs en dat deze overeen
komen met wat er in de examenprogramma’s staat aangegeven.
Vraag 6
Klopt het dat bij het Staatsexamen meer gelezen moet worden, maar de keuze van de
boekenlijsten beperkter is?
Antwoord 6
Ook voor wat betreft de keuzemogelijkheden van de boekenlijsten geeft het CvTE aan
dat het aantal te lezen boeken niet afwijkt van wat een leerling in het reguliere
voortgezet onderwijs moet lezen. Ook de keuzemogelijkheid op de boekenlijsten van
staatsexamenkandidaten is niet beperkter dan leerlingen in het regulier voortgezet
onderwijs.
Vraag 7
Vindt u het onwenselijk dat uitslagen van de examens in sommige gevallen pas komen
nadat de inschrijftermijn voor vervolgstudies is afgesloten? Zo ja, bent u bereid
om naar een oplossing te zoeken?
Antwoord 7
Voor zowel het mbo als het hoger onderwijs geldt dat een kandidaat zich inschrijft
voor een opleiding en op een later moment (voor 1 september) definitief doorgeeft
of hij of zij geslaagd is voor het eindexamen. Dit is voor staatsexamenkandidaten
niet anders dan voor reguliere eindexamenkandidaten. Ook in het geval van een herkansing,
welke plaatsvindt in het derde tijdvak (13 tot en met 22 augustus 2019), geeft het
CvTE aan dat een staatsexamenkandidaat voor 1 september beschikking heeft over het
diploma.
Vraag 8
Is het mogelijk om het tijdpad voor het staatsexamen te veranderen waardoor ook herexamens
niet meer diep in de zomerperiode vallen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8
Nee, het is niet mogelijk om het tijdpad van het Staatsexamen aan te passen. Zoals
toegelicht in het antwoord op vraag 2 zijn bevoegde docenten alleen aan het einde
van het schooljaar en het begin van de zomer in de gelegenheid om als examinator de
college-examens af te nemen. Het vervroegen van het tijdpad van het Staatsexamen betekent
dat de beschikbaarheid van examinatoren sterk zou afnemen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.