Voorstel van wet : Voorstel van wet
35 246 Wijziging van de Wet op de Kamers van Koophandel en Nijverheid BES en de Handelsregisterwet 2009 BES
ARTIKEL I
ARTIKEL II
ARTIKEL III
ARTIKEL IV
ARTIKEL V
Nr. 2 VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is enkele verbeteringen en
vereenvoudigingen aan te brengen in de regels over de Kamers van Koophandel en Nijverheid
en het handelsregister op Bonaire, Saba en Sint Eustatius;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet op de Kamers van Koophandel en Nijverheid BES wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1 komt te luiden:
Artikel 1
In de artikelen van deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
a. de Kamers:
de Kamers van Koophandel en Nijverheid, bedoeld in artikel 1a, eerste lid;
b. Onze Minister:
de Minister van Economische Zaken en Klimaat;
c. openbaar lichaam:
het openbaar lichaam Bonaire, Sint Eustatius of Saba.
B
Artikel 1a wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid wordt «welke» telkens vervangen door «die» en komt de tweede volzin
te luiden: Beide Kamers hebben een bestuur dat uit ten minste drie en ten hoogste
vijf bestuursleden bestaat.
2. Het derde lid komt te luiden:
3. Het bestuur van de Kamer voor Sint Eustatius en Saba bestaat uit:
a. ten hoogste drie vertegenwoordigers van ondernemingen of rechtspersonen, gevestigd
in hetzelfde openbaar lichaam;
b. ten minste een vertegenwoordiger van een onderneming of rechtspersoon, gevestigd op
Sint Eustatius; en
c. ten minste een vertegenwoordiger van een onderneming of rechtspersoon, gevestigd op
Saba.
C
Artikel 2 vervalt.
D
Artikel 3 komt te luiden:
Artikel 3
1. De bestuursleden van de Kamers worden gekozen door de vertegenwoordigers van ondernemingen
en rechtspersonen, met uitzondering van verenigingen en stichtingen, die in het handelsregister
van de desbetreffende Kamer zijn ingeschreven.
2. Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over de personen
die kunnen worden aangemerkt als vertegenwoordigers als bedoeld in het eerste lid.
E
Artikel 4, alsmede de aanduiding «Kiezerslijst» vervalt.
F
Artikel 5 komt te luiden:
Artikel 5
1. Tot bestuurslid van de Kamers kunnen worden gekozen de vertegenwoordigers van ondernemingen
en rechtspersonen, met uitzondering van verenigingen en stichtingen, die
a. in het handelsregister van de betreffende Kamer zijn ingeschreven;
b. op het moment van de verkiezingen en gedurende de laatste twee jaren voor de verkiezingen
ingeschreven zijn geweest in het bevolkingsregister van het openbaar lichaam waar
de betreffende Kamer op ziet;
c. op de dag van de stemming de leeftijd van achttien jaren hebben bereikt; en
d. van ten minste vijftien kiesgerechtigden voor de Kamer voor Bonaire respectievelijk
ten minste vijf kiesgerechtigden voor de Kamer voor Sint Eustatius en Saba een schriftelijke
verklaring tot ondersteuning van hun kandidatuur hebben overgelegd.
2. Twee vertegenwoordigers van dezelfde onderneming of rechtspersoon, kunnen niet tegelijkertijd
bestuurslid zijn van dezelfde Kamer.
3. Niet verkiesbaar zijn personen die:
a. rechtens van hun vrijheid zijn beroofd; of
b. onder curatele zijn gesteld.
4. Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over:
a. de personen die kunnen worden aangemerkt als vertegenwoordigers als bedoeld in de
aanhef van het eerste lid; en
b. de verklaring tot ondersteuning, bedoeld in het eerste lid, onderdeel d.
G
Voor artikel 6 wordt een aanduiding en een artikel ingevoegd, luidende:
Verkiezingen
Artikel 5a
1. Indien het aantal kandidaten dat zich verkiesbaar stelt voor het bestuur van de Kamer
voor Bonaire groter is dan vijf, vinden er verkiezingen plaats. Is het aantal kandidaten
gelijk aan of kleiner dan vijf, treden alle kandidaten van rechtswege toe tot het
bestuur.
2. Indien het aantal kandidaten dat zich verkiesbaar stelt voor het bestuur van de Kamer
voor Sint Eustatius en Saba in beide openbare lichamen groter is dan drie, kiezen
vertegenwoordigers van ondernemingen en rechtspersonen die gevestigd zijn in het openbaar
lichaam Sint Eustatius twee leden en kiezen de vertegenwoordigers van ondernemingen
en rechtspersonen die gevestigd zijn in het openbaar lichaam Saba twee leden. Als
vijfde lid van het bestuur wordt diegene gekozen die daarna de meeste stemmen heeft
behaald, ongeacht de herkomst van die stemmen.
3. Indien het aantal kandidaten dat zich verkiesbaar stelt voor het bestuur van de Kamer
voor Sint Eustatius en Saba in geen van de openbare lichamen groter is dan drie, treden
de kandidaten van rechtswege toe tot het bestuur.
4. Indien het aantal kandidaten dat zich verkiesbaar stelt voor het bestuur van de Kamer
voor Sint Eustatius en Saba in een van de twee openbare lichamen groter is dan drie
en in het andere openbare lichaam kleiner is dan drie, vinden er verkiezingen plaats
voor de leden in het openbaar lichaam waarin meer dan drie leden zich verkiesbaar
hebben gesteld en treedt de kandidaat of treden de kandidaten in het andere openbare
lichaam van rechtswege toe tot het bestuur.
5. Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over de procedure
van de verkiezing van de bestuursleden van de Kamers.
H
Voor artikel 6 wordt de aanduiding «Duur van het lidmaatschap» vervangen door «Zittingsduur
en aanvulling van het bestuur».
I
Artikel 6 komt te luiden:
Artikel 6
1. De bestuursleden van de Kamers nemen zitting in het bestuur voor een periode van
drie jaren, lopend van 1 januari van het eerste jaar tot en met 31 december van derde
jaar.
2. Het gehele bestuur treedt tegelijk af op 31 december van het derde jaar.
3. Indien een lid van het bestuur tussentijds aftreedt, wordt het bestuur, indien er
minder dan drie bestuursleden over zijn, telkens aangevuld met de eerstvolgende kandidaat
die:
a. bij de laatste verkiezingen de meeste stemmen heeft behaald;
b. sinds de laatste verkiezingen nog geen lid van het bestuur is geweest;
c. instemt met het lidmaatschap; en
d. in het geval het de Kamer voor Sint Eustatius en Saba betreft, is ingeschreven in
het bevolkingsregister van een openbaar lichaam waar ook een van de afgetreden en
nog niet vervangen bestuursleden was ingeschreven, met inachtneming van het vereiste,
bedoeld in artikel 1a, derde lid.
4. Indien twee kandidaten die op grond van het derde lid in aanmerking zouden komen
voor een plaats in het bestuur een gelijk aantal stemmen hebben behaald, dan beslist
het lot.
5. Indien er minder dan drie bestuursleden zijn, en het bestuur niet aangevuld kan worden
overeenkomstig het derde lid, wordt op voordracht van de overige bestuursleden een
bestuurslid benoemd door het Bestuurscollege van het openbaar lichaam waar het voorgedragen
bestuurslid staat ingeschreven in het bevolkingsregister. Benoeming geschiedt alleen
indien het voorgedragen bestuurslid voldoet aan de voorwaarden van artikel 5 en instemt
met het lidmaatschap.
6. Het derde tot en met vijfde lid is van overeenkomstige toepassing als, in het geval
het de Kamer van Sint Eustatius en Saba betreft, de ondernemingen of rechtspersonen
van één van de twee openbare lichamen geen bestuurslid hebben dat hen vertegenwoordigt.
7. Onverminderd het derde lid, kan het bestuur overeenkomstig het derde en vierde lid
worden aangevuld, indien het bestuur uit drie of vier leden bestaat.
8. Bij algemene maatregel van bestuur worden aanvullende regels gesteld met betrekking
tot het tussentijds aftreden en aanvullen van bestuursleden.
J
De artikelen 7 en 8, alsmede de aanduiding «Tijdperk der verkiezing» voor artikel
7, vervallen.
K
Artikel 9 komt te luiden:
Artikel 9
1. Er is een verkiezingscommissie die verantwoordelijk is voor de verkiezingsprocedure
en tot taak heeft toezicht te houden op de verkiezingen.
2. Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over de samenstelling
van de verkiezingscommissie en de uitoefening van haar werkzaamheden.
L
Artikel 10, alsmede de aanduiding «Wijze van verkiezing» voor artikel 10 vervalt.
M
Voor artikel 11 wordt de aanduiding «Bevoegdheden en verplichtingen der Kamers» vervangen
door «Bevoegdheden en taken van de Kamers».
N
Artikel 11 komt te luiden:
Artikel 11
De Kamers geven aan Onze Minister en aan het Bestuurscollege, van het gebied waarbinnen
zij gevestigd zijn, gevraagd en ongevraagd adviezen of inlichtingen.
O
Artikel 12 komt te luiden:
Artikel 12
1. De Kamers hebben tot taak:
a. het stimuleren van economische ontwikkelingen in hun gebied door middel van het bevorderen
van onderzoeken en van overleg- en samenwerkingsvormen die de economische belangen
van handel en nijverheid in hun gebied betreffen;
b. het verstrekken van inlichtingen van algemene aard over het oprichten en drijven van
een onderneming in hun gebied, waaronder juridische en economische voorlichting.
2. De Kamers kunnen de volgende taken uitvoeren:
a. het afgeven van verklaringen ten dienste van de handel en nijverheid;
b. het legaliseren van handtekeningen van personen die een onderneming of rechtspersoon
in het handelsregister hebben ingeschreven;
c. het in depot nemen van algemene voorwaarden en het verstrekken van informatie daarover
als bedoeld in artikel 234, eerste lid, onderdeel b, van Boek 6 van het Burgerlijk
Wetboek BES;
d. het uitvoeren van het hun opgedragen beheer over inrichtingen ten dienste van handel
en nijverheid.
3. De Kamers brengen de integrale kosten die samenhangen met het verrichten van de in
het tweede lid vermelde werkzaamheden in rekening en laste van degene voor wie deze
werkzaamheden zijn verricht.
4. De bedragen ter vergoeding van de integrale kosten die samenhangen met het verrichten
van de taken, bedoeld in het tweede lid, onderdelen a, b en c, worden bij ministeriële
regeling vastgesteld.
5. De bedragen ter vergoeding van de kosten die samenhangen met het verrichten van de
taken, bedoeld in het tweede lid, onderdeel d, kunnen bij ministeriële regeling worden
vastgesteld.
P
Artikel 13 komt te luiden:
Artikel 13
De Kamers kunnen aan instellingen die een algemeen belang van handel en nijverheid
bevorderen subsidie verlenen.
Q
Na artikel 13 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 13a
1. De Kamers verrichten, met de baten, bedoeld in artikel 19, onderdelen a, b, d en
e, geen activiteiten waarmee zij rechtstreeks concurreren met ondernemingen of vrije
beroepsbeoefenaren.
2. De Kamers dragen er zorg voor dat hun werkzaamheden niet leiden tot het verhinderen,
beperken of vervalsen van de mededinging tussen ondernemingen of vrije beroepsbeoefenaren.
R
Na artikel 13a wordt een aanduiding ingevoegd, luidende:
Vestiging, bestuur en personeel van de Kamers
S
Artikel 14 komt te luiden:
Artikel 14
De Kamer voor Bonaire heeft een vestiging op Bonaire. De Kamer voor Sint Eustatius
en Saba heeft vestigingen op Sint Eustatius en Saba.
T
Artikel 15 wordt vervangen door drie artikelen, luidende:
Artikel 15
1. Het bestuur van een Kamer staat aan het hoofd van de Kamer.
2. Het bestuur benoemt uit zijn midden een voorzitter, een plaatsvervangend voorzitter
en een penningmeester.
3. De bestuursleden hebben elk gelijk stemrecht. Indien het bestuur bestaat uit een
even aantal bestuursleden en de stemmen staken bij enig onderwerp, is de stem van
de voorzitter doorslaggevend.
4. De bestuursleden hebben op persoonlijke titel zitting in het bestuur en oefenen hun
functie uit zonder last of ruggespraak.
Artikel 15a
Een bestuurslid vervult geen functies die ongewenst zijn met het oog op de goede vervulling
van zijn functie als bestuurslid of van zijn onafhankelijkheid of het vertrouwen daarin.
Artikel 15b
1. Het bestuur draagt zorg voor de uitvoering van de taken van de Kamer.
2. Het bestuur stelt een bestuursreglement vast, waarin in elk geval regels worden gesteld
over:
a. de wijze waarop beslissingen van het bestuur worden voorbereid, genomen en uitgevoerd,
en
b. de taak en bevoegdheden van de bestuursleden en de secretaris.
3. De voorzitter vertegenwoordigt de Kamer in rechte.
4. De voorzitter en de secretaris vertegenwoordigen bij de uitvoering van bestuursbesluiten
gezamenlijk de Kamer buiten rechte.
U
Artikel 16 komt te luiden:
Artikel 16
1. Het bestuur benoemt en ontslaat de secretaris.
2. De secretaris is het hoofd van het overige personeel en benoemt en ontslaat dat personeel.
3. De secretaris heeft in bestuursvergaderingen een raadgevende stem.
4. Het bestuur stelt de salarissen van de secretaris en het overige personeel vast.
V
Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:
1. In artikel 17, eerste lid, komt de tweede volzin te luiden: Wanneer de voorzitter
of de meerderheid van de bestuursleden dat nodig vindt, wordt een besloten vergadering
gehouden.
2. Het tweede lid alsmede de aanduiding «1.» voor het eerste lid vervallen.
W
Artikel 18 vervalt.
X
Artikel 19 komt te luiden:
Artikel 19
De baten van de Kamer bestaan uit:
a. de opbrengsten uit de krachtens artikel 12, derde lid, ontvangen vergoedingen;
b. de opbrengsten uit vergoedingen voor andere bij of krachtens de wet aan de Kamer opgedragen
taken;
c. de opbrengsten uit andere werkzaamheden en uit samenwerking met derden;
d. het heffen van gelden voor het gebruik van bij haar in beheer zijnde inrichtingen;
en
e. andere baten voor bij of krachtens de wet aan de Kamer opgedragen taken of voor de
bedrijfsvoering van de Kamers.
Y
Artikel 20 komt te luiden:
Artikel 20
1. Elke Kamer brengt jaarlijks een verslag uit van haar handelingen in het voorafgaande
kalenderjaar en over de toestand van handel en nijverheid in dit jaar in haar gebied.
2. In het verslag rapporteert de Kamer over de toepassing van artikel 13a.
3. Onze Minister en het Bestuurscollege, van het openbaar lichaam waar de Kamer op ziet,
ontvangen vóór 1 mei van het jaar, dat volgt op het kalenderjaar waarop het verslag
betrekking heeft, een exemplaar van het verslag.
Z
Na artikel 20 wordt de aanduiding «Toezicht van het bestuur» vervangen door «Toezicht».
AA
Artikel 21 komt te luiden:
Artikel 21
Aan de goedkeuring van het Bestuurscollege worden onderworpen de besluiten van het
bestuur betreffende:
a. het verlenen van subsidies aan instellingen, die een algemeen belang van handel en
nijverheid bevorderen;
b. het zich belasten met het beheer van inrichtingen ten dienste van handel en nijverheid,
die niet door het openbaar gezag in het leven zijn geroepen;
c. het stichten van inrichtingen ten dienste van handel en nijverheid;
d. het kopen, verkopen en bezwaren van onroerende zaken en de rechten waaraan deze zijn
onderworpen.
BB
Artikel 22 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «besluiten der Kamers» vervangen door «besluiten van het
bestuur», «den» door «de» en wordt «welk besluit bekend wordt gemaakt in de courant,
waarin officieele stukken worden gepubliceerd» vervangen door «dat bekend wordt gemaakt
in de Staatscourant».
2. In het derde lid wordt «brengt mede vernietiging» vervangen door «brengt vernietiging
mee» en wordt «zoover» vervangen door «zover».
3. Het vijfde lid komt als volgt te luiden:
5. Ingeval het bestuur ernstig nalatig is in het naleven van verplichtingen die haar
ingevolge deze wet of andere wettelijke regelingen zijn opgelegd, besluit de Rijksvertegenwoordiger
daarin namens het bestuur te voorzien ten koste van de nalatige Kamer. Deze voorziening
brengt de bevoegdheid van de Rijksvertegenwoordiger mee om de nodige gelden uit de
kas van de Kamer te putten, alsmede om over de diensten van de secretaris van de Kamer
te beschikken, hem personeel toe te wijzen en hem bij gebleken ongeschiktheid of nalatigheid
te ontslaan en in zijn vervanging te voorzien.
CC
Na artikel 22 worden de volgende aanduiding en artikelen ingevoegd:
Financieel toezicht.
Artikel 22a
1. Het bestuur stelt de begroting en het jaarplan vast en zendt deze aan het Bestuurscollege
van het desbetreffende openbaar lichaam en aan Onze Minister vóór 1 november van het
jaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar waarop de begroting betrekking heeft.
2. Het bestuur stelt de jaarrekening vast en zendt deze, tegelijkertijd met het jaarverslag,
bedoeld in artikel 20, aan het Bestuurscollege van het desbetreffende openbaar lichaam
en aan Onze Minister vóór 1 mei van het jaar dat volgt op het kalenderjaar waarop
de jaarrekening betrekking heeft.
Artikel 22b
1. De jaarrekening, waarin rekening en verantwoording wordt afgelegd over het financieel
beheer en van de geleverde prestaties in het verstreken boekjaar, wordt zoveel mogelijk
met overeenkomstige toepassing van artikel 15 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek
BES ingericht.
2. De jaarrekening gaat vergezeld van een verklaring omtrent de getrouwheid, afgegeven
door een door de Kamer aangewezen deskundige als bedoeld in artikel 121 van Boek 2
van het Burgerlijk Wetboek BES. Bij de aanwijzing van de accountant bedingt een Kamer
dat aan Onze Minister desgevraagd inzicht wordt geboden in de controlewerkzaamheden
van de accountant.
3. De verklaring, bedoeld in het tweede lid, heeft mede betrekking op de rechtmatige
inning en besteding van de middelen door een Kamer.
4. De accountant voegt bij de verklaring, bedoeld in het tweede lid, tevens een verslag
van zijn bevindingen over de vraag of het beheer en de organisatie van een Kamer voldoen
aan de eisen van doelmatigheid.
Artikel 22c
Bij regeling van Onze Minister kunnen regels worden gesteld omtrent de inrichting
van en de toelichting op de begroting en de jaarrekening, omtrent eisen met betrekking
tot de hoogte en samenstelling van het eigen vermogen en omtrent aandachtspunten voor
de accountantscontrole.
ARTIKEL II
De Handelsregisterwet 2009 BES wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 6 wordt de zinsnede «binnen welker gebied zij gevestigd zijn» telkens vervangen
door «van het gebied waarbinnen».
B
In artikel 8, eerste lid, wordt, onder vervanging van de punt aan het slot door een
komma, een zinsnede toegevoegd, luidende: met vermelding van de dag van ingang daarvan.
C
Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het tweede en derde lid tot het derde en vierde lid, wordt
na het eerste lid een lid ingevoegd, luidende:
2. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat de Kamer ambtshalve bevoegd
is tot het inschrijven van wijzigingen van daarbij aangewezen gegevens waarvan de
Kamer op andere wijze kennis heeft gekregen.
2. In het derde lid (nieuw) en vierde lid (nieuw) wordt «als bedoeld in het eerste lid»
telkens vervangen door «als bedoeld in het eerste en tweede lid».
D
Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid komt te luiden:
1. Bij de eerste inschrijving van een onderneming, rechtspersoon of nevenvestiging en
vervolgens jaarlijks na het jaar van inschrijving is voor elke ingeschreven onderneming,
rechtspersoon of nevenvestiging een bijdrage verschuldigd, die niet voor elke Kamer
hetzelfde hoeft te zijn.
2. Het tweede lid komt te luiden:
2. De bijdrage, bedoeld in het eerste lid, wordt bij of krachtens algemene maatregel
van bestuur vastgesteld. Hierbij kunnen regels worden gesteld over de verhouding naar
rechtsvorm en grootte, niet zijnde het maatschappelijk kapitaal, in relatie tot de
hoogte van de bijdrage tussen de verschillende ondernemingen en rechtspersonen.
3. Het derde lid vervalt, onder vernummering van het vierde tot en met het zesde lid
tot het derde tot en met het vijfde lid.
4. Het zevende lid vervalt, onder vernummering van het achtste tot het zesde lid.
5. In het zesde lid (nieuw) vervalt de tweede volzin.
E
Artikel 15 vervalt.
F
Artikel 16 komt te luiden:
Artikel 16
Voor het inzien van het handelsregister en de bescheiden die daarbij krachtens wettelijk
voorschrift zijn gedeponeerd, zijn aan de Kamer de bij ministeriële regeling vast
te stellen bedragen verschuldigd.
G
Artikel 17 komt te luiden:
Artikel 17
Voor het verstrekken van een afschrift van of een uittreksel uit hetgeen in het handelsregister
is ingeschreven of krachtens wettelijk voorschrift daarbij is gedeponeerd, zijn aan
de Kamer de bij ministeriële regeling vast te stellen bedragen verschuldigd.
H
Artikel 17a vervalt.
I
Artikel 23 vervalt.
ARTIKEL III
Tot 1 januari van het eerste kalenderjaar na het tijdstip van inwerkingtreding van
artikel I, onderdeel G, worden de besturen van de Kamers gevormd door de leden van
de desbetreffende Kamers die zijn gekozen op grond van de Wet op de Kamers van Koophandel
en Nijverheid BES zoals die luidde voor het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I,
onderdeel G. Artikel 5a van de Wet op de Kamers van Koophandel en Nijverheid BES is
voor het eerst van toepassing op de besturen van de Kamers die vanaf 1 januari van
het eerste kalenderjaar na het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel G,
aantreden.
ARTIKEL IV
Na inwerkingtreding van deze wet berust de op de artikelen 3, zesde lid, 5, vijfde
lid, 7, eerste lid, 8, tweede lid, 13, 17a, 20 en 23, vijfde lid, van de Handelsregisterwet
2009 BES gebaseerde algemene maatregel van bestuur op de artikelen 3, zesde lid, 5,
vijfde lid, 7, eerste lid, 8, tweede lid, 13 en 20 van de Handelsregisterwet 2009
BES zoals die luiden na inwerkingtreding van deze wet.
ARTIKEL V
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat
voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries,
autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
de hand zullen houden.
Gegeven
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.