Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kops over de Stuwmeerregeling Groningen
Vragen van het lid Kops (PVV) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over de Stuwmeerregeling Groningen (ingezonden 14 juni 2019).
Antwoord van Minister Wiebes (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 26 juni 2019)
Vraag 1 en 3
Waarom hebt u besloten de deadline van de vaste vergoeding van 5.000 euro uit de Stuwmeerregeling
Groningen wel te verruimen naar 12 juni 2019, maar bij de variabele vergoeding tot
11.000 euro de deadline van 1 januari 2019 te handhaven?1 Deelt u de mening dat hiermee het risico van rechtsongelijkheid blijft bestaan en
hierdoor «twee soorten gedupeerden» worden gecreëerd?
Bent u ertoe bereid, zoals eerder is voorgesteld, het maximumbedrag van de variabele
vergoeding (11.000 euro) te schrappen en deze ook te laten gelden voor schadeclaims
die na 1 januari 2019 zijn ingediend? Zo nee, bent u er dan op z’n minst toe bereid
om de «deadline» van de variabele vergoeding ook te verruimen naar 12 juni 2019?
Antwoord 1 en 3
De TCMG heeft mij geadviseerd om zowel de variant van 5.000 euro als de variant van
€ 11.000,– van de stuwmeerregeling te laten gelden voor iedereen die een schademelding
heeft gedaan tot 1 januari 2019. TCMG heeft in haar afweging het terugbrengen van
het stuwmeer afgewogen tegen het feit dat deze maatregel ook leidt tot rechtsongelijkheid.
Daarnaast is gekeken naar uitvoeringsbelasting.
Er is op een zeer fundamentele manier, met alle bestuurders van Groningen en met de
maatschappelijke organisaties, gekozen voor een onafhankelijke positie van de TCMG.
Ik hecht daar veel waarde aan. In het laatste bestuurlijk overleg werd duidelijk dat
alle partijen, zeker ook de maatschappelijke organisaties de onafhankelijke positie
onderschrijven. Het is dus niet gepast om lichtzinnig van het advies van de TCMG af
te wijken.
De € 11.000,– variant biedt een verdergaande oplossing die het risico van ongelijkheid
verder vergroot. Daarnaast wil ik dat de stuwmeerregeling daadwerkelijk een oplossing
biedt voor gedupeerden die al lang wachten. De € 11.000,– variant legt naar verwachting
een hoger beslag op de uitvoeringsorganisatie. Dossiers worden nog steeds achteraf
administratief afgehandeld door de TCMG (controleren declaraties, betalen etc.). Bij
de eenmalige betaling van € 5.000,– is hier geen sprake van. Dit is ook de reden dat
ik niet bereid ben het maximumbedrag van de variabele vergoeding te schrappen en te
laten gelden voor alle schadeclaims die na 1 januari 2019 zijn ingediend.
Gedupeerden die geen gebruik kunnen maken van de regeling, gedupeerden die een hoger
bedrag dan 11.000 euro aan herstelkosten verwachten te maken of geen gebruik willen
maken van de regeling, kunnen gebruik maken van het reguliere proces en binnenkort
ook van de aannemersvariant nieuwe stijl waarmee uiteindelijk hetzelfde doel wordt
bereikt. Hier kan zonder een maximum bedrag een eigen aannemer, die aan de minimumvereisten
voldoet, de opname en calculatie doen, waarna een toets door de deskundige plaatsvindt
en bij toekenning de aannemer de herstelwerkzaamheden kan uitvoeren.
Ik besef dat elke datum onderwerp van discussie zal zijn en een groep aanvragers splitst,
waarbij er altijd mensen net buiten de regeling vallen. Een ruimhartige eenmalige
regeling als deze is echter alleen uitvoerbaar als de grens strikt wordt gehanteerd.
Alle betrokken partijen hebben begrip getoond voor de noodzaak van een harde begrenzing,
en aangegeven dat principe te onderschrijven.
Vraag 2
Hoe groot is het risico dat gedupeerden die in werkelijkheid meer dan 5.000 euro schade
hebben toch akkoord gaan met uitbetaling van dit bedrag, simpelweg omdat zij compleet
moegestreden zijn en het jarenlange wachten beu zijn? Hoe gaat u ervoor zorgen dat
iedereen op korte termijn uitgekeerd krijgt waar men recht op heeft?
Antwoord 2
Aanvragers hebben de keuze om deel te nemen aan deze regeling of om in de reguliere,
zorgvuldige procedure van schadeafhandeling te blijven. Ik zal mensen hier goed over
laten informeren.
Vraag 4
Hoe is het mogelijk dat gedupeerden – ondanks dat u met veel bombarie hebt verkondigd
de schadeafhandeling rigoureus te vereenvoudigen en te versnellen – een brief van
de Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen(TCMG) hebben ontvangen, waarin staat
dat zij «opeens» twee keer zo lang op afhandeling van hun schade moeten wachten? Deelt
u de mening dat dit onaanvaardbaar is? Wat gaat u hieraan doen?
Antwoord 4
Tot mijn grote spijt kan ik niet terugdraaien dat 5.400 mensen al ruim 15 maanden
wachten op een besluit en nu nog langer moeten wachten. De lange doorlooptijden zijn
voor mij reden geweest om een vergaande maatregel als de stuwmeerregeling te treffen.
Met deze regeling moet de werkvoorraad van TCMG worden teruggebracht tot werkbare
proporties. Hiermee kan TCMG de resterende schademeldingen binnen een redelijke termijn
en met een zorgvuldig proces afhandelen. Maar de omstandigheid dat de beslistermijn
voor nieuwe aanvragers door deze maatregel korter wordt, helpt de 5400 mensen die
al 15 maanden gewacht hebben en nog langer moet wachten op hun besluit niet. Wel kunnen
zij gebruik maken van de stuwmeerregeling, waarmee, als zij het aanbod accepteren,
bewoner gelijk duidelijkheid heeft en 5.000 euro ontvangt, waarmee schade hersteld
kan worden of gelijk een aannemer in de arm kunnen nemen en de bonnetjes kan declareren
bij de TCMG.
Vraag 5
Deelt u de mening dat uw zogenaamde versnellingsmaatregelen al hebben gefaald nog
voordat deze praktisch in werking zijn getreden? Wat gaat u doen om gedupeerden niet
nog langer te laten wachten, maar de boel echt te versnellen?
Antwoord 5
Nee. Naast de stuwmeerregeling heb ik per brief van 3 juni jl. (Kamerstuk 33 529, nr. 639) al geïnformeerd over de stappen die gezet worden om het reguliere proces van schadeafhandeling
te verbeteren.
Vraag 6
Bent u bereid een streep te zetten onder alle ingediende schadeclaims en direct tot
uitbetaling dan wel versterking over te gaan? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Nee. De stuwmeerregeling is een eenmalige maatregel voor gedupeerden die lang moeten
wachten, omdat het stuwmeer de TCMG belemmert om schademeldingen binnen een redelijke
termijn af te doen. Met deze maatregel heb ik er vertrouwen in dat voor de overige
en toekomstige meldingen het reguliere proces van schadeafhandeling door de TCMG kan
worden voortgezet. Uiteraard houd ik daarbij samen met de TCMG een vinger aan de pols.
Vraag 7
Deelt u de conclusie dat onder uw bewind het Groningse aardbevingsdrama dramatischer,
complexer en voor veel gedupeerden uitzichtlozer is geworden? Zo nee, hoe bewijst
u, gezien de toenemende ellende, het tegendeel?
Antwoord 7
Nee, die conclusie deel ik niet. De maatschappelijke impact van de aardbevingen door
gaswinning in Groningen is groot. De aardbevingen hebben geleid tot gevoelens van
onveiligheid en machteloosheid. Rijk en regio erkennen gezamenlijk dat dit zo niet
langer kan.
De gaswinning uit het Groningenveld gaat daarom zo snel mogelijk naar nul. Dat is
volgens het kabinet de beste manier om de veiligheid in Groningen op korte termijn
te verbeteren en op langere termijn te garanderen. Daarnaast is de afgelopen maanden
gezocht naar versnellingsmogelijkheden voor de schadeafhandeling, de versterking van
woningen en de afbouw van de gaswinning. Ik heb vertrouwen in de effecten van deze
maatregelen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.