Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Bruins Slot over de wachttijden van veteranen voor keuringen door het ABP
Vragen van het lid Bruins Slot (CDA) aan de Minister van Defensie over het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds dat veteranen onaanvaardbaar lang laten wachten voor keuringen (ingezonden 14 mei 2019).
Antwoord van Minister Bijleveld-Schouten (Defensie) (ontvangen 14 juni 2019).
Vraag 1 en 2
Hoe beoordeelt u de kritiek van de Veteranenombudsman dat er sprake is van onaanvaardbaar
lange wachttijden bij de uitvoering van het militair invaliditeitspensioen?1
Bent u op de hoogte van het feit dat het Algemeen Burgerlijk Pensioen (ABP) namens
de Staatssecretaris van Defensie bij veel veteranen heeft aangegeven dat de termijn
waarbinnen de mate van invaliditeit opnieuw wordt vastgesteld ambtshalve met een jaar
verlengd wordt?
Antwoord 1 en 2
Vanwege capaciteitsproblemen bij het Bedrijf Sociaal Medisch Onderzoek (SMO) van het
ABP – problemen die ook elders spelen – is besloten om de in 2018 geplande termijnherbeoordelingen
op te schorten en prioriteit te geven aan de primaire aanvragen voor een militair
invaliditeitspensioen (MIP) en de verzoeken om een hoger MIP.
Ik heb op 16 november 2018 deze termijnverlenging schriftelijk aan de Veteranenombudsman
gemeld; deze brief is op 30 november 2018 aan de Tweede Kamer doorgestuurd (Kamerstuk
2018D57633). Helaas is door krapte op de arbeidsmarkt voor verzekeringsartsen deze situatie
van onderbezetting bij het Bedrijf SMO van het ABP ontstaan en daarmee de noodzaak
om de termijnherbeoordelingen op te schorten naar 2019.
Vraag 3
Klopt het dat veteranen die een Militair InvaliditeitsPensioen (MIP) aanvragen meestal
met psychische problematiek te maken hebben?
Antwoord 3
De Pensioensverzekeringsautoriteit heeft mij gemeld dat 54% van de aanvragen uitsluitend
psychische klachten betrof; 23% zowel psychische als somatische klachten (lichamelijke
klachten waarvoor artsen en specialisten geen medische verklaring hebben) en 22% uitsluitend
somatische klachten. De verhoudingen fluctueren enigszins over de jaren maar binnen
kleine marges.
Vraag 4
Deelt u de mening dat het zeer onwenselijk is om kwetsbare veteranen en hun relaties
een jaar langer te laten wachten met het opnieuw vaststellen van de mate van invaliditeit
en het MIP?
Antwoord 4
Het is onwenselijk dat de vaststelling van de mate van invaliditeit en eventueel een
Militair Invaliditeitspensioen onnodig lang duurt. De maatregel om de termijn van
herbeoordeling met een jaar te verlengen is ook niet gemakkelijk genomen. Helaas was
deze maatregel noodzakelijk vanwege het tekort aan verzekeringsartsen. Inmiddels zijn
twee nieuwe verzekeringsartsen aangenomen en voorziet het ABP dat de achterstanden
in 2020 zijn opgelost.
Vraag 5
Bij hoeveel veteranen, die wel en niet actief dienend zijn (graag in de beantwoording
onderscheid maken tussen de beide categorieën), heeft het ABP de termijn ambtshalve
met een jaar verlengd?
Antwoord 5
In 2018 is in 196 gevallen van post-actieve militairen de termijn-beoordeling ambtshalve
met een jaar opgeschort. Voor de actief dienende veteranen is de opschorting niet
van toepassing.
Vraag 6 en 7
Hoe groot is de onderbezetting bij het ABP?
Welke maatregelen heeft u inmiddels genomen om de keuringen te versnellen en meer
keuringsartsen aan te nemen?
Antwoord 6 en 7
In 2018 was er behoefte aan twee extra verzekeringsgeneeskundige artsen. De eerste
hiervan is per 1 september 2018 in dienst getreden bij het Bedrijf Sociaal Medisch
Onderzoek van het ABP. Per 1 januari 2019 is de capaciteit met nog een tweede verzekeringsarts
uitgebreid.
De komst van deze twee artsen betekent niet dat de achterstanden snel kunnen worden
ingelopen. Nieuwe krachten moeten worden ingewerkt; dat vergt tijd en capaciteit van
de zittende bezetting. Gemiddeld bedraagt de inwerkperiode voor nieuwe verzekeringsartsen
6 tot 8 maanden. Pas daarna draaien zij volledig mee.
Het bedrijf Bijzondere Medische Beoordelingen (BMB) van Defensie heeft om die reden
aangeboden verzekeringsgeneeskundige capaciteit in te zetten om keuringen voor het
Bedrijf Sociaal Medisch Onderzoek van het ABP uit te voeren. Het gaat om 9 keuringen
op maandbasis. Van dit aanbod wordt dankbaar gebruik gemaakt en inmiddels is het Bedrijf
Sociaal Medische Onderzoek van het ABP gestart met het aanleveren van de eerste dossiers
aan BMB.
Vraag 8
Kunt u voor de jaren 2014, 2015, 2016, 2017 en 2018 aangeven hoeveel keuringen van
niet-actief dienende veteranen er waren, hoeveel herkeuringen er waren en hoeveel
bezwaarschriften ingediend zijn?
Antwoord 8
Door ABP/ APG Team SMO uitgebrachte rapporten van keuringen voor de eerste aanvraag
MIP:
Jaar Aantal
2014 159
2015 201
2016 180
2017 208
2018 154
Door ABP/APG Team SMO uitgebrachte rapporten van fysieke keuringen dan wel schriftelijke
beoordelingen voor termijnherbeoordelingen MIP:
Jaar Aantal
2014 227
2015 251
2016 250
2017 245
2018 206
Onderstaand de aantallen ontvangen bezwaren waarin de beoordeling dienstverband en/of
de hoogte van het invaliditeitspercentage voor het MIP onderwerp van het geschil is.
Jaar aantal
2014 150
2015 170
2016 145
2017 147
2018 140
Vraag 9
Klopt het dat het versnellen van het inkorten van de tijd voor de initiële keuringen
door de verzekeringsartsen tot onzorgvuldigheden leidt, waardoor er een toename van
bezwaarschriftprocedures plaatsvindt?
Antwoord 9
Nee. Er is geen sprake van het inkorten van de tijd voor initiële keuringen, juist
omwille van zorgvuldigheid en rechtmatigheid. De kwaliteitseisen staan voorop. Er
is geen sprake van een toename van het aantal bezwaarschriften (zie antwoord 8).
Vraag 10
Welke mogelijkheden ziet u om de ambtshalve verlengde termijn terug te draaien en
voor deze veteranen eerder hun MIP vast te stellen?
Antwoord 10
In de gevallen waarin de termijnsbeoordeling is opgeschort in 2018, gaat het om een
herbeoordeling van een (voorlopig) vastgesteld MIP. Deze veteranen ontvangen op dit
moment een uitkering. Het vaststellen van de medische eindtoestand en daarmee het
definitieve MIP duurt voor deze groep langer. Er is helaas geen mogelijkheid om de
ambtshalve verlengde termijn terug te draaien. De cliënten die het betreft zullen
dit jaar (in 2019) en in de loop van 2020 alsnog benaderd worden voor een termijnbeoordeling.
Vraag 11
Wanneer verwacht u dat de achterstanden weggewerkt zijn?
Antwoord 11
Het streven is om in 2020 te komen tot een reguliere afhandeling van alle medische
keuringen.
Vraag 12
Deelt u de opvatting van de Veteranenombudsman dat het om een breder en structureler
probleem gaat dan enkel een tekort aan keuringsartsen, omdat er meerdere voorbeelden
zijn van klachten van oud-militairen die te maken krijgen met onacceptabele, maandenlange
wachttijden tussen een aanvraag en een uitnodiging om naar het spreekuur te komen?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 12
De wachttijden zijn direct afhankelijk van de hoeveelheid beschikbare verzekeringsartsen.
De doorlooptijden van de procedures zijn afhankelijk van de snelheid waarmee opgevraagde
inlichtingen en eventuele expertises worden geleverd. Ook lopende behandelingen zullen
vaak (deels) moeten worden afgewacht om tot een beoordeelbare medische eindtoestand
te kunnen komen.
Vraag 13
Hoe verhoudt zich dit tot de Veteranenwet waarin een bijzondere zorgplicht voor veteranen
is opgenomen, die als gevolg van hun uitzending fysiek en/of psychisch gewond zijn
geraakt? Bent u van mening dat toegang tot voorzieningen als het MIP en het verkrijgen
van rechtszekerheid onderdeel van de bijzondere zorgplicht uitmaakt?
Antwoord 13
De bijzondere zorgplicht is een belangrijke doelstelling uit de Veteranenwet en staat
niet ter discussie. De toegang tot de materiele voorzieningen, waaronder het MIP maakt
onderdeel uit van die bijzondere zorgplicht.
Vraag 14
Wat gaat u doen met het klemmende verzoek van de Veteranenombudsman in januari 2019
om, vanwege de urgentie, een oplossing te zoeken die recht doet aan de zorg die noodzakelijk
is? Bent u bereid vóór het Notaoverleg Veteranen van 24 juni 2019 een plan van aanpak
naar de Tweede Kamer te sturen om dit probleem zo snel mogelijk te verhelpen? Zo nee,
waarom niet?
Antwoord 14
De Veteranenombudsman heeft op 16 mei jl. aangekondigd een onderzoek uit eigen beweging
te starten. Doel van zijn onderzoek is om knelpunten in de procedures rondom de aanvraag
MIP aan het licht te brengen en in gezamenlijkheid oplossingsrichtingen te verkennen.
Uiteraard verleen ik mijn medewerking aan dit onderzoek. De uitkomsten van het onderzoek
zijn mede bepalend voor een vervolg. De resultaten van zijn onderzoek kunnen bijdragen
aan verbeteringen voor veteranen.
Zo wil ik het stelsel van uitkeringen en compensaties moderniseren zodat de gewonde
veteraan nog beter wordt ondersteund bij zijn re-integratie en maatschappelijke participatie.
Onlangs is de evaluatie gestart van de Regeling volledige schadevergoedingen. Daarnaast
wordt het PTSS-protocol herzien zodat mogelijk eerder de medische eindsituatie en
daarmee eerder een definitief MIP, kan worden vastgesteld.
Vraag 15
Zou u deze vragen voor het notaoverleg Veteranen van 24 juni willen beantwoorden?
Antwoord 15
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.Th.B. Bijleveld-Schouten, minister van Defensie
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.