Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Stoffer over de aanbesteding van zware berging
Vragen van het lid Stoffer (SGP) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over de aanbesteding van zware berging (ingezonden 9 mei 2019).
Antwoord van Minister Van Nieuwenhuizen Wijbenga (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen
20 juni 2019).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de openbare aanbesteding van zware bergingswerkzaamheden
op Nederlandse hoofdwegen door Rijkswaterstaat, waarmee de dienst afstapt van de gebruikelijke
onderhandse gunning?1 2
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met deze aanbesteding.
Vraag 2
Is de veronderstelling juist dat op dit moment 39 bedrijven met 59 uitrijlocaties
zijn gecontracteerd voor zware berging en dat dit met de nieuwe tenderregeling teruggebracht
zou moeten worden naar 17 percelen cq. bedrijven, met minimaal twee uitrijlocaties
per perceel?
Antwoord 2
Op dit moment heeft Rijkswaterstaat met 38 bedrijven een contract met 56 actieve uitrijlocaties.
Het klopt dat Rijkswaterstaat met de huidige aanbesteding toewerkt naar een situatie
met 17 percelen met minimaal twee uitrijlocaties per perceel. Dit betekent trouwens
niet dat er in de nieuwe situatie slechts één bedrijf per perceel actief zal zijn:
bedrijven kunnen per perceel zelfstandig inschrijven, maar ook als combinatie of in
een structuur met hoofd- en onderaannemers.
Vraag 3
Is de veronderstelling juist dat aangestuurd wordt op het verkorten van aanrijtijden?
Antwoord 3
Het aandeel files als gevolg van incidenten en ongevallen neemt al enkele jaren toe.
Er is mij veel aan gelegen om hier verandering in aan te brengen. Het verkorten van
de afhandeltijd bij het wegslepen van gestrande vrachtauto’s is daarvoor belangrijk.
Naast het verkorten van de afhandeltijd wordt in de aanbesteding ook gekeken naar
andere kwaliteitscriteria, zoals de inzet van duurzame voertuigen door de berger.
Vraag 4
Houden bergingsbedrijven voldoende ruimte om zware bergingsvoertuigen in te zetten
voor activiteiten voor derden, zoals het nu het geval is?
Antwoord 4
De aard van bergingswerkzaamheden is dat het aantal bergingen en het tijdstip waarop
deze plaats moeten vinden niet gepland kunnen worden. Dit is zowel in de huidige als
in de nieuwe situatie het geval. Met het oog hierop en de specifieke bedrijfsvoeringen
van opdrachtnemers is het niet goed mogelijk om te zeggen hoeveel ruimte bedrijven
hebben en houden voor overige werkzaamheden. Bergingswerk in het kader van Incident
Management is overigens een beperkt onderdeel van het totale werkpakket van bergingsbedrijven.
Vraag 5
Hoeveel grote voertuigen die op enigerlei wijze strandden op Nederlandse hoofdwegen
zijn afgelopen jaar afgesleept door gecontracteerde bergingsbedrijven respectievelijk
door niet-gecontracteerde bedrijven?
Antwoord 5
In 2018 zijn er 2078 vrachtauto’s met pech en 901 vrachtauto’s die betrokken waren
bij een ongeval weggesleept door een gecontracteerde berger. Ik heb geen zicht op
het aantal versleepte voertuigen door niet-gecontracteerde bedrijven. Zie ook het
antwoord op vraag 6.
Vraag 6
Hoe waardeert u het feit dat vrachtauto’s met pech steeds vaker afgesleept worden
door bandenbedrijven en truckdealers, waarbij waarschuwingsvoertuigen van Rijkswaterstaat
ingeschakeld worden op kosten van Rijkswaterstaat, terwijl bergingsbedrijven deze
beveiliging op eigen kosten moeten regelen?
Antwoord 6
Het is mij niet bekend dat er steeds meer voertuigen buiten gecontracteerde bergers
om zouden worden weggesleept. Een gestrande vrachtauto die een gevaar vormt voor de
veiligheid en de doorstroming belemmert, wordt altijd door een gecontracteerde berger
verplaatst. Rijkswaterstaat zorgt hierbij voor beveiliging. Transporteurs schakelen
veelal zelf pechhulp in na een stranding van een vrachtauto; dat is ook toegestaan.
Bovag en Vaco kunnen ter plaatse pechhulp verlenen aan gestrande voertuigen, mits
de omstandigheden dat toelaten. Met de Bovag en Vaco zijn afspraken gemaakt over het
veilig werken langs de weg. Bandenbedrijven en truckdealers mogen dus niet zelf voertuigen
wegslepen zodra die voertuigen de veiligheid in gevaar brengen of de doorstroming
belemmeren. Inzet van Rijkswaterstaat bij het afhandelen van een incident op de weg
wordt altijd betaald door Rijkswaterstaat zelf.
Vraag 7
Kunt u een inschatting geven van de kostprijs van 24/7-beschikbaarheid van zware bergingsvoertuigen
met drie bergingsspecialisten voor incidentenmanagement met ongeveer 5% bezettingsgraad
en de hoge opleidings- en certificeringseisen?
Antwoord 7
De kostprijs varieert per bedrijf, afhankelijk van de bedrijfsgrootte en -activiteiten,
de locatie en andere variabelen als overhead. Daar heb ik geen inzage in.
Rijkswaterstaat vergoedt overigens een groot deel van de certificeringskosten van
een gecontracteerd bedrijf. Dit doet Rijkswaterstaat juist om deze kosten voor ieder
bedrijf gelijk te houden.
Vraag 8
Deelt u de verwachting dat het op deze wijze omschakelen van onderhandse gunning naar
een openbare aanbesteding, de daaraan gekoppelde inzet op het verlagen van het aantal
te contracteren bergingsbedrijven en de aanscherping van de eisen en het ontbreken
van een vergoeding voor de 24/7-beschikbaarheid, zal leiden tot een prijzenslag in
de sector met tariefstellingen onder de kostprijs? Deelt u ook de verwachting dat
dit zal leiden tot situaties waarin het contract niet uitgevoerd kan worden, met op
de middellange termijn zeker negatieve gevolgen voor de inzet van zware bergingsvoertuigen
ten behoeve van snelle afhandeling van file-veroorzakende incidenten?
Antwoord 8
Er zijn vele private opdrachtgevers in deze markt actief. Het bergingswerk in het
kader van Incident Management maakt maar een relatief klein deel uit van de totale
werkzaamheden van de bergingsbedrijven. Het is aan de markt om een juiste berekening
te maken van de kostprijs en inschrijftarieven. Bij de gunning wordt niet alleen gekeken
naar de prijs, ook de kwaliteit speelt een belangrijke rol. Daarmee wordt inschrijven
met hogere kwaliteit beloond en gestimuleerd. Zoals ik in antwoord 2 al aangaf, kunnen
bedrijven in combinatie inschrijven of in een structuur met hoofd- en onderaannemers.
Ook bij de uitvoering van het contract kan samengewerkt worden met andere bedrijven.
Ik verwacht dan ook niet dat er een prijzenslag in de sector ontstaat of dat het contract
niet uitgevoerd kan worden. Als het gecontracteerde bedrijf bijvoorbeeld zelf niet
kan uitrijden, kan hij een ander bedrijf inschakelen dat namens hem de berging uitvoert.
Vraag 9
Deelt u de verwachting dat het inkorten van de aanrijtijden zal leiden tot onveilige
situaties buiten de Randstad als gevolg van irreële aanrijtijden?
Antwoord 9
Die verwachting deel ik niet omdat er ruimte is om onderling samen te werken. Zie
ook mijn antwoord op vraag 8.
Vraag 10
Bent u bereid de voorgestelde tenderregeling en de opgenomen voorwaarden te heroverwegen,
mede op basis van de uitkomsten van de lopende marktconsultatie en de ondermijning
van de beschikbaarheid en betrouwbaarheid van zware berging te voorkomen?
Antwoord 10
De marktconsultatie is uitgevoerd. Wijzigingen als gevolg van inzichten die Rijkswaterstaat
heeft opgedaan tijdens de marktconsultatie worden al doorgevoerd in de aanbesteding
en contractstukken. Er is in mijn ogen geen sprake van ondermijning van beschikbaarheid
en betrouwbaarheid van zware berging. Heroverweging van de tenderregeling is daarom
niet aan de orde.
Vraag 11
Bent u bereid de optie van een bodemprijs op basis van kostprijsonderzoek daarbij
mee te nemen?
Antwoord 11
Nee. Zoals ik in mijn antwoord op vraag 7 heb aangegeven is het niet mogelijk om een
uniforme minimale kostprijs voor de gehele sector te berekenen door de grote verscheidenheid
aan bergingsbedrijven. De aanbesteding is dusdanig ingericht dat inschrijvers beloond
worden voor een kwalitatief goede aanbieding, waarbij nadrukkelijk ruimte is voor
een gezonde winstmarge. Ik overweeg daarom ook niet om een bodemprijs in te stellen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.