Lijst van vragen : Lijst van vragen over de reactie op definitief BIT-advies - Programma Procesvernieuwing, Informatie & ICT en 4e Voortgangsrapportage NVWA 2020 (Kamerstuk 33835-117)
2019D21256 LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft een aantal vragen
voorgelegd aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de brief
Reactie op definitief BIT-advies – Programma Procesvernieuwing, Informatie & ICT en
4e Voortgangsrapportage NVWA 2020 (Kamerstuk 33 835, nr. 117) en de bijbehorende bijlagen: Vierde voortgangsrapportage «herijkt plan van aanpak
NVWA 2020» (bijlage 1) en Definitief BIT-advies programma Procesvernieuwing, Informatie
& ICT (bijlage 2).
De voorzitter van de commissie, Kuiken
De adjunct-griffier van de commissie, Goorden
Nr.
Vraag
1
Kunt u een feitenrelaas geven van de besluitvorming over het ICT-programma BLIK waarbij
in het bijzonder wordt ingezoomd op de besluitvorming in het toenmalige Ministerie
van Economische Zaken bij het eerste en tweede advies van het Bureau ICT-toetsing
(BIT) en kunt u aangeven welke notities en adviezen er bij die twee besluitvormingsprocessen
naast het eerste en tweede BIT-advies lagen en kunnen die openbaar gemaakt worden?
2
Welke informatie hadden de toenmalig secretaris-generaal (SG) en de Minister van Economische
Zaken om te beslissen over de voortgang van het programma BLIK na het advies van het
BIT van maart 2017 en is het mogelijk om die informatie te delen met de Kamer?
3
Kunt u een overzicht geven van de nieuwe werkwijzen?
4
Wat wordt bedoeld met «het tempo van de invoering van de verandering aan de verandercapaciteit
van de organisatie» en kunt u aangeven of er toen al vertraging van de invoering werd
voorzien?
5
Op welke manier worden werkafspraken gemaakt tussen de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
(NVWA) en aanbieders van digitale platforms?
6
Kunnen de werkafspraken tussen de NVWA en de aanbieders van digitale platforms gedeeld
worden?
7
Hoe worden integrale ketenanalyses binnen de NVWA uitgevoerd?
8
Hoe zorgen de gecontroleerde aanpak datamanagement en de vernieuwde datasets voor
een betere informatiepositie van de NVWA?
9
Welke keten-, thema- en sectoroverleggen zijn er?
10
Wat wordt verstaan onder ondernemers op uniforme wijze tegemoet treden bij afwijkingen?
11
Hoe beschrijft u het systeem van exportkanalisatie?
12
Welke vernieuwingen in het keuringsproces hadden moeten leiden tot verdere verbetering
van de efficiëntie?
13
Waar ligt het aan dat verdere verbetering van de efficiëntie niet het geval is?
14
Wat is er precies gedaan om het vragen- en meldingenproces te verbeteren?
15
Waar ligt het aan dat het gewenste niveau van 70% van het afhandelen van bezwaar-
en beroepszaken binnen de wettelijke termijn in de doorlooptijd nog niet is bereikt?
16
Welke maatregelen zijn genomen om zaken sneller af te wikkelen en pieken op te vangen?
17
Op welke domeinen is er een groei of stijging van personele inzet te verwachten?
18
Op basis waarvan wordt gekozen of en welke werkprocessen geprogrammeerd, gestandaardiseerd
en waar wenselijk en mogelijk geautomatiseerd worden?
19
Met hoeveel fte is de capaciteit van de NVWA ICT-lijnorganisatie uitgebreid om niet
meer afhankelijk te zijn van derde partijen?
20
Op welke manier wordt de performance tweewekelijks gemeten?
21
Hoe kan het dat medewerkers moeten werken met nieuwe systemen, maar dat er een gebrek
is aan adequate werkplekken met de juiste systeemvereisten?
22
Hoeveel hinder is ondervonden door het gebrek aan adequate werkplekken en hoe wordt
ervoor gezorgd om dit in de toekomst te voorkomen?
23
Welke verdere stappen zijn gezet in het openbaar maken van naleefbeelden, het bevorderen
van goede private kwaliteitssystemen, het terugdringen van niet-toegestaan aanbod
via digitale (handels)platforms en het voorkomen en het bestrijden van fraude?
24
Welke werkwijze is ontwikkeld voor het inzichtelijk maken van klanttevredenheid, wat
nodig is om die te verhogen en hoe wordt dit gemonitord?
25
De omvang van de besparing door het in gebruik nemen van INSPECT was eerder nog niet
vast te stellen, maar is op dit moment inzichtelijk te maken welke besparingen en
efficiëntiewinst behouden kunnen blijven?
26
Waarom heeft het overleg met de bonden niet geleid tot een oplossing om de besparing
van 8 miljoen te realiseren; waar is het mis gegaan?
27
Klopt het dat van de 95 miljoen er 65 miljoen is uitgegeven aan het ICT-programma
BLIK? Zo ja, kan uitgesplitst worden waaraan deze 65 miljoen is besteed (ICT-ontwikkeling,
opleiding medewerkers, externe inhuur, etc.)?
28
Hoe kan het dat aangenomen werd dat het gebouwde systeem geëxporteerd kon worden naar
de andere 20 inspectiedomeinen, welke onderbouwing was daarvoor (terwijl het BIT-advies
van maart 2017 aangaf dat dit exporteren onwaarschijnlijk was)?
29
Is er getoetst wat er voor elk inspectieterrein nodig was aan ICT-omgeving? Zo nee,
waarom niet?
30
Is bij de beslissing om te beginnen met BLIK en daarmee met het ICT-programma INSPECT,
en de beslissing om door te gaan met INSPECT, ook na het BIT-advies van maart 2017,
in kaart gebracht wat de beheerkosten van het programma zouden zijn en is daarmee
rekening gehouden?
31
Welke efficiëntiedoelstellingen worden niet gehaald dit jaar en de komende jaren,
doordat BLIK niet ingevoerd wordt?
32
Welke verwachte efficiëntiewinsten van het ICT-programma voor de NVWA zijn al ingeboekt
voor de periode vanaf 2021?
33
Kunt u een inschatting geven van de tekorten die al dan niet ontstaan op de begroting
van de NVWA dan wel van het Ministerie van LNV nu het ICT-programma is stopgezet?
34
Kunt u toelichten waarom niet gekozen is voor de standaard modelleeromgeving?
35
Kunt u aangeven welke elementen van het ICT-programma BLIK nog gebruikt kunnen worden
en kunt u aangeven of de gecreëerde ICT-omgeving voor de inspectieterreinen natuur,
tabak en horeca nog gebruikt kan worden?
36
Wat is de waarde van de standaardoplossing voor roosteren en het generen van managementinformatie?
37
Kunt u een inschatting geven van de kosten voor achterstallig onderhoud voor het blijven
gebruiken van oude ICT-systemen voor de verschillende inspectieterreinen?
38
Zijn de oude systemen voor de inspectieterreinen horeca, tabak en natuur nog te gebruiken?
39
Kunt u aangeven wanneer de kosten-batenanalyse met betrekking tot de beheerlasten
voor INSPECT gereed is?
40
Is het mogelijk dat er kennis en verkregen data verloren gaan met het stoppen van
INSPECT en het terugzetten van data naar oudere systemen?
41
Wat is de reden dat eerdere signalen van disfunctioneren niet zijn opgepakt om met
INSPECT te stoppen?
42
Welke consequenties heeft het stoppen met INSPECT voor het functioneren van de NVWA?
43
Wat gaat er gebeuren met de resterende 35 miljoen euro?
44
Op basis waarvan is ervoor gekozen het eerder gegeven BIT-advies niet op te volgen?
45
Welke afwegingen hebben ten grondslag gelegen aan de keuze om het eerder gegeven BIT-advies
niet op te volgen?
46
Een groot deel van de fouten is nog niet gevonden in het systeem; wat heeft dit voor
gevolgen voor het verdere functioneren van het huidige systeem en brengt dit extra
kosten met zich mee?
47
Aan welke eisen op het gebied van informatiebeveiliging en privacy had moeten worden
voldaan?
48
Op basis waarvan wordt gedacht dat er tientallen miljoenen meer nodig zullen zijn
dan de resterende 35 miljoen euro die beschikbaar is om het systeem af te maken?
49
«Wij denken dat het systeem nog veel fouten bevat die opgelost moeten worden»: welke
fouten worden hieronder verstaan?
50
Waarom is het opleiden van interne medewerkers voor de genoemde rol geen succes gebleken
en uit welke gegevens blijkt dit?
51
Waaruit blijkt dat inspecteurs onvoldoende professionele ruimte ervaren in de afdoening
van inspecties?
52
Hoe kan aan deze inspecteurs meer professionele ruimte geboden worden?
53
Op welke manier kan de kwaliteit van de lijsten van de te inspecteren bedrijven verbeterd
worden om alsnog de gewenste risicogerichte en geprogrammeerde handhaving te realiseren?
54
Hoe kan het dat majeure architectuurkeuzes worden gemaakt zonder een verkenning van
alternatieven, zonder kosten-batenanalyse, en zonder inzicht in de consequenties voor
beheer?
55
Waarom is ervoor gekozen om het advies om de resultaten van het programma te monitoren
op basis van key performance indicators (KPI’s) niet op te volgen?
56
Wat voor gevolgen heeft het onderbrengen van de processen voor Horeca en Ambachtelijke
Productie, Tabak en Natuur in de oude systemen voor de kwaliteit van het toezicht
houden en keuren?
57
Op basis waarvan wordt gesteld dat er wordt gedacht dat er met de invoering van risicogericht
werken een eind gekomen kan worden zonder aanpassing van IT-systemen?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.H. Kuiken, voorzitter van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Mede ondertekenaar
F.C.G. Goorden, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.