Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Von Martels over de brief betreffende een algeheel verbod op het gebruik van de stroomhalsband
Vragen van het lid Von Martels (CDA) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de brief betreffende een algeheel verbod op het gebruik van de stroomhalsband (ingezonden 9 april 2019).
Antwoord van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 21 mei
2019).
Vraag 1
Kunt u aangeven op welke huidige wetenschappelijke inzichten u doelt in uw brief over
een algeheel verbod op het gebruik van de stroomhalsband voor honden?1
Antwoord 1
Ik doel op de wetenschappelijke inzichten zoals verwoord is in het overzichtsartikel
«Electronic training devices: discussion on the pros and cons of their use in dogs
as a basis fort he position statement of the European Society of Veterinary Clinical
Ethology (ESVCE) van 24 februari 20182.
Vraag 2
Kunt u hiervan een overzicht geven?
Antwoord 2
De wetenschappelijke inzichten en de hierbij behorende referenties zijn in bovenstaande
overzichtsartikel terug te vinden. Naast gebrek aan kennis en vaardigheden van de
gebruiker blijken ook andere niet door de gebruiker te beïnvloeden externe factoren
mede verantwoordelijk te zijn voor de ernstige inbreuk op het welzijn van het dier.
Deze niet door de gebruiker te beïnvloeden externe factoren zijn onder andere weersinvloeden
(vochtigheid, temperatuur, regen, zon, wind), dikte vacht, dikte huid, vochtigheid
vacht en wisselende gevoeligheid individuele dier. Het is bovendien niet bewezen dat
het gebruik van een stroomband tot betere resultaten leidt in gedragsverandering van
het dier dan andere minder ingrijpende methoden
Vraag 3
Zijn er wetenschappelijke publicaties waaruit blijkt dat het gebruik van de stroomhalsband
binnen specifieke voorwaarden te rechtvaardigen is?
Antwoord 3
Op grond van huidige wetenschappelijk inzichten is gebleken dat het gebruik van de
stroomband een ernstige, onontkoombare inbreuk op het welzijn van het dier inhoudt
en met extra kennis en kunde het risico op welzijnsaantasting niet wezenlijk kan worden
verminderd. Mij zijn geen recente gezaghebbende wetenschappelijke publicaties bekend
waaruit blijkt dat het gebruik te rechtvaardigen is.
Vraag 4
Bent u bekend met wetenschappelijk onderzoek uit 2012 waarin wordt aangetoond dat
de e-collar minder stress veroorzaakt dan andere vergeleken trainingsmethoden?3
Antwoord 4
Ik ben bekend met het artikel. De door u genoemde suggestie dat de e-collar minder
stress zou veroorzaken, wordt door het onderzoek niet onderbouwd.
Vraag 5
Is er onderscheid te maken in verschillende soorten van de stroomhalsband en doeleinden
waarvoor de stroomhalsband gebruikt wordt?
Antwoord 5
Nee, elk gebruik van apparatuur waarmee het dier door middel van stroomstoten, elektromagnetische
signalen of straling pijn kan worden toegebracht, wordt als een verboden gedraging
aangemerkt.
Vraag 6
Zijn alle soorten stroomhalsbanden en doeleinden volgens u onverenigbaar met artikel
2 lid 1 van de wet dieren? Zo ja, kunt u dit voor de soorten stroomhalsbanden en doeleinden
toelichten?
Antwoord 6
Ik verwijs hiervoor naar mijn eerdere antwoord op de door u gestelde vraag 5 en mijn
Kamerbrief van 4 april 2019 (Kamerstuk 28 286, nr. 1041). Hierin heb ik aangegeven dat naar huidige wetenschappelijke inzichten het gebruik
van de stroomband een ernstige onontkoombare inbreuk op het welzijn van het dier inhoudt
en niet bewezen is dat het gebruik van een stroomband tot betere resultaten leidt
in gedragsverandering van het dier dan andere minder ingrijpende methoden.
Vraag 7
Hoe kijkt u naar het gebruik van de e-collar in de praktijk van jacht, beheer en schadebestrijding
als middel om in te kunnen grijpen wanneer het leven en welzijn van mens en hond in
gevaar kunnen komen?
Antwoord 7
Ik verwijs hiervoor naar mijn antwoord op vraag 3 en mijn Kamerbrief van 4 april 2019
(28 286, nr. 1041). Hierin heb ik aangegeven dat naar huidige wetenschappelijke inzichten het gebruik
van de stroomband een ernstige onontkoombare inbreuk op het welzijn van het dier inhoudt
en niet bewezen is dat het gebruik van een stroomband tot betere resultaten leidt
in gedragsverandering van het dier dan andere minder ingrijpende methoden.
Vraag 8
Heeft u, om een afweging te maken ten aanzien van de ethische, gezondheids- en welzijnsaspecten
die aan uw besluit ten grondslag liggen, ook de Raad voor Dierenaangelegenheden geraadpleegd
als het gaat om de stroomhalsband? Zo nee, waarom niet en bent u bereid om dit alsnog
te doen?
Antwoord 8
Nee, het vragen van een advies aan de Raad voor Dierenaangelegenheden vond ik niet
nodig omdat de laatste wetenschappelijke inzichten inzake de welzijnsaantasting van
het toepassen van de stroomband mijn besluit onderbouwen.
Vraag 9
Kunt u aangeven op welke wijze de handhaving van het verbod in de praktijk gestalte
zou krijgen?
Antwoord 9
Het gebruik van de stroomband is een verboden handeling waaronder ook het laten dragen
van de band valt. Bij constatering van het gebruik zal de houder van het dier binnen
de wettelijke mogelijkheden worden aangesproken om de overtreding te stoppen en/of
geverbaliseerd. Dit is aan de controlerende instanties en het Openbaar Ministerie.
Vraag 10
Zou de verkoop of het gebruik gehandhaafd worden en op welke wijze?
Antwoord 10
Het verbod betreft het gebruik van de stroomband. Voor de handhaving op het gebruik
verwijs ik u naar mijn antwoord op vraag 9.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.