Schriftelijke vragen : Het bericht dat de maatschappelijke urgentie van de problematiek van laaggeletterdheid is zo hoog dat er geen tijd te verliezen is
Vragen van het lid Westerveld (GroenLinks) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht dat de maatschappelijke urgentie van de problematiek van laaggeletterdheid is zo hoog dat er geen tijd te verliezen is (ingezonden 15 april 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het advies van de SER «Samenwerken aan taal» en de berichtgeving
in de media waar onder meer de voorzitter van de SER zich uitspreekt over het beleid
inzake laaggeletterdheid?1
Vraag 2
Onderschrijft u de conclusies dat «de maatschappelijke urgentie van de problematiek
van laaggeletterdheid zo hoog is dat er geen tijd te verliezen is»?
Vraag 3
Klopt het dat het kabinet voor de toekomstige aanpak laaggeletterdheid 2020–2024 jaarlijks
maar 2 miljoen extra beschikbaar stelt ten opzichte van wat afgesproken is in het
regeerakkoord, maar dat deze 2 miljoen extra van het Ministerie van Binnenlandse Zaken
komt en bestemd is voor de aanpak digitale vaardigheden? Zo ja, betekent dit dat er
voor de aanpak laaggeletterdheid in feite niets extra bijkomt en dat voor de enorme
uitdaging om digitale vaardigheden te verbeteren bij de 2,5 miljoen mensen die door
de digitalisering steeds slechter meekomen, maar 2 miljoen per jaar beschikbaar komt?
Vraag 4
Deelt u de mening dat investeren in het tegengaan van laaggeletterdheid de samenleving
en bedrijven veel meer winst oplevert, zoals ook de voorzitter van de SER stelt en
blijkt uit onderzoek van PricewaterhouseCoopers?2 Zo nee, waarom niet? Zo ja, onderschrijft u het advies van de SER dat het budget
voor de aanpak laaggeletterdheid ten minste twee keer zo hoog zou moeten zijn en het
kabinet meer regie zou moeten nemen?
Vraag 5
Hoe ziet u de huidige verhoging van het budget tot de steeds groter wordende urgentie
van het probleem, zoals beschreven door de Algemene Rekenkamer3 en de SER?
Vraag 6
Hoe verhoudt zich het alarmerende SER-advies met de Staat van het Onderwijs die onlangs
is verschenen en de zorgen die worden geuit over verslechterde lees- en rekenvaardigheden?
Vraag 7
Deelt u de mening dat mensen niet met een (risico op) taalachterstand aan school moeten
beginnen, ze niet laaggeletterd van school mogen komen en volwassenen met een taalachterstand
geholpen moeten worden? Zo ja, kunt u per leeftijdscategorie het aantal laaggeletterden
geven, de acties die worden ondernomen om laaggeletterdheid per leeftijdscategorie
tegen te gaan en de extra acties die worden ondernomen naar aanleiding van de het
SER-advies en de Staat van het Onderwijs?
Vraag 8
Bent u bereid om deze vragen voor het AO laaggeletterdheid te beantwoorden?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Lisa Westerveld, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.