Schriftelijke vragen : Een nieuw onderzoek naar de impact van de ongekende veranderingen rond de Noordpool
Vragen van het lid Van Raan (PvdD) aan de Ministers van Economische Zaken en Klimaat, van Infrastructuur en Waterstaat en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over een nieuw onderzoek naar de impact van de ongekende veranderingen rond de Noordpool (ingezonden 12 april 2019).
Vraag 1
Kent u de berichten «Ongekende veranderingen rond Noordpool met verstrekkende gevolgen»,
«Noordpoolgebied neigt helemaal anders te worden dan in 20ste eeuw» en «Groningse
poolonderzoeker Maarten Loonen in paniek: «Help, de Noordpool verdwijnt'», inclusief
het onderliggende onderzoek?1 2 3
Vraag 2
Wat is uw algemene reactie op het betreffende onderzoek?
Vraag 3
Hoe duidt u de volgende uitspraak van onderzoeker Maarten Loonen: «het hele systeem
is voorbij het tipping point»?
Vraag 4
Deelt u de duiding van onderzoeker Bert Wouters dat het gaat om een grote schok? Zo
nee, waarom niet?
Vraag 5
Erkent u dat planten steeds vroeger in het jaar in bloei komen, op een moment dat
er nog niet altijd insecten leven die de planten kunnen bestuiven? Zo nee, waarom
niet? Zo ja, wat is hierop uw reactie?
Vraag 6
Erkent u dat er tussen 2005 en 2015 circa 450 kubieke kilometer landijs per jaar is
verdwenen en dat dit gelijk staat aan circa 180 miljoen Olympische zwembaden gevuld
met water? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat is hierop uw reactie?
Vraag 7
Erkent u dat het op Spitsbergen momenteel voor de honderdste maand op rij (veel) warmer
is dan normaal? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat is hierop uw reactie?
Vraag 8
Erkent u dat vorige week een absoluut laagterecord voor wat betreft de hoeveelheid
drijvend zee-ijs op de Noordpool heeft plaatsgevonden? Zo nee, waarom niet? Zo ja,
wat is hierop uw reactie?
Vraag 9
Erkent u dat mens en dier in problemen komen door deze veranderingen? Zo nee, waarom
niet? Zo ja, wat is hierop uw reactie?
Vraag 10
Erkent u dat dit bericht wederom laat zien dat klimaatverandering versnelde of onvoorziene
effecten met zich mee kan brengen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 11
Erkent u dat klimaatbeleid in het algemeen eerder gericht moet zijn op een overschatting
van de gevolgen dan op een onderschatting van de gevolgen op langere termijn, omdat
de gevolgen (en kosten) van onderschatting van de gevolgen vele malen erger zijn dan
een overschatting? Zo nee, waarom niet?
Vraag 12
Erkent u dat in het huidige Nederlandse klimaatbeleid er weinig tot geen marge zit
voor fouten of tegenvallers om naar rato in lijn te komen met het 1,5°C-doel?
Vraag 13
Deelt u de mening dat de «post onvoorzien» meer nadrukkelijk een rol zou moeten spelen
in het Nederlandse klimaatbeleid dat vooralsnog niet afkoerst op het ruim halen van
het 1,5°C-doel, inclusief ruimte voor onverwachte tegenvallers? Zo nee, waarom niet?
Vraag 14
Kunt u deze vragen een voor een beantwoorden?
Indieners
-
Gericht aan
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat -
Gericht aan
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat -
Gericht aan
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Indiener
L. van Raan, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.