Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
35 200 III Jaarverslag en slotwet Ministerie van Algemene Zaken, het Kabinet van de Koning en de Commissie van Toezicht betreffende de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten 2018
Nr. 4
MEMORIE VAN TOELICHTING
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikel 1 tot en met 3
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de rijksbegroting, worden op grond van
artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 afzonderlijk bij wet vastgesteld
en ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2018
wijzigingen aan te brengen in:
1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken;
2. de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning;
3. de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten;
4. de begrotingstaat inzake het agentschap van dit ministerie.
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van
deze memorie van toelichting toegelicht.
De Minister-President,
Minister van Algemene Zaken, M. Rutte
B. ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING BIJ DE BEGROTINGSARTIKELEN (SLOTVERSCHILLEN)
B.1 Ministerie van Algemene Zaken
Eenheid van het algemeen regeringsbeleid
Het overschot wordt onder andere verklaard door een aantal meevallers bij vertraagde
innovatieprojecten bij de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD), vertraging bij een aantal
ICT-projecten en een meevaller op het materieel budget van de Toetsingscommissie Inzet
Bevoegdheden (TIB). In 2018 zijn minder ontvangsten gerealiseerd omdat de veronderstellingen
liggend onder de raming van de ontvangsten niet geheel zijn geƫffectueerd, waardoor
de realisatie lager is uitgekomen. Daarnaast zijn lagere overheadkosten van de Rijksvoorlichtingsdienst
(RVD) de verklaring voor de lagere ontvangsten die samenhangen met de lagere doorbelaste
uitgaven.
B.2 Kabinet van de Koning
Het overschot bij de uitgaven van het Kabinet van de Koning wordt met name veroorzaakt
door lagere uitgaven aan personeel.
B.3 Commissie van Toezicht op de Inlichten- en Veiligheidsdiensten
Het overschot bij de uitgaven van de CTIVD wordt onder andere verklaard door een latere
inwerkingtreding van de Wet inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017 (Wiv 2017) dan
verwacht en hierdoor was de formatie niet het gehele jaar bezet. Tevens zijn de beveiligingsuitgaven
lager dan begroot. De ontvangsten houden verband met een afrekening van de facilitaire
voorschotten 2017.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. (Mark) Rutte, minister van Algemene Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.