Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Bromet over het bericht ‘Zware kritiek van oud-directeur Staatsbosbeheer op houtkap’
Vragen van het lid Bromet (GroenLinks) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het bericht «Zware kritiek van oud-directeur Staatsbosbeheer op houtkap» (ingezonden 5 februari 2019).
Antwoord van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 26 maart
2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Zware kritiek van oud-directeur Staatsbosbeheer op
houtkap»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat er toenemend gekapt wordt in de bossen van Staatsbosbeheer? Zo ja, waar
en op welke schaal?
Antwoord 2
Nee, over de gehele linie klopt het niet dat er toenemend wordt gekapt in de bossen
van Staatsbosbeheer. Staatsbosbeheer laat weten dat al gedurende een aantal decennia
de jaarlijkse houtoogst landelijk ongeveer 300.000 m3 bedraagt. Ook oogst Staatsbosbeheer altijd minder dan de jaarlijkse bijgroei.
Dit alles neemt niet weg dat het kappen van bos, zeker ook lokaal, emoties oproept.
En er is altijd discussie mogelijk en nodig over maatvoering. Staatsbosbeheer heeft
in 2010 extra ingezet op verjonging van het bos op die plekken waar het bos niet goed
meer groeide of de kwaliteit onvoldoende was. Als gevolg daarvan is enkele jaren iets
meer dan de gebruikelijke 1% van de oppervlakte per jaar verjongd. In de eerste jaren
van de verjongingsimpuls zijn deze verjongingsvlaktes volgens Staatsbosbeheer soms
groot geweest (tussen 1 en 2 hectare). Staatsbosbeheer laat mij weten dat het bosbeheer
tegenwoordig uitgaat van kleinschaligere groepenkap (een halve hectare of kleiner)
of boomsgewijze kap.
Vraag 3
Hoe verhoudt dit bericht zich tot het beleid van Staatsbosbeheer, de Wet natuurbescherming,
de Gedragscode bosbeheer en de FSC-standaard voor Nederland?
Antwoord 3
Staatsbosbeheer is, net als andere boseigenaren, gehouden aan de regels uit de Wet
natuurbescherming. Ten aanzien van houtkap zijn hierbij met name de regels ten aanzien
van houtopstanden en soortbescherming relevant.
De regels ten aanzien van houtopstanden behelzen onder andere de plicht tot het (binnen
drie jaar) herbeplanten van bos dat is gekapt. Bij omvorming naar andere vormen van
natuur om Natura 2000-doelstellingen te bereiken geldt voor alle beheerders een vrijstelling
van de herplantplicht.
Om invulling te geven aan de regels ten aanzien van soortbescherming maakt
Staatsbosbeheer, net als andere beheerders, onder andere gebruik van de Gedragscode
bosbeheer. Op dit moment vindt overleg plaats met beheerders, zoals Staatsbosbeheer,
over een nieuwe gedragscode.
Daarnaast is Staatsbosbeheer ook al twintig jaar aangesloten bij de FSC-standaard,
het strengste keurmerk voor duurzaam bosbeheer. Op het naleven van de FSC-standaard
wordt jaarlijks toegezien door een onafhankelijke toezichthoudende organisatie.
Ik zie in de actuele berichtgeving geen aanleiding te veronderstellen dat Staatsbosbeheer
in strijd handelt met de Wet natuurbescherming, de Gedragscode bosbeheer en de FSC-standaard.
Ik heb ook anderszins geen signalen ontvangen die hierop wijzen.
Vraag 4
Kunt u inzicht geven in de kosten van het natuurbeheer in Nederland door Staatsbosbeheer
en hoe deze zich verhouden tot de opbrengsten van onder andere productiebossen?
Antwoord 4
Staatsbosbeheer geeft via zijn jaarstukken jaarlijks inzicht in zijn financiën. De
door mij goedgekeurde jaarstukken stuur ik, conform de Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer,
jaarlijks ter informatie naar uw Kamer toe. De meest recente Jaarstukken, over het
jaar 2017, heb ik u 3 mei 2018 toegestuurd (Kamerstuk 29 659, nr. 148).
De vraag hoe hoog de kosten voor het natuurbeheer door Staatsbosbeheer precies zijn,
hangt af van de vraag welke posten je daar wel en niet aan toerekent, en voor welk
deel. Staatsbosbeheer neemt hiervan geen totaalbedrag op in zijn jaarstukken.
Voor het grootste deel van het natuurbeheer vraagt Staatsbosbeheer subsidie aan bij
de provincies, in het kader van het Subsidiestelsel Natuur en Landschap (SNL). De
vergoeding die Staatsbosbeheer in dit kader ontvangt van de provincies bedroeg in
2017 € 59.747.000,–. Deze SNL-subsidie is gesteld op 75% van de werkelijke kosten
van het terreinbeheer, gebaseerd op een systematiek van normkosten per beheertype.
Bij de normkosten voor bos wordt ook rekening gehouden met inkomsten uit het bosbeheer.
Niet alle categorieën terreinen komen overigens voor SNL-subsidie in aanmerking. Dit
geldt bijvoorbeeld voor de recreatiebossen in West-Nederland die ooit als randstadgroenstructuur
zijn aangelegd. Ook niet alle werkzaamheden worden in deze vergoeding (volledig) meegenomen.
Denk hierbij aan recreatieve inrichting of handhavingsinzet.
De totale omzet van houtverkoop en biomassa door Staatsbosbeheer bedroeg, blijkens
de jaarstukken 2017, € 25.901.000,– in 2017. Hiervan was € 19.795.000,– afkomstig
uit houtverkoop. Dit betreft de brutoopbrengst. De netto-opbrengst, na aftrek van
exploitatie- en transportkosten, bedraagt hiervan ongeveer 50%. Deze netto-opbrengsten
zijn verrekend in de normkosten van de SNL-subsidie.
Vraag 5
Deelt u de mening dat de productie van hout en de daarmee gemoeide houtkap alleen
plaats kan vinden als dit niet ten koste gaat van het bodemleven, de biodiversiteit
en andere natuurwaarden? Kunt u dat toelichten?
Antwoord 5
Ja, dat uitgangspunt deel ik. Ik heb geen aanwijzingen dat bij het beheer door Staatsbosbeheer
deze waarden in het geding zijn. Staatsbosbeheer voert een zorgvuldig bosbeleid, vanuit
de ambitie beter beschermen, duurzaam benutten en meer beleven, vastgelegd in het
Ondernemingsplan 2015–2020 en in de recente bosvisie van Staatsbosbeheer. Ongeveer
twee derde van de bossen van Staatsbosbeheer wordt multifunctioneel beheerd. In deze
bossen is ruimte voor houtproductie, zonder dat dit ten koste gaat van de natuurfunctie.
Ongeveer een derde van de bossen van Staatsbosbeheer is natuurbos. Daar heeft de natuurfunctie
de boventoon.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.