Schriftelijke vragen : De verschillen in onderzoekstijd tussen vrouwelijke en mannelijke wetenschappers met kinderen
Vragen van het lid Van den Hul (PvdA) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de verschillen in onderzoekstijd tussen vrouwelijke en mannelijke wetenschappers met kinderen (ingezonden 21 maart 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Vrouwen in wetenschap krijgen minder onderzoekstijd»?1
Vraag 2
Deelt u de opvatting dat de uitkomsten van dit onderzoek, zeker op de lange termijn,
zorgelijk zijn voor de inclusiviteit en representativiteit van de Nederlandse wetenschap?
Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat gaat u hieraan doen?
Vraag 3
Deelt u de aanname van onderzoekers Van Veelen en Derks dat de aangehaalde momenteel
relatief kleine sekseverschillen op termijn tot grote verschillen kunnen leiden? Zo
ja, welke mogelijkheden ziet u om deze verschillen te verkleinen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Bent u bereid in kaart te brengen of vrouwelijke wetenschappers daadwerkelijk minder
onderzoeksmiddelen, reisbudget en assistentie hebben dan hun mannelijke collega’s?
Vraag 5
Klopt het dat vrouwelijke wetenschappers 3 procent minder kans hebben op een eigen
kantoor? Zo ja, wat is hiervoor volgens u de verklaring?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.A.E. van den Hul, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.