Schriftelijke vragen : Het bericht ‘Rijk verdeelt wmo-gelden anders: Gelderse gemeenten krijgen miljoenen minder’
Vragen van het lid Kerstens (PvdA) aan de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Rijk verdeelt wmo-gelden anders: Gelderse gemeenten krijgen miljoenen minder» (ingezonden 19 maart 2019).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen het bericht «Rijk verdeelt wmo-gelden anders: Gelderse gemeenten
krijgen miljoenen minder»?1
Vraag 2
Herkent en erkent u het signaal dat de, bij de voorgestelde verdeling van gelden voor
met name beschermd wonen, gehanteerde berekeningswijze «principieel onjuist» is en
in ieder geval leidt tot onrechtvaardige uitkomsten?
Vraag 3
Herkent en erkent u het signaal dat bedoelde berekeningswijze zelfs een averechts
effect kan hebben, in die zin dat het voor gemeenten nu lucratief wordt om zo min
mogelijk instellingen binnen de eigen gemeentegrenzen te hebben omdat zij daarvoor
worden «gestraft»?
Vraag 4
Kunt u garanderen dat de toegang tot goede zorg, wanneer nodig, niet in het gedrang
komt door de nieuwe berekeningswijze?
Vraag 5
Heeft u met de gemeenten in kwestie gesproken over de effecten van het nu voorgestelde
model dan wel bent u bereid alsnog met hen in gesprek te gaan?
Vraag 6
Bent u bereid het nu voorgestelde model te herzien, de invoering ervan aan te houden
dan wel op andere wijze de gestelde negatieve effecten ervan te voorkomen? Z0 ja,
op welke wijze?
Vraag 7
Bent u bereid, nu de signalen dat gemeenten in toenemende mate (bijvoorbeeld in relatie
tot jeugdzorg en als gevolg van de invoering van het abonnementstarief in de Wmo)
geld tekortkomen steeds luider klinken, extra geld daarvoor uit te trekken?
Vraag 8
Ziet u hier, zoals in het artikel gesteld, een rol voor de provincie weggelegd? Zo
ja, welke?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.W.M. Kerstens, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.