Schriftelijke vragen : De voortgang van het VN-verdrag over mensenrechten en bedrijven
Vragen van het lid Alkaya (SP) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de voortgang van het VN-verdrag over mensenrechten en bedrijven (ingezonden 13 maart 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met de berichten dat de huidige Europese Commissie zou hebben besloten
niet deel te nemen aan de nieuwe onderhandelingen over het VN-verdrag over mensenrechten
en bedrijven en kunt u bevestigen dat deze kloppen?1
Vraag 2
Deelt u de mening dat de Europese Unie hoe dan ook dient deel te nemen aan de volgende
onderhandelingsronde in oktober? Bent u bereid dit uit te spreken bij de eerstvolgende
Raad Buitenlandse Zaken?
Vraag 3
Heeft u contact gehad met de Europese Commissie over hun besluit? Wat was de precieze
aanleiding voor hun terugtrekking? Aan welke inbreng zou naar hun mening onvoldoende
gehoor zijn gegeven?
Vraag 4
Bent u bereid om, indien de Europese Commissie niet namens Nederland deelneemt aan
de komende onderhandelingsronde, zelfstandig, eventueel samen met gelijkgezinde lidstaten,
deel te nemen aan de onderhandelingsronde in oktober?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.Ö. Alkaya, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.