Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Bisschop en Van der Staaij over antwoorden op Kamervragen over foutieve registratie in de Basisregistratie Personen
Vragen van de leden Bisschop en Van der Staaij (beiden SGP) aan de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Buitenlandse Zaken over antwoorden op Kamervragen over foutieve registratie in de Basisregistratie Personen (ingezonden 12 februari 2019).
Antwoord van Staatssecretaris Knops (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties), mede
            namens de Minister van Buitenlandse Zaken (ontvangen 11 maart 2019).
         
Vraag 1
            
Kent u de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van
               11 april 2018 over een betwiste vermelding in de basisregistratie personen (BRP)?1 Om welke reden is het hoger beroep van klager ongegrond verklaard?
            
               Antwoord 1
            
Ja, ik ben bekend met de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad
               van State van 11 april 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:1188). In deze uitspraak verklaart de
               Afdeling het hoger beroep van appellant ongegrond. De Afdeling oordeelt dat het college
               van burgemeester en wethouders van Utrecht het verzoek van appellant tot het wijzigen
               van zijn geboorteland in de Basisregistratie Personen van «Israël» in «Palestina»
               of «het Bezette Palestijnse Gebied», terecht heeft afgewezen. Het college is namelijk
               gehouden om te handelen in overeenstemming met de Landentabel. Voorts oordeelt de
               Afdeling dat een schending van het recht op eerbiediging van het privéleven van klager
               (artikel 8 EVRM) door de registratie van het geboorteland in de BRP in dit geval niet
               aan de orde is.
            
Ten overvloede overweegt de Afdeling dat zij niet inziet waarom er in de Landentabel
               niet voor kan worden gekozen een gebied op te nemen dat recht doet aan het fysieke
               gebied waar appellant is geboren. Gelet op de toelichting bij artikel 23 van het Besluit
               basisregistratie personen bestaat op zichzelf de mogelijkheid om in de systeembeschrijving
               voor de aanduiding van de plaats waar een bepaalde gebeurtenis heeft plaatsgevonden
               zowel door Nederland erkende staten als niet-erkende gebieden op te nemen. Het voorzien
               in een nieuwe code in de Landentabel gaat, zo vervolgt de Afdeling, de rechtsvormende
               taak van de rechter evenwel te buiten.
            
Vraag 2
            
Op grond van wat voor soort overwegingen is destijds besloten om in artikel 23 van
               het Besluit BRP een mogelijkheid te bieden om ook niet door Nederland erkende gebieden
               op te nemen in de landentabel? Is het niet logischer om alleen erkende staten op te
               nemen, omdat het gebruik van de namen van gebieden het risico in zich heeft dat er
               een bepaalde legitimerende werking vanuit gaat?
            
Antwoord 2
            
Het beleid van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en
               de Minister van Buitenlandse Zaken is gebaseerd op het uitgangspunt dat alleen door
               het Koninkrijk der Nederlanden erkende staten, en gebieden die staatkundig onderdeel
               uitmaken van een door het Koninkrijk erkende staat, kunnen worden opgenomen in de
               Landentabel.
            
Artikel 23 van het Besluit basisregistratie personen laat de mogelijkheid open om
               in de systeembeschrijving ook andere gebieden op te nemen in de Landentabel. De vermelding
               van de gebieden moet passen binnen de systematiek van de Landentabel als bestuurlijk/staatkundige
               lijst en moet tevens in overeenstemming zijn met het buitenlands beleid van de Nederlandse
               regering.
            
Er is voorzien in deze uitzondering, zodat recht kan worden gedaan aan de aanduiding
               van de fysieke plaats waar een bepaalde gebeurtenis heeft plaatsgevonden. Dit verhoogt
               de kwaliteit en bruikbaarheid van gegevens in de basisregistratie personen.
            
Vraag 3
            
Welke actuele niet-erkende gebieden die geen zelfstandig land vormen zijn tot op heden
               opgenomen in landentabel? Betreft dit gebieden die onderdeel uitmaken van een bepaald
               wel erkend land? Kan hiervan een overzicht worden gegeven alsmede van de reden waarom
               de desbetreffende gebieden zij opgenomen?
            
Antwoord 3
            
De Landentabel bevat benamingen van gebieden die staatkundig onderdeel uitmaken van
               door het Koninkrijk erkende staten. Een voorbeeld hiervan is het gebied «Canarische
               Eilanden» als staatkundig onderdeel van Spanje. De aparte vermelding van dit gebied
               vergroot de kwaliteit en bruikbaarheid van gegevens in de basisregistratie personen.
               Zoals uiteengezet in het antwoord op vraag 2, kunnen bij uitzondering ook andere gebieden,
               die geen staatkundig onderdeel vormen van door het Koninkrijk erkende staten, worden
               opgenomen. Een voorbeeld hiervan is de Westelijke Sahara die ook is opgenomen als
               een gebied in de Landentabel. De benaming Westelijke Sahara is ontleend aan de status
               van de Westelijke Sahara als een niet-zichzelf besturend gebied overeenkomstig het
               Handvest van de Verenigde Naties. Deze benaming is in overeenstemming met het Nederlandse
               standpunt dat geen door het Koninkrijk erkende staat soevereiniteit heeft over het
               gebied.
            
De Landentabel is openbaar, en te vinden op de website van de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens,
               https://publicaties.rvig.nl/Landelijke_tabellen.
            
Vraag 4
            
In hoeverre doorkruist deze wijziging, waarbij ook gebieden die geen onderdeel zijn
               van een door Nederland erkende staat worden opgenomen in de landentabel, de systematiek
               van de Landentabel?
            
Antwoord 4
            
Deze aanpassing doorkruist de systematiek van de Landentabel niet. De benaming «Gazastrook
               en Westelijke Jordaanoever met inbegrip van Oost-Jeruzalem» is ontleend aan de Oslo-akkoorden
               en resoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, waaronder resolutie
               478 (1980). Daarnaast is deze benaming in overeenstemming met het Nederlandse standpunt
               dat Israël geen soevereiniteit over deze gebieden heeft en het standpunt ten aanzien
               van de niet-erkenning van de «Staat Palestina». Daarmee voldoet de benaming aan de
               voorwaarden om bij uitzondering ook gebieden die geen staatkundig onderdeel uitmaken
               van een door het Koninkrijk erkende staat op te nemen in de Landentabel. Zie ook het
               antwoord op vraag 2.
            
Vraag 5 en 6
            
In hoeverre brengt deze beslissing een de facto erkenning door Nederland van een Palestijnse
               staat dichterbij? Waarom wel of niet?
            
Wordt het standpunt dat Nederland niet overgaat tot eenzijdige erkenning van een Palestijnse
               staat door deze handelwijze niet ondergraven?
            
Antwoord 5 en 6
            
De toevoeging van de benaming «Gazastrook en Westelijke Jordaanoever met inbegrip
               van Oost-Jeruzalem» is in overeenstemming met, en bevestigt het Nederlandse standpunt
               dat Israël geen soevereiniteit over deze gebieden heeft en het standpunt ten aanzien
               van de niet-erkenning van de «Staat Palestina». Zie het antwoord op vraag 4.
            
De toevoeging verandert dan ook niets aan het Nederlandse beleid voor het behoud en
               de verwezenlijking van de twee-statenoplossing, zoals verwoord in het regeerakkoord.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
R.W. Knops, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties - 
              
                  Mede namens
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.