Schriftelijke vragen : De geringe aandacht voor levenseindezorg in medische opleidingen
Vragen van het lid PiaDijkstra (D66) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de geringe aandacht voor levenseindezorg in medische opleidingen (ingezonden 22 februari 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het onderzoek «End-of-life care in the Dutch medical curricula»
uitgevoerd door Leyden Academy on Vitality and Ageing?
Vraag 2
Erkent u dat als gevolg van toegenomen medisch-technische mogelijkheden en verbeterde
behandelmethodes steeds meer voorheen fatale ziektes zich tot chronische ziektes hebben
ontwikkeld?
Vraag 3
Erkent u dat hierdoor de gemiddelde levensduur is verlengd en mensen op latere leeftijd
steeds meer chronische ziektes hebben waardoor zij vaker met complexe levenseindevragen
worden geconfronteerd?
Vraag 4
Erkent u dat mensen in toenemende mate willen meebeslissen over hun medische behandeling,
ook als dat complexe levenseindezorg betreft?
Vraag 5
Erkent u dat levenseindezorg, gelet op de genoemde ontwikkelingen, voor zowel medisch-specialisten
als palliatieve artsen en huisartsen in medische opleidingen van aanzienlijk belang
is?
Vraag 6
Wat vindt u van de conclusie uit het onderzoek dat artsen palliatieve zorg vaak te
laat inzetten en levenseindegesprekken vaak niet voeren en dat dit de kwaliteit van
leven negatief beïnvloedt?
Vraag 7
Vindt u het een positieve ontwikkeling dat medische opleidingen in zowel de Verenigde
Staten als verschillende Europese landen levenseindezorg een belangrijker rol in het
curriculum van medische opleidingen hebben gegeven nadat onderzoek aantoonde dat het
onderwerp in die opleidingen eerder te weinig aandacht kreeg?
Vraag 8
Wat is uw reactie op het advies uit het onderzoek om de kwaliteit van leven in de
laatste levensfase te verbeteren door beter te scholen op het gebied van levenseindezorg
en die scholing plaats te laten hebben in de preklinische jaren van de medische opleidingen
omdat basisvaardigheden vooral in die jaren worden opgedaan?
Vraag 9
Onderschrijft u dat onderwijs in levenseindezorg niet conflicteert met andere onderdelen
uit het curriculum aangezien de betreffende vaardigheden bruikbaar zijn in het dagelijks
werk van iedere medisch specialist?
Vraag 10
Onderschrijft u de conclusie dat levenseindezorg in het curriculum verbetering behoeft
aangezien het onderzoek aantoont dat geen van de acht medische faculteiten in Nederland
levenseindezorg zoals dat daarin is gedefinieerd volledig in het curriculum heeft
opgenomen?
Vraag 11
Bent u bereid het advies uit het onderzoek over te nemen om onderwijs op alle internationaal
geaccepteerde domeinen van levenseindezorg verplicht op te nemen in het curriculum
van alle Nederlandse geneeskundeopleidingen zodat toekomstig artsen in staat en goed
geïnformeerd zijn om een steeds verder verouderende patiëntenpopulatie kwalitatieve
levenseindezorg te kunnen bieden?
Vraag 12
Bent u bereid het Raamplan Artsopleiding dat eind dit jaar wordt vervangen bij die
gelegenheid aan te vullen met vakken in levenseindezorg zodat stervenszorg steviger
in alle geneeskundeopleidingen wordt ingebed?
Indieners
-
Gericht aan
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Indiener
P.A. (Pia) Dijkstra, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.