Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Groothuizen en Voordewind over het rapport ‘Vulnerable and abandoned’ van Oxfam Novib
Vragen van de leden Groothuizen (D66) en Voordewind (ChristenUnie) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het rapport «Vulnerable and abandoned» van Oxfam Novib (ingezonden 17 januari 2019).
Antwoord van Staatssecretaris Harbers (Justitie en Veiligheid), mede namens de Ministers
van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (ontvangen
20 februari 2019). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 1476.
Vraag 1
Bent u bekend met het rapport «Vulnerable and abandoned» van Oxfam Novib?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u de situatie van kwetsbare vluchtelingen op de Griekse eilanden? Welke
verbeteringen of verslechteringen ziet u?
Antwoord 2
Met uw Kamer is vaak gesproken over de situatie van vluchtelingen op de Griekse eilanden.
Hoewel er sprake is van verbeteringen maakt dit rapport andermaal duidelijk dat deze
helaas nog steeds onvoldoende zijn, en dat de omstandigheden verder moeten verbeteren.
Gerealiseerde verbeteringen zijn de uitbreiding van het aantal bezwaarcommissies,
de beschikbaarheid van speciale zorg voor alleenstaande minderjarigen en de speciale
behandeling van kwetsbaren die daar uiteraard recht op hebben. Namens Nederland wordt
zowel door leden van het kabinet als op hoog-ambtelijk niveau hiervoor met grote regelmaat
aandacht gevraagd bij de Griekse autoriteiten én de Europese Commissie.
Vraag 3
Hoeveel artsen, psychologen en psychiaters bevinden zich op dit moment op Lesbos en
specifiek in het opvangkamp Moria? Zijn hieronder ook experts als het gaat om het
herkennen van slachtoffers van marteling en seksueel geweld? Zo ja, hoeveel? Beoordeelt
u dat als afdoende? Indien er, naar uw oordeel, onvoldoende (medische) specialisten
en andere hulpverleners aanwezig zijn, wat is daarvoor dan de verklaring?
Antwoord 3
De medische ondersteuning in de hotspot wordt georganiseerd door KEELPNO, de uitvoeringsorganisatie
van het Griekse Ministerie van Volksgezondheid. Zij hebben de afgelopen periode aanzienlijke
moeilijkheden ondervonden bij de werving van medisch en psychosociaal personeel. Dat
heeft geleid tot tekortkomingen in de medische zorgen tot vertragingen in de asielprocedure
bij de vaststelling van de eventuele kwetsbaarheid van asielzoekers. De Griekse autoriteiten
werken aan verbetering met steun van de Europese Commissie, bijvoorbeeld door de arbeidsvoorwaarden
voor medisch personeel aantrekkelijker te maken. Er was de afgelopen periode een twintigtal
psychologen, maatschappelijk hulpverleners en verpleegkundigen aanwezig vanuit KEELPNO.
Het tekort wordt voorlopig opgevuld door een militaire arts van het Griekse Ministerie
van Defensie en medisch personeel van verschillende ngo’s. Tenslotte is er een publiek
ziekenhuis op Lesbos aanwezig met onder andere een chirurgische kliniek en een psychiatrische
kliniek. Hier kunnen vluchtelingen en migranten gebruik van maken.
Vraag 4, 5 en 8
Hoe wordt op dit moment beoordeeld of iemand die aankomt op Lesbos al dan niet kwetsbaar
is? Hoe wordt vervolgens de zorg, voor iemand die als kwetsbaar is aangemerkt, geregeld?
Welke knelpunten ziet u en welke mogelijkheden ziet u tot verbetering?
In hoeverre is er speciale aandacht voor kwetsbare vrouwen, zoals vrouwen die zwanger
zijn of net zijn bevallen?
Deelt u de mening dat kwetsbare mensen zo snel mogelijk naar het vaste land moeten
worden gebracht, zodat zij voldoende toegang hebben tot medische zorg? Wat voor mogelijkheden
ziet u teneinde dit te bewerkstelligen? In hoeverre heeft u hierover specifiek met
uw Griekse collega gesproken?
Antwoord 4, 5 en 8
Het is belangrijk om een onderscheid te maken tussen twee manieren waarop wordt geoordeeld
of er sprake is van kwetsbaarheid. Bij aankomst beoordeelt KEELPNO in eerste instantie
of iemand kwetsbaar is. Daarna volgt in het kader van de procedure een kwetsbaarheidstoets
door de EASO-experts die hiervoor specifiek zijn getraind. Indien iemand als kwetsbaar
wordt aangemerkt, en medische zorg noodzakelijk is die niet op het eiland beschikbaar
is, krijgt betrokkene een verwijzing naar het vasteland. Zodoende zijn in 2018 30.000
personen van de Griekse eilanden naar het vasteland overgebracht, waarvan het grootste
gedeelte in de laatste maanden. Daarmee is de druk op Lesbos aanzienlijk verlicht.
Op dit moment zijn er bijna 7.000 vluchtelingen en migranten op Lesbos. Dat zijn er
nog steeds te veel, maar ook minder dan de ongeveer 10.000 in het najaar van 2018.
Het is mogelijk dat een persoon later in de procedure alsnog als kwetsbaar wordt aangemerkt,
bijvoorbeeld doordat de benodigde medische zorg niet beschikbaar is op de eilanden.
Helaas speelt ook de gebrekkige opvang een rol: tekortschietende accommodatie en gebrek
aan voorzieningen hebben vooral in de winter een negatief effect op de gezondheid
van migranten zoals ook in het rapport naar voren komt. Wanneer een persoon later
in de procedure als kwetsbaar wordt aangemerkt, wordt betrokkene in beginsel alsnog
naar het vasteland overgebracht.
De relatie tussen kwetsbaarheid en overbrenging naar het vasteland wordt soms ook
misbruikt. Omdat terugkeer nog steeds onvoldoende op gang komt, is het voor de autoriteiten
een manier om de druk op de eilanden alsnog te verlichten. Ook bestaat het vermoeden
dat een toenemend aantal mensen stelt medische klachten te hebben. Immers, eenmaal
op het vasteland vallen migranten niet meer onder de terugkeerregeling in het kader
van de EU-Turkije Verklaring. Het is dan ook van groot belang dat deze toetsen zo
zorgvuldig mogelijk plaatsvinden. Uiteraard deel ik uw mening dat de medische zorg
op de eilanden moet verbeteren, net als de algemene opvangomstandigheden. Daar heb
ik meermaals met mijn Griekse collega over gesproken, en dat heb ik ook ook tijdens
mijn bezoek gedaan.
Vraag 6
Herinnert u zich uw antwoorden gegeven in het algemeen overleg JBZ-raad van 6 en 7 december
2018, waarin u aangeeft dat een op de zeven experts in Griekenland uit Nederland afkomstig
is?2 Hoeveel experts uit de Europese Unie zijn er in totaal in Griekenland aanwezig? Kunt
u expliciet aangeven hoeveel daarvan afkomstig zijn van EASO, Frontex, het COA, de
IND en eventueel nog van een andere instelling of organisatie? Acht u dit totale aantal
voldoende?
Antwoord 6
In totaal zijn er op dit moment 149 medewerkers voor EASO actief ter ondersteuning
van Griekenland bij de uitvoering van de EU-Turkije Verklaring, de nationale asielprocedure
en het opvangsysteem. Daarvan zijn op dit moment3 72 experts werkzaam op de eilanden (27 experts uit andere lidstaten, 26 tijdelijke
zaakbehandelaars met een juridische achtergrond en 19 tijdelijk gedetacheerde medewerkers).
Tegelijkertijd worden in totaal 371 experts ingezet voor de Frontex operatie Poseidon
in de Egeïsche zee, waarvan 20 experts voor de uitvoering van de EU-Turkije Verklaring.
Daarnaast worden circa 40 experts ingezet voor Frontex langs de verschillende landgrenzen.
Namens Europol zijn in totaal 25 experts werkzaam in Griekenland, waarvan 23 op de
Griekse eilanden.
De Nederlandse bijdrage bestaat uit het volgende. Via EASO stelt Nederland doorlopend
een 11-tal experts beschikbaar. Het gaat met name om IND-medewerkers, maar ook om
een expert van het COA op het gebied van opvang. Via Frontex worden doorlopend circa
66 Nederlandse experts ingezet. Het betreft grenswachters, tolken en medewerkers van
de Dienst Vervoer & Ondersteuning (DV&O). Nederland heeft ook enkele busjes ter beschikking
gesteld via DV&O waarmee personen die op de eilanden aankomen van en naar de centra
worden vervoerd. Daarnaast detacheert Nederland beleidsexperts op strategische plekken,
waaronder bij het Ministerie van Economische Zaken om de toegang tot en het gebruik
van de EU fondsen te bevorderen. Ook is een expert ter beschikking gesteld op Chios
om de coördinator van de hotspot te adviseren op het gebied van opvang.
De Europese agentschappen maken een inschatting of de inzet van experts voldoende
is. Het is bekend dat de agentschappen in variërende mate personeel nodig hebben.
Met regelmaat roepen zij lidstaten op om meer experts te leveren of deze langduriger
in te zetten. Nederland steunt deze oproep, waarbij zij opgemerkt dat Nederland zelf
geen additionele experts meer kan leveren, mede vanwege de achterstanden in de Nederlandse
asielprocedure.
Vraag 7
Bevinden zich onder de experts die Nederland levert aan Griekenland ook medische specialisten
en psychologen? Indien dit niet het geval is, bent u bereid te kijken of het mogelijk
is om vanuit Nederland Griekenland te ondersteunen met medisch personeel? In hoeverre
ziet u mogelijkheden uw Europese collega’s op te roepen ook medische experts naar
Griekenland te sturen?
Antwoord 7
Nederland levert geen medische specialisten of psychologen. Wel levert Nederland vanuit
de IND experts voor de hogergenoemde kwetsbaarheidstoets. Voor wat betreft de uitzending
van Nederlandse experts is de behoefte vanuit agentschappen als EASO leidend. Nederland
bekijkt betreffende verzoeken altijd welwillend. Ook vraagt Nederland op EU-niveau
met grote regelmaat aandacht voor de situatie in Griekenland en roept Nederland ook
andere lidstaten op om te zorgen dat voldoende experts beschikbaar zijn voor de Europese
diensten.
Vraag 9
Kunt u bevestigen dat vluchtelingen en migranten die in detentie zijn op Lesbos niet
tot nauwelijks toegang hebben tot mentale en psychische hulp en dat personeel van
het Griekse Ministerie van gezondheid, ziektebeperking en preventie, geen toegang
heeft tot het detentie gedeelte van Moria? Deelt u de mening dat deze vluchtelingen
en migranten hier wel recht op hebben? Bent u bereid uw collega hierop aan te spreken?
Antwoord 9
Migranten die in het zogenaamde «pre-removal»-centrum verblijven, zijn in afwachting
van hun terugkeer naar Turkije of hun herkomstland. Zij hebben toegang tot medische
en psychosociale diensten van de Griekse uitvoeringsorganisatie KEELPNO. Ze kunnen
ook naar het plaatselijke ziekenhuis worden gebracht, wanneer dat nodig is. Bovendien
is een speciaal agentschap gecontracteerd door de Griekse politie dat ook actief psychosociale
diensten verleent in deze centra. In het «pre-removal» centrum in Moria werkt één
psycholoog en één maatschappelijk hulpverlener.
Vraag 10
Klopt het, dat door gebrek aan personeel mensen die nu aankomen op Lesbos pas hun
eerste asiel gesprek zullen hebben ergens in 2020? Zo nee, wat is dan de prognose?
Hoe beoordeelt u dat?
Antwoord 10
Hoe lang het duurt voor mensen hun eerste asielgesprek krijgen hangt af van verschillende
factoren, waaronder de kwetsbaarheid, de nationaliteit van betrokkene en of hij/zij
in aanmerking komt voor de versnelde grensprocedure zoals die is vastgesteld in de
EU-Turkije Verklaring. Het kabinet ziet versnelling van deze procedures als belangrijkste
duurzame oplossing voor de huidige overbevolking in de opvangfaciliteiten en ondersteunt
de Griekse autoriteiten hier ook bij, bijvoorbeeld via de inzet van experts voor EASO.
Als snel duidelijk is wie mag blijven en wie terug moet, verlicht dat de druk op de
hotspots aanzienlijk.
Vraag 11
Wat wordt er op dit moment gedaan teneinde vrouwen en kinderen, waarvan respectievelijk
70% en 78% zegt zich nooit veilig te voelen op Moria, te beschermen tegen geweld en
ander gevaar? Waar kan dit volgens u nog verbeterd worden?
Antwoord 11
Seksuele intimidatie en geweld – ook tegen mannen en jongens overigens – is helaas
een groot risico in Moria. Het beperkte aantal gespecialiseerde diensten, tolken en
politieagenten, versterkt gevoelens van onveiligheid bij vluchtelingen en migranten.
Daarnaast is de overbevolking van het kamp problematisch, bijvoorbeeld vanwege het
tekort aan toiletten, douches en afgeschermde opvang. De Griekse autoriteiten werken
aan verbetering, bijvoorbeeld via transfers naar het vasteland en het inhuren van
extra tolken. Daarnaast ondersteunt de EU activiteiten van UNHCR om seksuele intimidatie
en geweld te voorkomen. UNHCR werkt in Moria samen met gespecialiseerde nationale
partners op het terrein van kinderbescherming, ondersteuning bij casemanagement, het
organiseren van counselling sessies en het creëren van veilig onderdak.
Vraag 12
Herinnert u zich uw antwoorden in het algemeen overleg JBZ-raad van 6 en 7 december
2018 waarin u spreekt over het geld dat vanuit de Europese Unie aan Griekeland is
toegekend teneinde de asielprocedure en de omstandigheden in de Griekse kampen te
verbeteren?4 Bent u van mening dat dit geld goed is besteed? Kunt u bevestigen dat er controle
is geweest op deze uitgaven en zo nee, bent u van plan hierop aan te dringen?
Antwoord 12
Zoals ik in het betreffende algemeen overleg heb toegelicht is er geen sprake van
een gebrek aan financiële middelen. Voor Griekenland is, in relatie tot andere EU-lidstaten,
verreweg het meeste geld om de opvang en asielprocedure te verbeteren beschikbaar
gesteld.5 Over de besteding, uitputting en het effect van deze middelen heb ik ook vaker met
uw Kamer gesproken. Terzake zijn zeker verbeteringen mogelijk. Daarom biedt Nederland
Griekenland al langere tijd een expert om middelen te ontsluiten en uit te putten.
De controle op deze middelen is een EU-aangelegenheid. Bij alle EU-fondsen wordt besteding
en effectiviteit gecontroleerd door de Europese Rekenkamer die betreffende rapportages
ook publiceert en de Commissie aanbevelingen doet.
Vraag 13 en 14
Herinnert u zich het gesprek met uw Griekse collega waarbij u heeft aangedrongen op
het versnellen van de asielprocedures, meer terugkeer en humane opvangomstandigheden,
een snelle structurele oplossing en dat Nederland Griekenland daarbij zal blijven
ondersteunen?6 Wat was de reactie van uw Griekse collega op uw opmerkingen en wat vond u daarvan?
Heeft hij nog toezeggingen gedaan? In hoeverre vond u het beeld dat uw Griekse collega
heeft gegeven met betrekking tot de situatie op de Griekse eilanden overeenkomen met
het beeld dat wordt geschetst in het rapport van Oxfam Novib? Op wat voor manier zet
u zich in om een snelle structurele oplossing te realiseren? Welke medestanders ondersteunen
u daarbij? Tot wat voor resultaten heeft dit tot nu toe geleid?
Bent u bereid gezamenlijk met uw Europese collega’s meer druk uit te oefenen op Griekenland
teneinde te zorgen dat omstandigheden op de Griekse eilanden snel verbeteren?
Antwoord 13 en 14
In het kader van de vertrouwelijkheid van het diplomatieke verkeer, kan ik niet ingaan
op de uitlatingen van mijn Griekse collega. In algemene zin kan ik wel aangeven dat
hij uiteraard de zorgen over de moeilijke situatie deelt. Daarover is de Europese
Commissie ook met de Minister en met verantwoordelijke onderdelen van de Griekse overheid
doorlopend in gesprek. Hij is zich ook bewust van de noodzaak dat de situatie verbetert.
Dat beperkt zich echter niet alleen tot de opvangcondities maar hangt ook samen met
de asiel- en terugkeerprocedures. Het is duidelijk dat de Griekse overheid al langere
tijd voor grote uitdagingen staat om het Griekse systeem te laten voldoen aan wat
nodig is.
Het kabinet zal, zoals u bekend, Griekenland daarbij steun blijven bieden en binnen
de geschetste mogelijkheden al het mogelijke doen om de situatie op de Griekse eilanden
te verbeteren. Dit is ook de reden voor mijn voorgenomen bezoek aan Griekenland. Daarbij
geldt ook dat ik, evenals andere collega’s in het kabinet, hiervoor tijdens Europese
overleggen voortdurend aandacht vraag. Zoals ik u ook tijdens het Algemeen Overleg
van algemeen overleg JBZ-raad van 6 en 7 december 2018 heb gemeld, is het helaas zo
dat Nederland dit als een van de weinige lidstaten doet.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Mede namens
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.