Schriftelijke vragen : Het nu alweer niet nakomen van de afspraken om de sterfte van bokjes in de melkgeitenhouderij terug te dringen
Vragen van het lid Ouwehand (PvdD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het nu alweer niet nakomen van de afspraken om de sterfte van bokjes in de melkgeitenhouderij terug te dringen (ingezonden 11 februari 2019).
Vraag 1
Herinnert u zich dat u beloofde de Kamer voor het einde van 2018 te informeren over
de voortgang van het door de sector opgestelde «Plan van aanpak welzijn geitenbokken
van de melkgeitenketen»?1
Vraag 2
Heeft u opgemerkt dat we inmiddels ruim in de tweede maand van 2019 leven?
Vraag 3
Kunt u toelichten wat u bedoelde toen u in uw Beleidsbrief Dierenwelzijn over hoge
sterfte onder jonge dieren in de veehouderij schreef dat u de sectorplannen rond de
«vitaliteit» van jonge dieren «nauwlettend» volgt?2
Vraag 4
Waarom heeft u de Kamer niet volgens belofte geïnformeerd over de voortgang van de
aanpak die de sectororganisaties zelf mochten opstellen over het ernstige probleem
van de sterfte onder bokjes in de melkgeitenhouderij?
Vraag 5
Hebben de Nederlandse Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) en de Nederlandse GeitenZuivel
Organisatie (NGZO) u wel geïnformeerd over de voortgang van het door hen opgestelde
plan van aanpak? Zo ja, op welk moment? Zo nee, waarom accepteert u dat van de sectororganisaties?
Vraag 6
Vindt u de inspectieresultaten van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA)
over 2017 (gemiddeld 32% sterfte op bokkenmesterijen in 2017 ten opzichte van 31%
in 2016) acceptabel? Zo ja, waarom? Zo nee, wat vindt u wel acceptabele sterftecijfers
onder geitenlammeren die ter wereld komen in de melkgeitenhouderij?3
Vraag 7
Kunt u, gelet op het feit dat de NVWA meldt niet te weten hoeveel bokkenmesters er
zijn in Nederland, met zekerheid zeggen dat het nu door de NVWA genoemde hoogste sterftecijfer
(61% op een bedrijf in 2017) ook daadwerkelijk de hoogste sterfte is die in de geitenzuivelsector
voorkomt? Zo ja, op basis waarvan? Zo nee, erkent u dat de sterftecijfers ook nog
hoger kunnen liggen dan nu door de NVWA genoteerd?
Vraag 8
Hoeveel geitenlammeren zijn er in 2018 in de Nederlandse melkgeitenhouderij levend
dan wel dood geboren, hoe is dat geregistreerd en hoe en door wie is dat gecontroleerd?
Vraag 9
Hoeveel geitenlammeren die levend geboren zijn in de Nederlandse melkgeitenhouderij
zijn er in 2018 alsnog gestorven, op welke leeftijd gebeurde dat, hoe is de sterfte
onder geitenlammeren geregistreerd en hoe en door wie is dat gecontroleerd?
Vraag 10
Kunt u nader specificeren hoe het aantal van 110.237 doodmeldingen van geiten in de
Nederlandse veehouderij in 2017 is opgebouwd, in elk geval naar de leeftijd (of leeftijdscategorie)
waarop de dieren gestorven zijn?
Vraag 11
Is het cijfer dat u noemde het totale aantal geiten dat in de Nederlandse veehouderij
in 2017 is gestorven, inclusief de doodgeboren geitenlammeren? Zo nee, hoe hoog is
het cijfer dan?4
Vraag 12
Wat was het sterftecijfer onder geiten in de Nederlandse veehouderij in 2016?
Vraag 13
Kunt u het cijfer bevestigen dat Wakker Dier in haar rapport «Sterfte in de veehouderij»
noemde, te weten 91.000 dieren? Zo nee, om welk cijfer gaat het dan? Zo ja, vindt
u een stijging van meer dan 20%, oftewel 20.000 geiten die nog voor de slacht zijn
gestorven in de Nederlandse veehouderij, acceptabel?5
Vraag 14
Erkent u de constitutionele verhoudingen, onder andere keer op keer benadrukt door
de Algemene Rekenkamer, dat de Kamer het beleid van het kabinet moet kunnen controleren
op concrete en afrekenbare doelen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke concrete en afrekenbare
doelen koppelt u aan het beleid dat u voert voor het terugdringen van de sterfte onder
geitenlammeren in de geitenzuivelketen?
Vraag 15
Neemt u het doel over dat de sectororganisaties in het plan van aanpak hebben geformuleerd?
Zo ja, kunt u verhelderen wat dat doel dan inhoudt wanneer het plan spreekt over 9,3%
sterfte in 2020, maar tegelijk spreekt over een stoplichtenmodel dat ruimte laat voor
veel hogere sterftepercentages? Zo nee, welk doel stelt u dan en welke deadline houdt
u daarvoor aan?6
Vraag 16
Hoe verhoudt het (vage) sectordoel van 9,3% met ruimte voor veel hogere sterftepercentages
zich tot de uitspraken van oud-minister Kamp dat ook een sterfte van slechts 2% te
bereiken is?7
Vraag 17
Wat bedoelt de NVWA als zij in haar rapport «Welzijn geiten. Inspectieresultaten 2017»
schrijft dat de «aanpak» is geïntensiveerd toen de hoge sterfte bij bokkenmesterijen
in beeld kwam in 2017 en kunt u uiteenzetten wat de aanpak vóór 2017 dan precies was
en de inspectieresultaten van de voorgaande vijf jaar naar de Kamer sturen? Zo nee,
waarom niet?8
Vraag 18
Kunt u uitleggen hoe het in hemelsnaam zo kan zijn dat de NVWA niet weet hoeveel bokkenmesters
er in Nederland zijn?
Vraag 19
Hoe kan de toezichthouder toezicht houden op het welzijn van dieren als ze niet eens
weet in welke schuren en op welke locaties ze worden vetgemest voor de slacht? Identificatie
en registratie (I&R) is toch ook voor geitenlammeren verplicht?
Vraag 20
Hoe kan de Kamer controleren wat de sterftepercentages in de melkgeitenhouderij zijn
als bedrijven of stallen waarin dieren worden gehouden niet eens in beeld zijn bij
de toezichthouder?
Vraag 21
Hoe kan de Kamer controleren of de handhaving van dierenwelzijnsregels op orde is
als bedrijven of stallen waarin dieren worden gehouden niet eens in beeld zijn bij
de toezichthouder/handhaver?
Vraag 22
Zijn er nog meer veehouderijsectoren waarbij de NVWA geen compleet beeld heeft van
het aantal bedrijven en de precieze locaties van de stallen waarin dieren worden gefokt,
gebruikt en vetgemest voor de slacht? Zo ja, welke? Zo nee, waaruit blijkt dat de
NVWA wel een volledig beeld heeft van alle andere veehouderijsectoren dan de sector
bokkenmesterij?
Vraag 23
Erkent u dat het welzijn van melkgeiten niet alleen wordt aangetast door het laten
werpen van jongen die meteen bij haar worden weggehaald, maar ook door het zogenaamde
«duurmelken»? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke kaders hanteert u voor het welzijn
van deze dieren?
Vraag 24
Herinnert u zich dat u in het debat over het lijden en sterven van dieren in de veehouderij
d.d. 24 januari 2019 liet weten het oneens te zijn met de analyse van de Partij voor
de Dieren-fractie dat er een groot gat zit tussen wat mensen wordt voorgespiegeld
over (de herkomst van) dierlijke producten en de dagelijkse realiteit voor de dieren
(in de veehouderij)?9
Vraag 25
Hoe verklaart u de massale uitingen van verbazing en ontzetting die in mei 2018 in
de (sociale) media zichtbaar en hoorbaar waren nadat in een uitzending van Boer zoekt
Vrouw te zien was hoe op een biologisch geitenbedrijf de pasgeboren lammeren werden
weggehaald bij de moedergeit en in een doos werden gezet?
Vraag 26
Vond u de toelichting van de presentatrice «de doos geeft de geitjes een veilig gevoel»
een correcte en/of complete duiding van wat er precies met de dieren gebeurt in het
systeem van (biologische) geitenzuivelproductie?
Vraag 27
Wat zou u vertellen als iemand u, als Minister die verantwoordelijk is voor dierenwelzijn,
die bovendien meent dat overheid en sector niets achterhouden als het gaat om de daadwerkelijke
situatie voor de dieren in de veehouderij, zou vragen waar (biologische) geitenzuivel
vandaan komt?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Esther Ouwehand, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.