Schriftelijke vragen : Het bericht dat de risicoplafonds voor vervoer van gevaarlijke stoffen per spoor wordt verruimd
Vragen van de leden Amhaouch (CDA) en Schonis (D66) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht dat de risicoplafonds voor vervoer van gevaarlijke stoffen per spoor wordt verruimd (ingezonden 1 februari 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht dat Bathmen in verzet gaat tegen giftreinen?1
Vraag 2
Klopt het bericht dat het kabinet de mogelijkheden voor het vervoer van gevaarlijke
stoffen op het spoor wil verruimen door de risiconormen te verruimen?
Vraag 3
Deelt u de visie dat risiconormen objectief en deskundig moeten worden vastgesteld?
Zo ja, welk objectief model en/of berekening wordt gebruikt om te komen tot de juiste
veiligheidsnormen / plafonds?
Vraag 4
Hoe passen de beoogde verruimingen van risiconormen bij de thans geldende wettelijke
normen? Wordt thans voldaan aan die normen? Zo nee, waarom wordt daar niet tegen opgetreden?
Vraag 5
Wat zijn de prognoses voor de komende vijf jaar over de verschillende «Basisnet-sporen»
met betrekking tot vervoer van chemische/giftige stoffen?
Vraag 6
Zijn de Nederlandse veiligheidseisen afgestemd met de veiligheidseisen die in Europa
gelden?
Vraag 7
Wat bedoelt de regering met de opmerking dat de in 2015 vastgestelde normen geen reële
risiconormen zijn maar «sturingsnormen» en met de opmerking «(h)et systeem zat bij
aanvang als het ware in een te krap jasje»?
Vraag 8
Kan nader uiteengezet worden wat de wettelijke basis is voor de zinsnede dat de Staatssecretaris
in gesprek wil gaan met lokale overheden over (citaat) «benodigde aanpassingen van
de risicoplafonds in het Basisnet»?
Vraag 9
Welk perspectief biedt de Staatssecretaris de mensen die langs die spoorlijnen wonen?
Welk risico lopen zij nu echt en welk risico lopen zijn in de toekomst?
Vraag 10
Wanneer kan de Kamer de aangekondigde brief van u verwachten met het overzicht van
de aangekondigde acties en initiatieven die lopen om de productie en verwerking van
gevaarlijke stoffen meer op één locatie samen te brengen?
Vraag 11
Welke maatregelen kunnen de verschillende betrokken partijen nemen om de veiligheid
te vergroten voor de omgeving?
Vraag 12
Hoeveel procent van de giftreinen over de Twentelijn zijn voorzien van geluidsarme
wagons? Wat zijn de plannen en doelen om deze wagons in de toekomst allemaal stil
te maken (geluidsarm)?
Vraag 13
Wanneer is de pilot inzake reductie van geluidsoverlast in Brabant (Meteren) afgerond
en kunnen de geleerde verbeteringen ook op de Twente lijn worden geïmplementeerd?
Vraag 14
Wat is de stand van zaken van de dialoog die u aankondigde in de brief van 20 december
2018 (Kamerstuk 29 984, nr. 809) met de betrokken partijen van de Quick Scan voor de chemische clusters van Amsterdam,
Rotterdam, Zeeland, Moerdijk en Delfzijl aangezien de treinen van deze clusters grotendeels
langs Deventer het land uit worden getransporteerd?
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Laҫin (SP),
ingezonden 31 januari 2019 (vraagnummer 2019Z01722).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Amhaouch, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
R.A.J. Schonis, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.