Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Laan-Geselschap over het bericht ‘Burgemeesters verbolgen over einde aan lintje voor brandweervrijwilligers’
Vragen van het lid Laan-Geselschap (VVD) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Burgemeesters verbolgen over einde aan lintje voor brandweervrijwilligers» (ingezonden 27 december 2018).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 31 januari 2019).
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 1218.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht over het feit dat burgemeesters verbolgen zijn over
het einde aan een Koninklijk lintje voor brandweervrijwilligers?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2, 3, 4
Wat vindt u van het besluit van de Kanselarij der Nederlandse Orden om vanaf 2020
géén koninklijke onderscheiding meer toe te kennen aan brandweervrijwilligers die
zich 20 jaar hebben inzet voor een veiliger Nederland?
Is het bericht juist dat de Kanselarij der Nederlandse Orden dit besluit in overleg
met de Minister van Binnenlandse Zaken & Koninkrijksrelaties en u heeft genomen?
Kunt u uitleggen waarom in een tijd waarin het kabinet extra geld vrij maakt voor
de versterking van de positie van vrijwilligers bij de brandweer en de politie, een
dergelijk besluit is genomen? Zo ja, kunt u dit nader uitleggen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2, 3, 4
De Minister van BZK heeft vanuit de beleidsverantwoordelijkheid voor het decoratiestelsel
ingestemd met de conclusie van het Kapittel voor de Civiele Orden dat het (semi-)automatisch
decoreren op basis van langdurige (vrijwillige) dienst niet meer past in het huidige
decoratiebeleid. Ik heb begrip voor dit besluit dat na overleg met mij als verantwoordelijke
voor het stelsel van de Brandweerzorg is genomen. Er zijn diverse andere erkenningsmogelijkheden
voor brandweervrijwilligers.
Vraag 5
Deelt u de mening dat een Koninklijk lintje het minste is wat de Nederlandse staat
als blijk van erkenning kan terugdoen voor de helden van de vrijwillige brandweer?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Ik hecht grote waarde aan de inzet van brandweervrijwilligers. De brandweerzorg is
in grote mate van hen afhankelijk. Er zijn nog diverse andere erkenningsmogelijkheden
voor langdurige dienst als brandweervrijwilliger.
Brandweer Nederland heeft eigen onderscheidingen waaronder één voor trouwe dienst.
Brandweer Nederland heeft de afgelopen periode in overleg met de Kanselarij der Nederlandse
Orden gekeken naar de mogelijkheden om het decoratiestelsel van de Brandweer verder
te actualiseren en formeel te laten erkennen. Dit zal naar verwachting in de eerste
helft van 2019 zijn afgerond. Het geactualiseerde decoratiestelsel van de Brandweer
wordt hiermee ook verder in lijn gebracht met de decoratiestelsels van Politie en
Defensie.
Daarnaast is er ook een vrijwilligersmedaille Openbare Orde en Veiligheid voor vrijwilligers
die aaneensluitend over een periode van tien of meer jaren werkzaamheden hebben verricht
als vrijwilliger. Dit geldt voor medewerkers van onder andere Politie, Brandweer,
Ambulancedienst, Defensie en het Nederlandse Rode Kruis. Het bevoegd gezag dient hiervoor
een verzoek in bij de Kanselarij.
Het blijft mogelijk om een brandweervrijwilliger te decoreren met een Koninklijke
onderscheiding. Om hiervoor in aanmerking te komen moet sprake zijn van bijzondere
persoonlijke verdiensten.
Vraag 6
Heeft u tijdens de totstandkoming van dit besluit overleg gevoerd met de vertegenwoordiging
van de vrijwillige brandweer? Zo ja, wat vinden zij van het besluit? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 6
Het besluit is door de Kanselier der Nederlandse Orden besproken met Brandweer Nederland,
de Raad van Brandweercommandanten en de Stichting Waardering en Erkenning Brandweer.
Brandweer Nederland heeft daarop het initiatief genomen tot het actualiseren en laten
erkennen van het huidige decoratiestelsel.
Vraag 7
Bent u bereid in gesprek te treden met de Kanselarij der Nederlandse Orden om het
besluit tot het stoppen met onderscheiden van leden van de vrijwilligere brandweer,
te herzien? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wanneer gaat u dit doen?
Antwoord 7
Nee. Ik heb begrip voor dit besluit.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.