Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Nijboer over het bericht ‘The illusion of UK bank capital strength’
Vragen van het lid Nijboer (PvdA) aan de Minister van Financiën over het bericht «The illusion of UK bank capital strength» (ingezonden 13 december 2018).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën) (ontvangen 28 januari 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «The illusion of UK bank capital strength»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kloppen de opmerkingen in het bericht dat de Royal Bank of Scotland (RBS) overweegt
kapitaal terug te geven aan aandeelhouders omdat het vindt dat het overtollig kapitaal
heeft? Wat vindt u ervan dat Britse banken kennelijk menen overtollig kapitaal te
hebben als het Tier 1-kapitaal afdoende is, maar de leverage ratio nog altijd zeer
laag is? Kloppen de berekeningen in het artikel?
Antwoord 2
Het artikel spreekt enerzijds over het uitkeren van dividend en anderzijds over het
inkopen of aflossen van kapitaalinstrumenten. Hiervoor dienen banken aan strenge voorwaarden
te voldoen, zoals beschreven in antwoord op vraag 4. Banken moeten te allen tijde
voldoen aan het absolute minimum in de wet. Eerder deelde ik daarom al mijn verwachting
dat banken in de praktijk hogere ratio’s nastreven dan de absolute minima in de wet.2 De auteurs van het genoemde artikel gebruiken een eigen methodologie voor het berekenen
van de leverage ratio, namelijk op basis van de marktwaarde van de aandelen van banken.
De leverage ratio wordt normaliter op basis van een geharmoniseerde Europese definitie
berekend. Op de website van de Europese Bankenautoriteit (EBA) kunt u deze leverage
ratio’s vinden voor 130 Europese banken, waaronder de Britse banken waarover in het
artikel wordt gesproken.3
Vraag 3
Wat is het huidige Tier 1-kapitaal van de grote Nederlandse banken, en de ongewogen
leverage ratio?
Antwoord 3
Hieronder treft u de gevraagde cijfers aan, op basis van gegevens van de Europese
Bankenautoriteit.
Bank
Tier-1 kapitaal (mln)
Tier-1 kapitaal ratio (%)
Leverage ratio transitional en (einddefinitie)
ABN Amro
20.106
19,24
4,1 (4,1)
ING
50.137
15,73
4,3 (4,1)
Rabobank
37.383
18,75
6,0 (5,4)
De Volksbank
3.246
34,34
5,2 (5,2)
BNG1
4.610
37,93
3,6 (3,6)
NWB4
1.939
73,96
2,4 (2,4)
X Noot
1
In Europa is voor promotionele banken zoals BNG en NWB een passende leverage ratio
eis overeengekomen.
Vraag 4
Welke regels gelden met betrekking tot het teruggeven van kapitaal voor banken? Vanaf
welke kapitaalratio is teruggave van kapitaal toegestaan?
Antwoord 4
Banken dienen altijd te voldoen aan de minimale kapitaaleisen die op dat moment van
toepassing zijn. Ook dienen banken in de kapitaalplanning te anticiperen op (verwachte)
hogere eisen die in de toekomst (kunnen) gaan gelden, zodat banken ook hier tijdig
aan zullen voldoen. De bank voert hier zelf de ICAAP voor uit (Internal Capital Adequacy Assessment Process). Dit wordt vervolgens door de toezichthouder getoetst in de SREP (Supervisory Review and Evaluation Process).
Het artikel spreekt enerzijds over het uitkeren van dividend en anderzijds over het
inkopen of aflossen van kapitaalinstrumenten. Hiervoor dienen banken aan strenge voorwaarden
te voldoen.
Ten eerste is het een bank niet toegestaan om uitkeringen te doen aan de houders van
kapitaal, bijvoorbeeld in de vorm van dividend, wanneer het kapitaal van de bank onder
het niveau van de gecombineerde buffers valt. De gecombineerde buffer is een extra
laag kapitaal bovenop de harde minimale eisen.4 De hoogte van de gecombineerde buffer wordt bepaald door een optelsom van de kapitaalconserveringsbuffer,
contracyclische buffer en de hoogste van de mondiaal systeemrelevantiebuffer, overige
systeemrelevantiebuffer of systeemrisicobuffer. Wanneer banken niet aan de gecombineerde
buffer voldoen, treden automatisch maatregelen in werking, zoals het gedeeltelijk
of geheel beperken van (dividend)uitkeringen en variabele beloningen.
Ten tweede dient de toezichthouder vooraf toestemming te geven voor het inkopen of
aflossen van kapitaalinstrumenten. Om toestemming te krijgen moet een bank de kapitaalinstrumenten
vervangen door instrumenten van gelijke of hogere kwaliteit. Dit moet gebeuren tegen
voorwaarden die de inkomstencapaciteit van de bank waarborgen. Indien een bank er
niet voor kiest om de kapitaalinstrumenten te vervangen door instrumenten van gelijke
of hogere kwaliteit, dient de bank de minimale kapitaaleisen en gecombineerde buffers
te overschrijden met een marge die de toezichthouder noodzakelijk acht.
Vraag 5 en 7
Vindt u dat de Britse banken blijk van risicobewustzijn geven als zij menen kapitaal
terug te kunnen geven aan aandeelhouders terwijl de buffers nog zo laag zijn, en tegelijkertijd
de risico’s gigantisch zijn, bijvoorbeeld ten aanzien van Brexit?
Deelt u de mening dat de Britse situatie een illustratie is van het belang van de
ongewogen kapitaalratio? Bent u bereid om de minimum ongewogen kapitaalratio in Nederland
op 4% te houden, en erna naar 10% te verhogen?
Antwoord 5 en 7
Ik vind het verstandig dat banken hoge buffers aanhouden. Hier wijs ik ook op in mijn
gesprekken met de banken. Sinds het uitbreken van de financiële crisis zijn veel maatregelen
genomen om financiële instellingen weerbaarder te maken. Bij banken zijn de kapitaaleisen
substantieel verhoogd en ook is de kwaliteit van het kapitaal dat moet worden aangehouden
verbeterd.
Ten eerste zorgt de harde leverage ratio eis van 3% ervoor dat banken voortaan een
minimale hoeveelheid eigen vermogen moeten aanhouden. Als banken hier niet aan voldoen,
zullen zij uiteindelijk afgewikkeld worden. Banken zullen daarom een leverage ratio
moeten en willen nastreven die boven de minimumeis ligt. Ook wanneer de leverage ratio
van banken een klap krijgt als gevolg van een economische terugval, moeten banken
voldoen aan het absolute minimum in de wet. Een dergelijk wettelijk minimum bestond
noch in Europa, noch in Nederland.
Ten tweede heeft Nederland heeft in aanvulling op de 3% eis voor alle banken in Europa
ingezet voor een hogere leverage ratio eis voor de systeemrelevante banken. Deze inzet
heeft er mede toe geleid dat er een opslag op de leverage ratio eis voor de mondiale
systeembanken (G-SIIs) geïmplementeerd wordt.
Ten derde heeft de Nederlandse inzet er toe geleid dat een verhoging voor nationaal
systeemrelevante banken (O-SIIs) nog nader onderzocht wordt. De Europese Commissie
zal de impact van een opslag voor nationaal systeemrelevante banken in kaart brengen
en op basis hiervan de introductie van een opslag voor deze groep overwegen. Ik ga
me er hard voor maken dat die discussie tot de gewenste hogere buffereis leidt.
Tot slot moeten banken – naast een ondergrens aan eigen vermogen – ook voldoende schulden
gaan aanhouden, waarop relatief eenvoudig bail-in kan worden toegepast. Het recente
akkoord op het bankenpakket bevat strengere bepalingen over de hoeveelheid schulden
die banken moeten aanhouden die makkelijk bail-inbaar zijn (MREL). Voor grote banken
moet de MREL minimaal 8% van de balans zijn. Het bankenpakket vergroot zo verder de
afwikkelbaarheid van banken en verkleint de kans dat overheden wederom moeten optreden
als redder in nood.
Het Europese kapitaaleisenraamwerk CRR, waarin de leverage ratio eis is vastgelegd,
is maximumharmonisatie. De leverage ratio eis, met opslag voor de allergrootste banken,
zal in Nederland rechtstreeks van toepassing zijn. Omdat het gaat om maximumharmonisatie
kan Nederland geen strengere eisen stellen in de nationale wet- en regelgeving. Het
is belangrijk om te benadrukken dat de leverage ratio een achtervang vormt voor het
risicogewogen raamwerk. Juist op het vlak van de risicogewogen eisen zijn al veel
stappen gezet en zullen de komende jaren nog verdergaande maatregelen worden genomen.
Zo zijn eind vorig jaar grondige hervormingen voorgesteld door het Bazelse Comité,
onder meer met de voorgestelde introductie van de kapitaalvloeren. Europese implementatie
van deze eisen zal leiden tot fors hogere kapitaaleisen voor Nederlandse banken. Dit
zorgt er ook voor dat de leverage ratio’s van deze banken omhoog zullen gaan. Zoals
reeds gecommuniceerd naar uw Kamer zal Nederland inzetten op adequate implementatie
van de Bazelse voorstellen in Europees verband.
Vraag 6
Kent u Nederlandse banken die overwegen kapitaal uit te keren? Zo ja, wat vindt u
daarvan?
Antwoord 6
Zoals in antwoord op vraag 4 aangegeven, dienen banken te voldoen aan strenge voorwaarden
voordat zij over kunnen gaan tot het uitkeren van dividend enerzijds of het inkopen
of aflossen van kapitaalinstrumenten anderzijds.
De toezichthouder toetst of hier aan voldaan wordt. Wanneer dit het geval is, dan
hebben banken de ruimte om dividend uit te keren of kapitaalinstrumenten af te lossen
of in te kopen.
Vraag 8
Welke afspraken zijn er opgenomen over de kapitaaleisen aan Britse banken na Brexit
en hoe kan worden voorkomen dat Nederland en de EU in een nieuwe kredietcrisis worden
gestort door besmettingsgevaar door Britse banken en door slechte Britse regels ten
aanzien van de financiële sector?
Antwoord 8
Voor een beperkt aantal subsectoren van de financiële sector zijn in bestaande EU-regelgeving
bepalingen opgenomen die bij (unilaterale) positieve equivalentie, financiële instellingen
vanuit het derde land in meer of mindere mate toegang geven tot de markt voor financiële
dienstverlening.
Op hoofdlijnen betekent de schets van de politieke verklaring op het gebied van financiële
dienstverlening dat er in de overgangsperiode voor de toekomstige betrekkingen met
het Verenigd Koninkrijk (VK) gekeken zal worden naar markttoegang op basis van deze
reeds bestaande equivalentieraamwerken, met mogelijk aanvullende afspraken over samenwerking,
dialoog en wederzijdse afstemming. Deze afspraken dienen dus nog (in de overgangsperiode)
gemaakt te worden.
Het kapitaaleisenraamwerk CRR/CRD, dat de «traditionele» bancaire dienstverlening
(aantrekken van deposito’s, verlenen van kredieten, etc.) in de EU reguleert, kent
geen equivalentieraamwerk dat financiële dienstverlening vanuit het derde land tot
de gehele interne markt mogelijk maakt. Banken die deze diensten willen verlenen,
zullen dus een vergunning in de EU moeten aanvragen, waarbij de in de EU geldende
Europese en/of nationale regels, zoals ten aanzien van bonus en het vereiste gewogen
en ongewogen (leverage ratio) kapitaal, zullen gelden. Dit is ook de reden dat veel
banken vanuit het VK reeds een vergunning in de EU hebben aangevraagd en/of bestaande
EU-27 entiteiten aan het uitbouwen zijn.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.