Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Meenen over het onderzoek sociale veiligheid van docenten
Vragen van het lid Van Meenen (D66) aan de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en media over het onderzoek sociale veiligheid van docenten (ingezonden 30 november 2018).
Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media) (ontvangen 29 januari
2019).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het rapport sociale veiligheid van docenten (DUO Onderwijsonderzoek
& Advies)?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u de uitkomsten van het onderzoek, zoals dat een kwart van de bevraagde
docenten wordt uitgescholden en meer van de bevraagde docenten te maken krijgen met
fysiek geweld (2% in 2015 en 3% in 2018)?
Antwoord 2
De uitkomsten van het Duo-onderzoek geven reden tot zorg. De resultaten van de veiligheidsmonitor
van 2014 en 2016 waren aanleiding om de ontwikkeling van het veiligheidsgevoel van
docenten nader te analyseren. Deze analyse is aan de sociale partners, verenigd in
het Arbeidsmarkt en Opleidingsfonds Voortgezet Onderwijs (VOION), aangeboden. Zij
zijn naar aanleiding daarvan aan de slag gegaan om te komen tot handvatten voor schoolleiders
waarmee ze kunnen werken aan meer veiligheid voor de medewerkers. De komende tijd
worden deze uitgewerkt op scholen. Gezien het belang van deze activiteit zal ik er
bij VOION nogmaals op aandringen haast te maken met de uitwerking.
Vraag 3
Hoe wordt in de wet Veiligheid op school de sociale veiligheid van de leraar gewaarborgd?
Antwoord 3
De wet Veiligheid op school is expliciet gericht op de sociale veiligheid van de leerlingen.
De leraar komt daarbij naar voren vanuit zijn rol om in de klas de voorwaarden te
creëren waarin leerlingen in veiligheid kunnen leren en groeien. Voor de leraar als
werknemer is de Arbowet van toepassing. De Arbowet is gericht op de gezondheid, de
veiligheid en het welzijn van werknemers.
Vraag 4
Wordt de beleving van veiligheid en welzijn onder leraren ook gemeten in de veiligheidsmonitor?
Zo ja, komen de uitkomsten van dit onderzoek overeen met het beeld dat het ministerie
heeft van de sociale veiligheid van leraren? Zo niet, bent u bereid de veiligheidsmonitor
uit te breiden naar leraren?
Antwoord 4
In het kader van de tweejaarlijkse Veiligheidsmonitor po/vo worden ook leraren bevraagd.
De uitkomsten daarvan komen op een aantal punten globaal overeen met de resultaten
van het Duo-onderzoek. In het vo voelt 90,7 procent van de leraren zich veilig op
school; iets minder dan tien procent voelt zich dus niet veilig. In het Duo-onderzoek
geeft ook negen procent aan zich niet veilig te voelen. In de Veiligheidsmonitor po/vo
is sprake van 20,8 procent van de docenten die maandelijks te maken hebben met verbaal
geweld. Dat is iets minder dan de 25 procent zoals die in het Duo-onderzoek naar voren
komt. In dat onderzoek wordt aangegeven dat 3 procent van de docenten zegt te maken
te hebben met op hen gericht fysiek geweld. In de Veiligheidsmonitor is het percentage
een kleine 2 procent.
Vraag 5
Wat doet het ministerie om de veiligheid van leraren te bevorderen?
Antwoord 5
Naast de activiteiten van VOION (zie het antwoord op vraag 2) is er vanuit de Stichting
School en Veiligheid (SSV) een ondersteuningsaanbod, deels specifiek voor leraren,
om de sociale veiligheid op school te vergroten. Zo kunnen leraren trainingen volgen
die hen helpen de vaardigheden te vergroten om moeilijke gesprekken met leerlingen
aan te gaan.
Vraag 6
Hoe bereidt de lerarenopleiding op dit moment toekomstige leraren voor op omgang met
agressie en leerlingen met gedragsproblemen?
Antwoord 6
De lerarenopleidingen leiden leraren op om te gaan met complexe situaties in de klas.
In de herijkte kennisbasis voor de pabo en de tweedegraadslerarenopleiding, die in
het schooljaar 2018/2019 van kracht is gegaan, zitten de thema’s gedragsontwikkeling
en omgaan met sociale veiligheid, waaronder het gedrag van leerlingen, expliciet verankerd.
De individuele lerarenopleidingen geven zelf invulling aan de eisen uit de kennisbases.
Die invulling kan bijvoorbeeld bestaan uit een eigen module of een samenwerking met
een expertisecentrum op dit thema.
Vraag 7
Hoe worden scholen die te maken krijgen met excessen van geweld en ander pest-, of
wangedrag tegen leraren ondersteund door het ministerie en de VO-raad?
Antwoord 7
Vanuit de Arbowet, en op basis van de wet Sociale veiligheid op school, zijn scholen
verplicht te werken aan beleid ten behoeve van een sociaal veilig schoolklimaat voor
zowel leraren als leerlingen. Dit beleid is enerzijds gericht op het voorkomen van
pest- en wangedrag en anderzijds op een correcte en effectieve afhandeling van incidenten.
Bij de uitwerking van het beleid op het vlak van de sociale veiligheid kunnen scholen
worden ondersteund vanuit SSV. Scholen en leraren kunnen daar terecht voor allerlei
informatie, trainingen en vragen. Daarnaast ondersteunt SSV ook scholen die te maken
krijgen met zeer ernstige incidenten.
Indien er sprake is van ernstige problemen op het vlak van psychisch en fysiek geweld,
of discriminatie dan kunnen ook leraren zich wenden tot de vertrouwensinspecteur van
de Inspectie van het Onderwijs. Ultimo kan dit leiden tot een aangifte.
Vraag 8
Heeft u een beeld van de aangiftebereidheid bij leraren en scholen en hoe kunt u dit
verder stimuleren?
Antwoord 8
Ik heb geen zicht op de bereidheid onder leraren en scholen om aangifte te doen.
Vraag 9
Zijn schoolbesturen op dit moment voldoende handelingsbekwaam om docenten bij te staan
en te ondersteunen als zij zich onveilig voelen en veiligheid bespreekbaar te maken
op school?
Antwoord 9
Scholen zijn professionele organisaties. Ik acht de meeste schoolbesturen en schoolleiders
zeker in staat een organisatie en een klimaat neer te zetten waarbinnen zowel leerlingen
als leraren zich veilig genoeg en ondersteund weten op het moment dat er zich incidenten
voordoen die hun gevoel van veiligheid aantasten. Tegelijkertijd besef ik dat het
mensenwerk is en dat er soms dingen misgaan. Als dit tot signalen leidt, bijvoorbeeld
bij de vertrouwensinspecteur, zal de Inspectie van het Onderwijs dit zeker meenemen
in het toezicht.
Vraag 10
Bent u bereid in gesprek te gaan met de VO-raad en LAKS over hoe zij een veilig schoolklimaat
voor zowel de leerling als de leraar verder kunnen bevorderen en hoe de leraar ondersteund
kan worden bij wangedrag van leerlingen of ouders?
Antwoord 10
Naar aanleiding van de tweejaarlijkse Veiligheidsmonitor ben ik in gesprek met beide
organisaties. Het onderwerp veiligheid van leraren komt daarbij ook expliciet aan
bod.
Zoals vermeld in de antwoorden op vraag 5 en 7 is er bij SSV een ondersteuningsaanbod
voor scholen om hen te helpen vorm te geven aan het beleid op het vlak van de sociale
veiligheid. Bij de trainingen voor leraren gericht op het voeren van moeilijke gesprekken
worden de leidinggevenden van deze leraren ook uitgenodigd, zodat in teamverband gewerkt
kan worden aan het omgaan met moeilijk gedrag.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.