Schriftelijke vragen : De effecten van decentrale selectie op de samenstelling van studentenpopulaties bij universitaire opleidingen
Vragen van het lid Van den Hul (PvdA) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de effecten van decentrale selectie op de samenstelling van studentenpopulaties bij universitaire opleidingen (ingezonden 10 januari 2019).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de recente overzichtsstudie van ResearchNed, o.a. over de
doelen, criteria, instrumenten en effecten van selectie in het wetenschappelijk onderwijs?1 2
Vraag 2
Hoe beoordeelt u de waarneming in het rapport dat er zorgen bestaan en worden geuit
door geïnterviewden binnen het wetenschappelijk onderwijs over het gebrek aan diversiteit
en het toenemende homogene karakter binnen de samenstelling van de geselecteerde studentenpopulatie
bij opleidingen?
Vraag 3
Draagt naar uw mening en op basis van de inzichten in dit rapport de huidige selectiewijze
bij aan kansenongelijkheid (gelet op hun ondervertegenwoordiging) van Nederlandse
studenten met een niet-westerse achtergrond, studenten uit lagere sociaaleconomische
groepen en studenten in het algemeen, zoals het rapport naar voren brengt? Zo ja,
wat gaat u concreet tegen dergelijke ongewenste effecten ondernemen?
Vraag 4
Wat vindt u van de typering dat de huidige selectiewijze, vanuit verschillende redenen,
zorgt voor geselecteerde studenten groepen die getypeerd worden als «witte brave meisjes
en studenten uit hoger sociale klassen»? Deelt u de mening dat deze eenzijdige samenstelling
via de huidige selectiewijze een zorgwekkend en ongewenst effect is? Zo ja, hoe gaat
u hierop bijsturen?
Vraag 5
Wat is uw inschatting en beoordeling rond de gewenste kansengelijkheid voor iedere
student wat betreft de toegankelijkheid van het Nederlandse hoger en wetenschappelijk
onderwijs, in het licht van de inzichten uit dit rapport en wat betekent dit voor
uw beleidsinzet in algemene zin?
Vraag 6
Bent u bereid om nader onderzoek te doen naar bijsturingsmogelijkheden om de kansengelijkheid
en toegankelijkheid binnen het wetenschappelijk onderwijs beter te borgen?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.A.E. van den Hul, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.