Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Laan-Geselschap over het bericht ‘BOA wacht lang op politiehulp’
Vragen van het lid Laan-Geselschap (VVD) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «BOA wacht lang op politiehulp» (ingezonden 21 november 2018).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 18 december
2018). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 935.
Vraag 1
Kent u het bericht «BOA wacht lang op politiehulp»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u inzicht verschaffen in de taken en bevoegdheden van de Nederlandse veiligheidsketen
waarbij de politie, buitengewoon opsporingsambtenaren (BOA’s) en beveiligingsbedrijven
zijn meegenomen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
De politie is de spil van toezicht en handhaving. Daarnaast kunnen voor toezichts-
en handhavingstaken, evenals voor het opsporen van strafbare feiten, buitengewoon
opsporingsambtenaren (boa’s) worden ingezet. De taken en bevoegdheden voor boa’s zijn
overeenkomstig de bevoegdheden van het domein in het boa-stelsel waarvoor de boa is
aangesteld.
Zowel de politie als de boa kunnen in hun werkzaamheden geholpen worden door informatie
en andere ondersteuning van burgers, particuliere beveiligers en ondernemers. Maar
uitsluitend politieagenten (algemeen opsporingsbevoegd) en boa’s (beperkt opsporingsbevoegd),
beiden overheidsdienaren, kunnen handhavend optreden en beschikken bovendien over
de bevoegdheden, kennis, opleiding en middelen om ook in complexere situaties op te
treden.
Gemeenten kunnen ook particulieren – bijvoorbeeld van particuliere beveiligingsorganisaties
– inhuren. Zij worden dan als boa’s in onbezoldigde dienst van de gemeente te werk
gesteld. Deze particuliere boa’s beschikken over de opsporingsbevoegdheden van domein
I (openbare ruimte). Zij hebben primair een rol in het private of semipublieke domein
zoals in winkels en bedrijven.
De huidige taak- en bevoegdhedenverdeling tussen politie, boa’s en andere veiligheidspartners,
biedt kansen voor de inzet op toezicht, handhaving en opsporing. Bovendien geeft deze
verdeling de ruimte om lokaal prioriteiten te stellen en capaciteit in te zetten.
De lokale driehoek is het vertrekpunt voor het handhaven van de openbare orde en het
realiseren van opsporing.
Ik ben niet voornemens om aan het uitgangspunt inzake de geweldsmiddelen te tornen.
Het geweldsmonopolie blijft bij de politie. In mijn brief van 10 december 2018 ben
ik nader ingegaan op de samenwerking tussen politie en boa’s.2
Vraag 3, 4
Kunt u uw visie weergeven op de toekomstige invulling van de taken en bevoegdheden
van de Nederlandse veiligheidsketen? Zo nee, waarom niet?
Kunt u naar aanleiding van deze visie de Kamer te informeren over de toekomstige invulling
van de taken en bevoegdheden van de Nederlandse veiligheidsketen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3, 4
Bij de begrotingsbehandeling van mijn departement, heeft uw Kamer de motie van lid
Den Boer (D66) aangenomen.3 De WRR zal worden verzocht om in het voorjaar van 2020 een verkenning naar de politiefunctie
in den brede gereed te hebben. Ik heb uw Kamer toegezegd dit onderzoek, voorzien van
een beleidsreactie, toe te sturen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.