Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Karabulut over de investeringen van Nederlandse levensverzekeraars in wapenbedrijven die aan Saoedi-Arabië leveren
Vragen van het lid Karabulut (SP) aan de Ministers voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en van Financiën over de investeringen van Nederlandse levensverzekeraars in wapenbedrijven die aan Saudi-Arabië leveren (ingezonden 15 november 2018).
Antwoord van Minister Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking), mede
namens de Minister van Financiën (ontvangen 18 december 2018).
Vraag 1, 4
Wat vindt u ervan dat Nederlandse levensverzekeraars Allianz (AllSecur), APG (Loyalis),
Legal and General, Generali en Nationale Nederlanden maar liefst 3,6 miljard euro
investeren in wapenbedrijven die leveren aan Saudi-Arabië, dat met die wapens veelvuldig
Jemen bombardeert?1
Ziet u de bittere ironie van het feit dat juist levensverzekeraars beleggen in zaken
die uiteindelijk tot dood, extreme hongersnood en cholera in Jemen leiden?
Antwoord 1, 4
Verzekeraars bepalen in principe zelf in welke bedrijven belegd wordt. Het kabinet
verwacht van verzekeraars echter wel dat zij daarbij invulling geven aan hun responsibility to respect onder de United Nations Guiding Principles on Business and Human Rights (UNGP’s) en dat zij zich houden aan de OESO-richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen.
Als blijkt dat de bedrijven waarin de verzekeraars hebben belegd zijn betrokken bij
negatieve impact op mens en milieu, behoren de verzekeraars, conform de OESO-richtlijnen,
stappen te ondernemen om deze negatieve impact te voorkomen of aan te pakken.
Vraag 2
Hoe rijmt u deze investeringen met het strikte wapenexportbeleid ten aanzien van Saudi-Arabië
en het feit dat de Minister-President er recent nog op aandrong bij andere EU landen
om hetzelfde te doen?
Antwoord 2
Nederland verleent geen exportvergunningen voor goederen die gebruikt kunnen worden
in de gewapende strijd in Jemen of bij mensenrechtenschendingen in Saoedi-Arabië.
Binnen de EU roept Nederland andere lidstaten op tot eenzelfde strikte toetsing van
de gemeenschappelijke criteria van het Europees wapenexportbeleid. Deze oproep is
tijdens de Europese Raad van 18 oktober 2018 door premier Rutte herhaald.
Op grond van EU-sancties kan het voor verzekeraars verboden zijn te investeren of
beleggen in wapenproducenten in een bepaald land. Voor Saoedi-Arabië gelden er geen
EU-sancties. Met inachtneming van de OESO-richtlijnen en UNGP’s, is het aan verzekeraars
zelf om te bepalen in welke bedrijven zij investeren. De overheid reguleert dit in
beginsel niet.
Binnen het Europese wapenexportbeleid ten aanzien van Saoedi-Arabië wordt op basis
van de toets op de acht criteria van het Europees Gemeenschappelijk Standpunt inzake
wapenexport zorgvuldig gekeken of de aard van de goederen, het eindgebruik en de eindgebruiker
een direct negatief effect kunnen hebben op deze acht criteria, waaronder de mensenrechtensituatie
en de regionale veiligheid. Er geldt momenteel geen VN of EU wapenembargo voor Saoedi-Arabië.
Vraag 3
Wat gaat u doen om meer duidelijkheid en transparantie te creëren voor klanten van
deze levensverzekeraars over waar hun geld in geïnvesteerd wordt?
Antwoord 3
Zoals gezegd, verwacht de overheid van verzekeraars dat zij zich houden aan de OESO-richtlijnen
voor multinationale ondernemingen. Openbaarheid van gegevens en transparantie over
risicomanagement, naleving van wetten, normen en gedragscodes zijn onderdeel van deze
richtlijnen. Sinds 1 januari 2012 geldt de Code Duurzaam Beleggen. Met deze code wil
het Verbond van Verzekeraars duurzaam beleggen stimuleren bij verzekeraars. In de
Code Duurzaam Beleggen, waarbij wordt gewerkt volgens het principe «comply or explain», heeft de verzekeringssector transparantieafspraken vastgelegd. Volgens de Code
moeten onder andere de United Nations Principles for Responsible Investments (UNPRI) worden nageleefd. Deze principes bevatten een rapportageverplichting. De
overheid is met de verzekeraars en maatschappelijke organisaties partij bij het convenant
internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO) voor de verzekeringssector.
Hierin is afgesproken dat verzekeraars jaarlijks informatie zullen publiceren over
investeringskeuzes, ten aanzien van het stemmen op aandeelhoudersvergaderingen en
over de dialoog en het engagement dat plaatsvindt met bedrijven waarin wordt belegd.
Vraag 5, 6, 7
Hoe verhoudt deze praktijk zich tot het verzekeraarsconvenant waarin zelfregulering
op normen van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) is afgesproken?
Bent u bereid het initiatief te nemen tot een convenant tussen de levensverzekeraars
en andere financiële instellingen om niet meer te investeren in wapenbedrijven?
Wat zijn de mogelijkheden voor u om deze investeringen te verbieden?
Antwoord 5, 6, 7
Het IMVO-convenant verzekeringssector is een multi-stakeholderaanpak, waarbij het
initiatief om tot een IMVO-convenant te komen bij de sector zelf ligt. Binnen het
IMVO-convenant van de verzekeringssector is de overheid, als partij bij dit convenant,
in gesprek met de verzekeraars over maatschappelijk verantwoord beleggen. Nederlandse
levensverzekeraars worden binnen dit convenant vertegenwoordigd door het Verbond van
Verzekeraars. Met de ondertekening van dit convenant op 5 juli 2018, hebben de verzekeraars
zich gecommitteerd om binnen twee jaar overzichtelijke en toepasbare kaders en beleid
op te stellen op een aantal thema’s, waaronder controversiële wapenhandel. Hier is
expliciete aandacht voor binnen het convenant. Er wordt verwacht dat verzekeraars
risico’s identificeren en dialoog voeren met bedrijven waarvoor financiering wordt
overwogen en gesproken wordt over het voorkomen en/of adresseren van de negatieve
gevolgen voor thema’s zoals milieu, sociale omstandigheden en ondernemingsbestuur
(ESG). Daarbij moet ook de mogelijke betrokkenheid bij controversiële wapenhandel
in die zakelijke relatie beoordeeld worden.
Van verzekeraars wordt verwacht dat zij conform de principes en processen van de OESO-richtlijnen
en UNGP’s hun invloed aanwenden om bedrijven waarmee zij een financieringsrelatie
hebben te bewegen zoveel mogelijk te voldoen aan het eigen ESG-beleid. Het is aan
de verzekeraars zelf om, in overeenstemming met de OESO-richtlijnen en de UNGP’s,
te besluiten waarin zij beleggen. De partijen hebben met de ondertekening van dit
convenant afgesproken dat in geval van blijvende niet-nakoming van afspraken door
bedrijven uiteindelijk uitsluiting wordt toegepast. Dit betekent dat er dan niet meer
wordt belegd in die bedrijven door verzekeraars.
Vraag 8
Bent u bereid in gesprek te gaan met deze levensverzekeraars en deze investeringen
te ontmoedigen?
Antwoord 8
Zoals toegezegd tijdens de begrotingsbehandeling Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
op 29 november jl., zal ik verder in gesprek gaan met de verzekeraars.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Mede namens
W.B. Hoekstra, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.