Schriftelijke vragen : De verstrekking van Nederlandse visa in landen waar geen Nederlands consulaat gevestigd is
Vragen van het lid Van der Staaij (SGP) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de verstrekking van Nederlandse visa in landen waar geen Nederlands consulaat gevestigd is (ingezonden 14Â december 2018).
Vraag 1
Kunt u de procedures toelichten omtrent de verstrekking van Nederlandse visa in landen
waar Nederland geen eigen consulaat gevestigd heeft?
Vraag 2
Welke verdragen of afspraken liggen ten grondslag aan internationale samenwerking,
daar waar Nederland in deze gevallen samenwerkt met andere landen?
Vraag 3
Kunt u specifiek toelichten hoe de Nederlandse en Belgische overheid samenwerken in
Kameroen omtrent verzoeken voor (tijdelijke) visa van Kameroense staatsburgers die
partner of echtgenoot zijn van Nederlandse staatsburgers, bijvoorbeeld wanneer een
Kameroense staatsburger de bevalling van zijn Nederlandse vrouw in Nederland wil bijwonen?
Vraag 4
Op basis van welke criteria wordt bijvoorbeeld bepaald dat er wel/niet voldoende bewijs
is dat een staatsburger met de Kameroense (of een andere) nationaliteit over financiële
middelen beschikt, of dat er wel/niet voldoende bewijs is dat hij/zij voor verlopen
van het visum Nederland weer verlaat?
Vraag 5
Welke mogelijkheden heeft Nederland om, indien nodig, in contact te treden met de
Belgische overheid, of andere overheden waarmee wordt samengewerkt, over het al dan
niet herzien van een beschikking inzake een visumaanvraag?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.G. van der Staaij, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.