Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Koerhuis over misstanden bij woningcorporatie Mijande
Vragen van het lid Koerhuis (VVD) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over misstanden bij woningcorporatie Mijande (ingezonden 12 november 2018).
Antwoord van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
11 december 2018).
Vraag 1
Kent u het bericht «Klokkenluider meldt misstanden corporatie Mijande: ministerie
grijpt in»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat is uw reactie op dit bericht? Hoe is dit toch nog mogelijk, ondanks de nieuwe
Woningwet?
Antwoord 2
De Autoriteit woningcorporaties (Aw) is aangewezen als integraal toezichthouder en
ziet onder meer toe op de governance en integriteit bij corporaties en een correcte
naleving van wet- en regelgeving. Bepaalde potentieel risicovolle handelingen van
woningcorporaties, zoals de verkoop van vastgoed aan niet-huurders, zijn gebonden
aan specifieke voorwaarden zodat de kans op onrechtmatigheden wordt geminimaliseerd.
In deze casus is naar blijkt onder meer bewust onjuiste informatie verstrekt door
de voormalig bestuurder. Ondanks strikte regelgeving en versterking van extern toezicht
zijn dergelijke misstanden nooit volledig uit te sluiten. Om deze reden zijn in de
herziene Woningwet ook de vereisten aan het interne toezicht door de RvC versterkt
en legt de Aw in zijn taakuitoefening veel nadruk op de kwaliteit en werking van de
governance van een corporatie. In het voorkomen danwel aanpakken van misstanden is
intern toezicht namelijk de eerste verdedigingslinie. De RvC heeft in deze lijn opgetreden
om deze misstand aan te pakken.
Vraag 3
Hoe zit het met corruptie bij woningcorporaties? Hoe vaak wordt er door de Autoriteit
Woningcorporaties ingegrepen?
Antwoord 3
Bij de Aw is het meldpunt integriteit woningcorporaties (MIW) ondergebracht. Iedereen
kan hier melding doen van het vermoeden van onrechtmatigheden bij woningcorporaties.
Meldingen geven vaak inzicht over misstanden in de cultuur en de governance bij een
corporatie. Integriteit is nauw verbonden met governance. Aandacht voor governance
en de interne «checks and balances» binnen een corporatie is bij het toezicht op integriteitrisico’s
essentieel. Individuele integriteitschendingen kunnen worden voorkomen en gecorrigeerd
als de interne bedrijfscultuur open en transparant is waardoor medewerkers, management
en bestuur elkaar aanspreken bij mogelijke misstanden. De Aw neemt deze inzichten
mee in haar toezicht op governance bij de corporaties.
Jaarlijks komen bij het MIW ongeveer 15 tot 20 meldingen binnen. Alle meldingen worden
door de Aw onderzocht. Bij vermoeden van strafbare feiten wordt de Inlichtingen en
Opsporingsdienst (IOD) van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) geïnformeerd.
In nauwe afstemming tussen de Aw, de ILT-IOD en het Functioneel Parket wordt per casus
bepaald welke interventie naar verwachting het meeste en juiste effect ressorteert:
een strafrechtelijke, dan wel bestuursrechtelijk en soms allebei. Daarnaast kunnen
ook via andere kanalen dan het MIW signalen bij de ILT-IOD binnenkomen over misstanden
bij woningcorporaties. Ook deze signalen worden in nauwe afstemming met het Functioneel
Parket en de Aw nader onderzocht.
De Woningwet geeft de Aw een aantal interventies als instrument. Afhankelijk van de
ernst van de misstanden zal de Aw kiezen voor een passende interventie met de mogelijkheid
om te escaleren op de interventieladder. De Raad van Commissarissen (RvC) is de werkgever
van de (dagelijks) bestuurder en de Aw zal in eerste instantie proberen te bewerkstelligen
dat de RvC optreedt bij misstanden van de bestuurder. Dit kan tot effect hebben dat
bestuurders vanwege hun gedrag tegen werknemers of wegens het onrechtmatig bevoordelen
van andere partijen met ontslag gaan zonder dat de Aw zelf tot interventie behoeft
over te gaan.
De casus Mijande is overigens niet binnengekomen bij het MIW, maar betreft een rechtstreekse
melding aan de Aw door de Raad van Commissarissen van Mijande op basis van artikel
29 van het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting (Btiv). De RvC was van
de onrechtmatigheden via een interne klokkenluidersmelding op de hoogte gebracht en
de RvC heeft vervolgens de melding doorgezet naar de Aw.
Vraag 4
Is er voldoende informatie beschikbaar bij de Autoriteit Woningcorporaties om dergelijke
casussen goed te kunnen controleren? Hoe verhoudt deze casus zich tot de oproep aan
corporaties om minder te verantwoorden? Deelt u de mening dat dit tegenstrijdig is?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
De informatie bij dergelijke casussen kan worden verkregen via het MIW, Raden van
Commissarissen of tijdens de governance-inspecties die de Aw periodiek uitvoert bij
de individuele woningcorporaties en ook via de ILT-IOD. Deze instrumenten volstaan.
In het Convenant Verbetering Informatievoorziening Woningcorporatiesector van 5 december
2017 is afgesproken dat er minder gegevens worden opgevraagd door de Aw tijdens de
jaarlijks uitvraag vanuit de Aw bij de woningcorporaties over de gerealiseerde en
de geprognosticeerde investeringen/uitgaven en inkomsten. Omdat het gaat over twee
verschillende informatiestromen die elk een ander toepassingsgebruik hebben, is de
oproep van de woningcorporaties niet per se strijdig. Het toezicht op de governance
van corporaties is de laatste jaren bovendien juist geïntensiveerd.
Vraag 5
Had u van deze casus geweten als de klokkenluider er niet was geweest? Krijgen klokkenluiders
genoeg bescherming wanneer zij dergelijke corruptiezaken naar buiten brengen? Zo nee,
wat gaat u daar aan doen?
Antwoord 5
Er is sinds 1 juli 2016 een algemene wet voor klokkenluiders, zie https://huisvoorklokkenluiders.nl/, met als doel klokkenluiders te beschermen. Deze wet geldt voor organisaties waar
meer dan 50 personen werken. Op de website van de Aw staat daarnaast vermeld hoe klokkenluiders
hun melding kunnen doen www.ilent.nl/onderwerpen/meldingen-en-vragen-autoriteit-woningcorporati…). Ook stelt AEDES, de brancheorganisatie van Woningcorporaties, via de governancecode,
een Klokkenluidersregeling verplicht voor hun leden. Tijdens de governance-inspecties
van de Aw bij de individuele woningcorporaties komt het thema integriteit altijd aan
de orde; daarnaast wordt nagegaan of er een klokkenluidersregeling bestaat. Of de
casus Mijande was gedetecteerd zonder klokkenluidersmelding is niet met zekerheid
vast te stellen. Sinds de instelling van het MIW in 2009 en de hiervoor genoemde meldplicht
van Raden van Commissarissen die sinds 2015 bestaat, is wel gebleken dat corporaties
in de loop van de jaren steeds alerter zijn geworden op misstanden en deze in veel
gevallen actief delen met de Aw.
Vraag 6
Draagt de voormalige corporatiebestuurder financieel bij aan de geleden kosten, in
navolging van de motie-Koerhuis c.s. (Kamerstuk 29 453, nr. 469) om corporatie(bestuurder)s bij wanbestuur financieel te laten bijdragen? Zo nee,
waarom niet?
Antwoord 6
De voormalige bestuurder is op staande voet ontslagen, heeft geen ontslagvergoeding
ontvangen, en kan daardoor ook geen gebruik meer maken van de betreffende (functie
gebonden) auto. Daarnaast heeft de Aw de toestemming ingetrokken van de verkoop van
de woningen die onder de getaxeerde verkoopprijs waren verkocht. Dit betekent dat
de verkoop nietig is en dat teruglevering via de notaris plaats dient te vinden zodat
het bezit weer in handen komt van de woningcorporatie. Daarvoor moet de koper wel
meewerken en indien dit niet het geval is zal door de woningcorporatie een civiele
procedure gestart moeten worden om teruglevering af te dwingen.
Er bestaat door bovenstaande acties bij de voormalige bestuurder, dan wel bij derden,
geen financieel voordeel meer. Indien er wel sprake is van schade voor het maatschappelijk
gebonden vermogen dan ziet de Aw erop toe dat deze schade wordt verhaald op de veroorzakers.
Dit is reeds bij wet geregeld, in lijn met de genoemde motie. Bij de herziening van
de Woningwet in 2015 is tevens geregeld dat commissarissen persoonlijk aansprakelijk
gesteld kunnen worden voor onbehoorlijk toezicht. Op dit moment is niet vastgesteld
dat het maatschappelijk gebonden vermogen is aangetast.
Vraag 7
Is het waar dat de huidige interim-corporatiebestuurder de heer R. is? Wat is het
interim-salaris van de heer R.? Valt dit interim-salaris bij corporatie Mijande wel
binnen de beloningscode voor bestuurders van corporaties, in tegenstelling tot het
interim-salaris van de heer R. bij corporatie Geertruidenberg?2
Antwoord 7
Woningcorporaties dienen te voldoen aan de Wet Normering Topinkomens (WNT). Bij het
toezicht op de naleving van de WNT steunt de Aw op de controlewerkzaamheden van de
externe accountant, zoals vastgelegd in het jaarlijks gepubliceerde controleprotocol
WNT. De bezoldiging moet in de jaarrekening openbaar worden gemaakt voor zover die
boven het bezoldigingsmaximum uitkomt. De accountant meldt een onterechte betaling
aan de Aw als deze niet in de jaarrekening is opgenomen. De Aw neemt kennis van deze
stukken en intervenieert bij geconstateerde afwijkingen op de regelgeving van de WNT.
De bezoldiging van de interim-bestuurder zal worden verantwoord in de jaarrekening
van 2018, waarop vervolgens in de loop van 2019 genoemde accountantscontrole zal plaatsvinden.
De Aw kan daarom nu nog geen inzage geven over bezoldiging van bestuurders over 2018.
Vraag 8
In hoeverre zijn er genoeg instrumenten om foute corporatiebestuurders aan te pakken?
Antwoord 8
Zie tevens het antwoord op vraag 3. De Raad van Commissarissen (RvC) is de werkgever
van de (dagelijks) bestuurder en de Aw zal in eerste instantie bewerkstelligen dat
de RvC optreedt bij misstanden van de bestuurder. Zo kan de Aw erop aandringen dat
de corporatie aangifte doet van een strafbaar feit of de schade civielrechtelijk verhaalt
op betrokkene. De Aw kan in het uiterste geval een commissaris ook schorsen en betrokkene
via de Ondernemingskamer voordragen voor ontslag. Daarnaast heeft de Aw de gebruikelijke
handhavingsbevoegdheden op grond van de Woningwet, zoals het geven van een aanwijzing,
de last onder dwangsom of het aanstellen van een externe toezichthouder. Hiermee zijn
er voldoende instrumenten om corporatiebestuurders aan te pakken indien daar aanleiding
toe is.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.