Schriftelijke vragen : De bankierseed
Vragen van het lid Alkaya (SP) aan de Minister van Financiën over de bankierseed (ingezonden 30 november 2018).
Vraag 1
Kent u het artikel «Gezworen Vijanden»?1 Wat is uw reactie op dit artikel?
Vraag 2
Erkent u het beeld dat de bankierseed als effectief middel op losse schroeven wordt
gezet door de inhoud van het artikel? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Kunt u aangeven welke sanctie er staat op het niet afleggen van de eed, terwijl het
beroep van bankier wel wordt uitgeoefend?
Vraag 4
Beschouwt u het aanbieden van veel te riskante financiële producten en zelfs het witwassen
van illegaal geld om massaal winst te maken als je «functie integer en zorgvuldig»
uitoefenen?
Vraag 5
Deelt u de mening dat het gedrag van bankiers niet bijdraagt aan «het vertrouwen in
de financiële sector te behouden en bevorderen»?
Vraag 6
Wat heeft u daadwerkelijk verbeterd aan de bankierseed en de Stichting Tuchtrecht
Banken sinds de hierover gestelde Kamervragen?2 Hoe lang zijn de tekortkomingen in de toepassing van de bankierseed al bij u bekend?
Vraag 7
Wat vindt u ervan dat zowel de Autoriteit Financiële Markten (AFM) als De Nederlandsche
Bank (DNB) het toezicht op het afleggen en naleven van de bankierseed de verantwoordelijkheid
van banken zelf vindt? Bent u bereid het toezicht bij de AFM of DNB te leggen, nu
blijkt dat de sector dit zelf niet afdoende doet? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 8
Erkent u dat het funest is voor het vertrouwen in de financiële sector als bankiers
en topbestuurders van banken zich niet aan de wet houden?
Vraag 9
Erkent u tevens dat er door slecht of ontbrekend toezicht en de grote waarschijnlijkheid
om niet persoonlijk vervolgd te worden door het niet naleven van wetten er een situatie
ontstaat die zich kenschetst als «de kat op het spek binden»? Kunt u uw antwoord toelichten?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.Ö. Alkaya, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.