Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Aukje de Vries over het bericht 'Italy’s government agrees sharply higher public spending plan'
Vragen van het lid Aukje deVries (VVD) aan de Minister van Financiën over het bericht «Italy’s government agrees sharply higher public spending plan» (ingezonden 1 oktober 2018).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën) (ontvangen 1 november 2018).
Vraag 1
Klopt het dat Italië op 27 september 2018 een begroting presenteerde waarin de uitgaven
fors toenemen?1
Antwoord 1
Italië heeft op 27 september 2018 enkele beleidsplannen bekend gemaakt die vervolgens
zijn opgenomen in de Italiaanse ontwerpbegroting (Draft Budgetary Plan – DBP) voor
2019. Deze ontwerpbegroting is op 16 oktober jl. ingediend bij de Europese Commissie.
Hierin nemen de uitgaven inderdaad fors toe.
Vraag 2
Klopt het bericht dat Italië uitkomt op een begrotingstekort van 2,4% in 2019? Klopt
het dat dit een verslechtering is ten opzichte van het eerder voorgenomen tekort van
0,8%? In welke beleidsmaatregelen uit zich deze verslechtering?
Antwoord 2
In de Italiaanse ontwerpbegroting wordt uitgegaan van een begrotingstekort van 2,4%
bruto binnenlands product (bbp) in 2019. Dit is een verslechtering ten opzichte van
het door de vorige regering voorgenomen tekort in 2019. De verslechtering van het
nominaal begrotingstekort komt door een reeks aan beleidsmaatregelen, waaronder het
verlagen van de pensioenleeftijd, de invoering van het basisinkomen en extra publieke
investeringen.
Vraag 3
Hoe geloofwaardig is dit cijfer van 2,4%? Welke aannames zitten hier in, bijvoorbeeld
over de Italiaanse economische groei en zijn deze geloofwaardig? Hoe groot is het
risico dat het begrotingstekort met de voorgenomen uitgaven en belastingverlagingen
alsnog boven de 3% duikt?
Antwoord 3
Het nominaal begrotingstekort van 2,4% bbp is gebaseerd op meerdere aannames, bijvoorbeeld
over de verwachte inflatie, olieprijs, groei van de wereldhandel. Ook gaat de ontwerpbegroting
ervan uit dat de reële bbp-groei in 2019 op 1,5% bbp zal uitkomen. Daarnaast doet
de begroting aannames ten aanzien van het effect van maatregelen om uitgaven te beperken
en belastinginkomsten te verhogen. Het risico dat het begrotingstekort hoger uitvalt
dan de geraamde 2,4% kan niet worden uitgesloten, met name als gevolg van hoger dan
verwachte uitgaven of lager dan verwachte inkomsten. De Europese Commissie heeft in
haar brief van 23 oktober dan ook de zorg uitgesproken dat het tekort mogelijk nog
oploopt. Over het risico dat het tekort alsnog boven de 3% duikt, heeft de Europese
Commissie niets genoemd.
Vraag 4
Wat zijn de precieze budgettaire verplichtingen uit het Stabiliteits- en Groeipact
(SGP) voor Italië in 2019 en op lange termijn?
Antwoord 4
Voor 2019 heeft Italië verschillende budgettaire verplichtingen. Allereerst heeft
Italië de verplichtingen van de preventieve arm. Die stelt dat Italië het structureel
begrotingssaldo, dat wil zeggen het nominaal begrotingssaldo gecorrigeerd voor de
conjunctuur en eenmalige uitgaven, met 0,6% bbp moet verbeteren. Daarnaast moet Italië
voldoen aan de zogeheten uitgavenregel. Deze schrijft voor dat Italië haar netto-uitgaven
met maximaal 0,1% bbp mag laten toenemen. Verder gelden de eisen uit de correctieve
arm. Die houden in dat Italië geen nominaal begrotingstekort groter dan 3% bbp mag
hebben en dat de schuld in 2019 met gemiddelde 1/20ste moet afnemen over een periode van drie jaar. De budgettaire verplichtingen uit het
SGP worden per jaar vastgesteld, en zijn daarom nog niet precies bekend voor de jaren
na 2019. Wel staat vast dat Italië op basis van de regels van het SGP moet blijven
werken aan een verbetering van het structurele saldo en een afbouw van de overheidsschuld.
Vraag 5
Kan het begrotingstekort en de staatssschuld van Italië als percentage van het bruto
binnenlands product (bbp) voor de laatste tien jaar gegeven worden? Kan, indien beschikbaar,
de verwachting voor de komende vijf jaar gegeven worden?
Antwoord 5
Onderstaand het nominaal begrotingstekort en de publieke schuld van Italië als percentage
van het bbp voor de laatste tien jaar en voor het komende jaar, gebaseerd op de lenteraming
van de Europese Commissie. De Europese Commissie raamt altijd één jaar vooruit, zodat
een verwachting voor de komende vijf jaar niet gegeven kan worden.
Jaar
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Publieke schuld in % van het bbp
102,4
112,5
115,4
116,5
123,4
129,0
131,8
131,5
132,0
131,8
130,7
129,7
Nominaal begrotingssaldo in % van het bbp (EMU-saldo)
– 2,63
– 5,25
– 4,21
– 3,68
– 2,92
– 2,92
– 2,99
– 2,58
– 2,48
– 2,31
– 1,69
– 1,74
Vraag 6
Deelt het kabinet de mening dat het opbouwen van financiële buffers voor mindere tijden
door middel van het afbouwen van de staatsschuld van het grootste belang is? Hoe rijmt
dit met een tekort van 2,4%?
Antwoord 6
Het kabinet deelt de mening dat het opbouwen van financiële buffers voor mindere tijden
door middel van het afbouwen van de overheidsschuld noodzakelijk is. Gezien de huidige
stand van de conjunctuur, is dit moeilijk te rijmen met een nominaal begrotingstekort
van 2,4% bbp. Dit blijkt ook uit de ontwikkeling van het structureel saldo, dat het
nominaal begrotingstekort schoont voor conjuncturele effecten. De Italiaanse ontwerpbegroting
gaat uit van een verslechtering van het structureel saldo.
Vraag 7
Wat is uw reactie op deze gepresenteerde begroting? Ziet u risico’s voor de Europese
en Nederlandse economie wanneer landen binnen de eurozone hun budgettaire verplichtingen
niet serieus nemen? Zo ja, welke?
Antwoord 7
De budgettaire verplichtingen binnen de eurozone zijn gericht op het goed functioneren
van de Economische en Monetaire Unie (EMU). Nederland hecht er sterk aan dat lidstaten
voldoen aan de budgettaire verplichtingen die voortvloeien uit het SGP, opdat lidstaten
de ruimte hebben om aan financieringsverplichtingen te voldoen, economische tegenwind
zelf op te vangen door inzet van automatische stabilisatoren en groeiversterkende
overheidsuitgaven te kunnen doen.
Ik vind het dan ook zorgelijk dat de Italiaanse ontwerpbegroting niet aan de budgettaire
verplichtingen voldoet.
Vraag 8
Hoe verloopt dit verdere budgettaire proces, zowel in Italië als in Europa? Spreekt
de Europese Commissie zich nog uit over deze ontwerpbegroting? Zo ja, wanneer?
Antwoord 8
De Europese Commissie heeft begin oktober Italië al een brief gestuurd waarin het
benadrukt dat de ontwerpbegroting zou moeten voldoen aan de Europese begrotingsregels.
Vervolgens heeft de Europese Commissie op 19 oktober gereageerd op de ingediende ontwerpbegroting.
In deze brief stelde de Commissie vast dat de ontwerpbegroting mogelijk niet zou gaan
voldoen aan de eisen uit het SGP. Hierop heeft Italië op 22 oktober gereageerd en
aangegeven bewust de regels te overtreden. Op 23 oktober heeft de Europese Commissie
na overleg tussen de Commissarissen besloten de Italiaanse ontwerpbegroting terug
te sturen en te vragen om een herziening. Italië heeft nu drie weken de tijd een nieuwe
ontwerpbegroting in te dienen waarbij de Europese Commissie binnen twee weken na het
inleveren van de nieuwe begroting met een nieuwe opinie komt.
Vraag 9
Bent u bereid erop aan te dringen dat de Europese Commissie zich nu, als bewaker van
de Europese verdragen, wel fel uitspreekt als Italië zich niet aan de Europese financiële
verplichtingen houdt?
Antwoord 9
Ja. (zie ook antwoord bij vraag 10)
Vraag 10
Wordt deze begroting of de consequenties ervan voor (de geloofwaardigheid van) het
SGP nog besproken in een vergadering van de Eurogroep of de Ecofinraad? Zo ja, wanneer?
Bent u in dat geval dan voornemens een standpunt in te nemen? Zo nee, waarom niet?
Bent u dan bereid het belang van gezonde publieke financiën en het opbouwen van buffers
te benadrukken?
Antwoord 10
In het algemeen worden nationale begrotingen niet individueel besproken in een vergadering
van de Eurogroep of de Ecofinraad. Echter, tijdens de Eurogroep van 1 oktober jl.
is stilgestaan bij de eerste indicaties van de Italiaanse begroting voor 2019. Daarbij
heb ik mijn zorgen geuit over de Italiaanse ontwerpbegroting en om opheldering gevraagd
van de Italiaanse Minister van Financiën Tria. Tevens heb ik benadrukt hoe belangrijk
het is dat de Commissie het Pact strikt handhaaft en de Italiaanse ontwerpbegroting
terugstuurt indien deze niet voldoet aan de eisen van het SGP.
Ook heeft de Minister-President in een gesprek met de Italiaanse premier Conte aangegeven
dat Nederland vindt dat de Italiaanse begroting aan de regels moet voldoen en dat
Nederland noodzakelijke vervolgstappen van de Commissie steunt.
De Eurogroep zal de opinies van de Europese Commissie over de ontwerpbegrotingen van
Eurolanden bespreken en, indien gewenst, een verklaring hierover aannemen. Bij die
gelegenheid zal ik opnieuw oproepen tot het naleven van de SGP-regels, met oog op
gezonde publieke financiën en het opbouwen van buffers.
Vraag 11
Als Italië zelfs in deze bloeiende economie en hoogconjunctuur het nog maar net voor
elkaar krijgt om een begrotingstekort onder de SGP-norm van 3% te presenteren, wat
zegt dit dan over de stand van de Italiaanse publieke financiën als het straks weer
minder gaat met de economie?
Antwoord 11
Hoe publieke financiën van lidstaten zich zullen ontwikkelen als het minder gaat met
de economie, hangt mede af van het begrotingsbeleid in reactie op de economisch mindere
tijden. De regels van het SGP zijn zo ingericht dat lidstaten in goede economische
tijden een substantiële veiligheidsmarge tot de 3% moeten aanhouden om zo in economisch
slecht weer niet over de 3%-grens heen te gaan of genoodzaakt te worden verkrappend
begrotingsbeleid te voeren.
Vraag 12
Hoe schokbestendig zijn de Italiaanse publieke financiën?
Antwoord 12
De schokbestendigheid van de publieke financiën laat zich definiëren door de mate
waarin een lidstaat een schok kan opvangen door middel van automatische stabilisatoren.
Hiervoor is het nodig dat een lidstaat genoeg begrotingsruimte heeft om tijdens een
schok extra uitgaven te doen (voor o.a. werkloosheidsuitkeringen) terwijl er minder
belastinginkomsten binnenkomen. Deze begrotingsruimte wordt gecreëerd door een gezond
schuldenniveau en voldoende laag begrotingstekort in economisch goede tijden. Dit
maakt het mogelijk om schuld en tekort te laten oplopen in economisch slechtere tijden
zonder overtreding van de Europese begrotingsregels. Voor Italië geldt dat het een
hoog schuldenniveau en een relatief groot begrotingstekort heeft, hetgeen de schokbestendigheid
beperkt.
Vraag 13
Wat zegt het dat Italië niet alleen de geloofwaardigheid van de regels van de bankenunie
lijkt te ondermijnen (zie bijvoorbeeld de schriftelijke vragen van het lid Harbers),
maar nu ook de geloofwaardigheid van het SGP ondermijnt?2
Antwoord 13
Het is nu aan Italië om de ontwerpbegroting aan te passen en in lijn met de Europese
begrotingsregels te brengen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.