Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Aalst over het bericht ‘Miljoenen nodig om tunnels brandbestendig te maken’
Vragen van het lid Van Aalst (PVV) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht «Miljoenen nodig om tunnels brandbestendig te maken» (ingezonden 12 oktober 2018).
Antwoord van Minister Van Nieuwenhuizen Wijbenga (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen
30 oktober 2018).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Miljoenen nodig om tunnels brandbestendig te maken»?1
Antwoord 1
Ja, daar ben ik mee bekend. Ik heb de Kamer hierover ook geïnformeerd met Kamerstuk
29 296, nr. 34, vergaderjaar 2018–2019.
Vraag 2
Klopt het dat de blunder van Rijkswaterstaat ons maximaal 235 miljoen euro gaat kosten
om vier recent opgeleverde tunnels en één tunnel in aanbouw alsnog brandwerend te
maken?
Antwoord 2
Voor de beoogde herstelwerkzaamheden aan de vier bestaande tunnels bedraagt een eerste
kostenindicatie voor herstel tussen de € 105 mln. en € 135 mln. De kosten die samenhangen
met de correctie van het contract voor de Gaasperdammertunnel bedragen max. € 100
mln. en kunnen naar huidig inzicht worden opgevangen binnen het beschikbare budget.
Over de context van de brandwerendheid heb ik de Kamer in de zomer van 2017 geïnformeerd
met Kamerstuk 29 296, nr. 31, vergaderjaar 2016–2017 en recent met Kamerstuk 29 296, nr. 34, vergaderjaar 2018–2019.
Vraag 3
Kunt u aangeven waarom de door Rijkswaterstaat opgestelde richtlijnen voor beton niet
voldeden aan de eisen voor brandwerendheid?
Antwoord 3
In het jaar 2000 werd met brandproeven vastgesteld, dat beton in wegtunnels in hoge
mate brandwerend is. Er zijn afgelopen jaren nieuwe brandproeven uitgevoerd om de
brandwerendheid van het in wegtunnels gebruikte beton te herbevestigen. Uit de resultaten
van die onderzoeken is gebleken dat de betonsoort, die wordt gebruikt in een aantal
wegtunnels, bij extreem hoge temperaturen minder lang standhoudt dan eerder werd verondersteld.
Experts hebben aangegeven dat waarschijnlijk een verandering in de samenstelling van
het beton vanaf 2008 is geïntroduceerd waardoor dit zich kan voordoen.
De Kamer heb ik hierover geïnformeerd in de zomer van 2017 met Kamerstuk 29 296, nr. 31, vergaderjaar 2016–2017.
Vraag 4
Kunt u aangeven welke stappen u heeft gezet om ervoor te zorgen dat de richtlijnen
van Rijkswaterstaat in het vervolg altijd rekening houden met wet- en regelgeving?
Antwoord 4
Om binnen de lopende en nieuwe tunnelprojecten te zorgen dat aan de gestelde brandwerendheidseisen
wordt voldaan, zijn de contractuele eisen aangescherpt. Waar nodig worden aanpassingen
in het ontwerp doorgevoerd om te zorgen dat de nieuwe tunnels aan de vergunningseisen
voldoen.
Vraag 5
Kunt u aangeven hoeveel extra kosten u verwacht te moeten maken, bovenop de maximaal
235 miljoen euro, om ook de tunnels die tussen 2000 en 2008 zijn opgeleverd brandwerend
te maken?
Antwoord 5
Er is op dit moment geen reden om aan te nemen dat de tunnels gebouwd tussen 2000
en 2008 onvoldoende brandwerend zijn. Om dit uit te sluiten heeft Rijkwaterstaat dit
momenteel in onderzoek. Over de resultaten zal ik de Kamer naar verwachting in 2019
nader kunnen informeren.
Vraag 6
Kunt u garanderen dat alle tunnels die voor 2000 zijn opgeleverd brandwerend zijn?
Antwoord 6
Eerdere proeven hebben aangetoond dat het toen gebruikte betonmengsel aan de brandwerendheidseisen
voldoet. Op dit moment is er daarom geen aanleiding om aan te nemen dat de tunnels
die voor 2000 zijn gebouwd niet voldoende brandwerend zijn.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.