Schriftelijke vragen : Zorgen uit het land over de subsidieregeling voor pelsdierhouderijen
Vragen van het lid Lodders (VVD) aan de Minister van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit over zorgen uit het land over de subsidieregeling voor pelsdierhouderijen (ingezonden 19 oktober 2018).
Vraag 1
Kunt u een overzicht geven van de stand van zaken van de subsidieregeling sloop- en
ombouw pelsdierhouderij?
Vraag 2
Klopt het dat de subsidieregeling sloop- en ombouw pelsdierhouderij in werking is
getreden met ingang van 15 januari 2013? Zo nee, welk moment wordt gehanteerd en waarom?
Vraag 3
Bent u van mening dat de overheid ruimhartig om moet gaan met de ondersteuning van
pelsdierhouders (ruimhartig is de inzet op het volledig benutten van het beschikbare
budget)? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Klopt het dat voor de looptijd van de subsidie een periode van één jaar wordt gehanteerd
en is deze termijn in de praktijk werkbaar gebleken voor de pelsdierhouders, aangezien
er bij ombouw verschillende procedures doorlopen moeten worden waarbij de pelsdierhouders
geen invloed kunnen uitoefenen op de snelheid maar afhankelijk zijn van procedures
bij derden?
Vraag 5
Welke signalen heeft u hierover ontvangen en hoe heeft u geanticipeerd op deze signalen?
Geeft de subsidieregeling sloop- en ombouw pelsdierhouderij de mogelijkheid tot een
geleidelijke overgang naar andere bedrijfsactiviteiten? Zo ja, op welke manier is
dit geregeld en hoe lang kunnen pelsdierhouders over een geleidelijke overgang doen?
Zo nee, waarom wordt deze ruimte niet geboden? Bent u bereid om ook een geleidelijke
overgang te bieden? Zo nee, waarom niet?
Vraag 6
Kunt u aangeven of er vanuit de beperking dat om in aanmerking te komen voor de ombouwsubsidie
het bedrijf op dezelfde locatie omgebouwd moet worden naar een nieuw landbouwbedrijf
of niet- landbouwbedrijf, problemen zijn bij pelsdierhouders die niet op de bestaande
locatie kunnen ombouwen of die vanwege een rood voor rood regeling op een andere locatie
aangewezen zijn? Kunt u aangeven hoe in deze situaties wordt omgegaan en op welke
wijze de pelsdierhouder tegemoet gekomen is of wordt? Wordt er in deze ook rekenschap
gegeven aan de voorwaarden en regels die een provincie stelt? Zo nee, heeft u overleg
met de betreffende provincies?
Vraag 7
Kunt u inzicht geven in het aantal bedrijven dat op dit moment al gestopt is? Kunt
u, uitgaande van de signalen van de sector, een inschatting maken hoeveel bedrijven
op korte termijn moeten stoppen?
Vraag 8
Bent u bereid om nu halverwege de overgangstermijn een evaluatie te doen of de ontwikkelingen
op de bedrijven overeenkomen met datgene wat destijds door de indieners van de wet
is beoogd? Zo nee, waarom niet?
Vraag 9
Kunt u bevestigen dat er voor de subsidieregeling sloop- en ombouw pelsdierhouderij
28 miljoen euro beschikbaar is en bent u van mening dat dit bedrag ook in zijn totaliteit
ten goede moet komen aan het doel wat aan deze regeling gekoppeld is? Zo nee, waarom
niet?
Vraag 10
Is het beleid voor aanvulling van de pensioentekorten al uitgewerkt? Zo ja, hoeveel
geld is hiervoor beschikbaar en op welke wijze zijn de pelsdierhouders hierover geïnformeerd?
Vraag 11
Welke aandacht is er specifiek voor de oudere pelsdierhouders die hun pensioen in
het bedrijf hadden zitten, waarbij het bedrijf nu minder waard is geworden en er onvoldoende
tijd is om dit tekort aan te vullen?
Vraag 12
Wanneer wordt duidelijk hoe de 8 miljoen euro bestemd voor flankerende maatregelen
ingezet worden? Welke suggesties heeft het bedrijfsleven hiervoor aangereikt?
Vraag 13
Wilt u deze vragen per vraag beantwoorden?
Indieners
-
Gericht aan
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Indiener
W.J.H. Lodders, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.