Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Gerven over het bericht ‘MammaPrint niet in basispakket’
Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de Minister voor Medische Zorg over het bericht «MammaPrint niet in basispakket» (ingezonden 8 oktober 2018).
Antwoord van Minister Bruins (Medische Zorg) (ontvangen 17 oktober 2018).
         
Vraag 1
            
Wat is uw reactie op het advies van het Zorginstituut Nederland om de MammaPrint niet
               in aanmerking te laten komen voor vergoeding vanuit het basispakket?1
Antwoord 1
            
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik naar mijn antwoord op vraag 1 van het lid
               Agema (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 299).
            
Vraag 2
            
Hoe is het te verklaren dat een studie uit 2016 aantoonde dat vrouwen die op basis
               van een gunstige MammaPrint-uitslag geen aanvullende chemotherapie krijgen een uitstekende
               kans op genezing hebben, maar dat het Zorginstituut concludeert dat de MammaPrint
               niet tot aantoonbare gezondheidswinst leidt – terwijl beide conclusies zijn gebaseerd
               op dezelfde studie, namelijk de MINDACT-studie? Hoe zijn deze verschillende conclusies
               op basis van hetzelfde onderzoek te verklaren?2
               3
Vraag 4
            
Gaat het Zorginstituut immers niet voorbij aan deze kennis door de primaire prognostische
               vraagstelling van de MINDACT studie te negeren en daardoor ten onrechte te concluderen
               dat gebruik van Mammaprint tot onnodig veel sterfgevallen leidt?
            
Antwoord 2 en 4
            
Het Zorginstituut baseert zich op het gedeelte van de MINDACT-studie waarbij de groep
               die volgens de MammaPrint is behandeld (en dus geen chemotherapie heeft gehad), wordt
               vergeleken met de groep die volgens de standaardtest is behandeld (en dus wel chemotherapie
               heeft gehad). Door die gerandomiseerde groepen te vergelijken kan een uitspraak gedaan
               worden of de toepassing van de MammaPrint leidt tot gezondheidswinst (in termen van
               overleving en kwaliteit van leven) ten opzichte van de huidige zorg. In alle beoordelingen
               vergelijkt het Zorginstituut de nieuwe interventie of test met de huidige standaard
               in Nederland. Anderen hebben gekeken of ze de overleving van de groep behandeld volgens
               de MammaPrint voldoende groot vonden («uitstekende kans op genezen»), gemeten aan
               een vooraf bepaalde grens en dus niet in directe vergelijking met de huidige standaardtest
               AO!.
            
Vraag 3
            
Wat is uw reactie op de kritiek van de beroepsgroep en patiëntenorganisaties (de Nederlandse
               Vereniging voor Medische Oncologie, de Nederlandse Vereniging voor Radiotherapie en
               Oncologie, de Nederlandse Vereniging voor Chirurgische Oncologie, de Nederlandse Vereniging
               voor Pathologie, de BorstkankerVereniging Nederland en de Nederlandse Federatie van
               Kankerpatiëntenorganisaties) die stellen dat het Zorginstituut er in haar beoordeling
               van de MammaPrint ten onrechte van uitgaat dat het effect van chemotherapie onzeker
               is, terwijl dit al bekend is uit eerder onderzoek onder 100.000 vrouwen?4
               5
Antwoord 3
            
Het Zorginstituut gaat er niet van uit dat het effect van chemotherapie onzeker is,
               integendeel. Het Zorginstituut heeft beoordeeld wat het voor vrouwen betekent als
               ze op basis van de MammaPrint afzien van chemotherapie. Gekeken is of de nadelen hiervan
               in termen van toename van uitzaaiingen en sterfte daadwerkelijk beperkt zijn en opwegen
               tegen de voordelen van afzien van chemotherapie in vergelijking met patiënten die
               op basis van de uitkomst van de standaardtest wel met chemotherapie zijn behandeld.
               Hieruit blijkt dat een klinisch relevant voordeel van chemotherapie in deze groep
               niet kan worden uitgesloten. Er kan daarom niet gesteld worden dat er veilig kan worden
               afgezien van chemotherapie. Op basis van de onderzoeksresultaten kan echter ook niet
               worden geconcludeerd dat het aantoonbaar onveilig is om chemotherapie bij deze vrouwen
               achterwege te laten. Het Zorginstituut vindt dat er wetenschappelijk teveel twijfel
               is of chemotherapie veilig achterwege kan worden gelaten. De onderzoeksresultaten
               wijzen op dit moment in de richting van mogelijke onveiligheid en leiden tot de conclusie
               dat toepassing van de MammaPrint mogelijk tot aanzienlijke extra sterfte leidt.
            
Ook de beroepsgroep concludeert in zijn richtlijn dat genexpressieprofielen, zoals
               de MammaPrint, geen voorspellende test vormen voor het effect van chemotherapie en
               dat op basis van de MINDACT-studie een voordeel van chemotherapie niet helemaal kan
               worden uitgesloten gezien de korte follow-up en de grote betrouwbaarheidsintervallen
               in de groepen.
            
Vraag 5
            
Welke betekenis hecht u aan de grote teleurstelling onder artsen en patiënten door
               het besluit van het Zorginstituut en het internationale grote vertrouwen in de MammaPrint,
               onder andere aangezien de MammaPrint wereldwijd in vele richtlijnen is opgenomen?6
Antwoord 5
            
Ik kan mij de teleurstelling onder artsen en patiënten wel enigszins voorstellen.
               Ik wil hierbij wel opmerken dat de Nederlandse behandelrichtlijnen in vergelijking
               met het buitenland terughoudend zijn. Dit betekent dat chemotherapie al relatief weinig
               ingezet wordt als adjuvante behandeling. Ook ik zou graag zien dat er een bewezen
               effectieve diagnostische test in aanvulling op de standaardtest AO! was op basis waarvan
               een aanzienlijk deel van de vroeg stadium borstkankerpatiënten veilig kan afzien van
               chemotherapie. Het standpunt van het Zorginstituut dat de MammaPrint geen bewezen
               meerwaarde heeft op de standaardtest, is doorslaggevend en daarom behoort de MammaPrint
               niet tot basispakket.
            
Vraag 6
            
Bent u ertoe bereid, mede gezien het discours met betrekking tot de nauwkeurigheid
               van het besluit, de MammaPrint toch toe te laten tot het basispakket, ook gezien het
               feit dat het Zorginstituut in haar mening volledig afwijkt van wat wereldwijd de standaard
               is?
            
Antwoord 6
            
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik naar mijn antwoord op vraag 6 van het lid
               Ploumen (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 300).
            
Toelichting:
            
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Agema (PVV),
               ingezonden 2 oktober 2018 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 299), en Ploumen (PvdA), ingezonden 4 oktober 2018, (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar
               2018–2019, nr. 300).
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
B.J. Bruins, minister voor Medische Zorg 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.