Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Aukje de Vries en Van der Linde over het bericht 'Ernstige zorgen over Brussels gemorrel aan boekhoudregels'
Vragen van de leden Aukje de Vries en Van der Linde (beiden VVD) aan de Minister van Financiën over het bericht «Ernstige zorgen over Brussels gemorrel aan boekhoudregels». (ingezonden 21 september 2018).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën) (ontvangen 17 oktober 2018).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Ernstige zorgen over Brussels gemorrel aan boekhoudregels»?1
Antwoord 1
Ja
Vraag 2, 3, 4 en 6
Voor welk probleem acht de Europese Commissie de in het bericht beschreven nieuwe
boekhoudregels een oplossing? Is bekend op welke punten de Commissie wil afwijken
van de International Financial Reporting Standards (IFRS)? Zo ja, heeft de Commissie
haar kennelijke zorgen in enigerlei vorm ook naar voren gebracht bij de International
Accounting Standards Board (IASB)? Zo nee, waarom wil de Commissie überhaupt zeggenschap
over de boekhoudregels?
Wat zijn de verschillen tussen de IFRS-regels en het voorstel van de Europese Commissie?
Wat zijn daarvan de gevolgen? Kunnen hierbij enkele voorbeelden worden genoemd?
In welk stadium bevindt dit voorstel zich? Hoe verloopt het verdere proces?
Antwoord 2, 3, 4 en 6
De International Accounting Standards Board (IASB) is verantwoordelijk voor het vaststellen van de internationale verslaggevingsstandaarden
(International Financial Reporting Standards, IFRS) voor meer dan 100 landen. Vervolgens gaat de Europese Commissie over het goedkeuren
van die standaarden voor het gebruik in de Europese Unie via een in de IAS-Verordening2 opgenomen procedure. Tegen deze achtergrond heeft de Europese Commissie via een internetconsultatie
de aanbieders, gebruikers en controleurs van financiële en niet-financiële verslaglegging
geraadpleegd. Hiermee onderzoekt de Commissie of het kader van de jaarlijkse rapportage-
en publicatievereisten nog steeds aan de doelstellingen voldoet en is toegerust op
toekomstige uitdagingen zoals duurzaamheid en digitalisering. De Commissie wil verder
onderzoeken of het rapportagekader op EU-niveau waarde toevoegt, effectief en consistent
is, niet te veel lasten oplevert en aansluit bij andere beleidsterreinen. Ook wordt
een aantal specifieke aspecten van de huidige EU-regelgeving geëvalueerd. In de consultatie
heeft de Commissie tientallen vragen voorgelegd, waaronder de vraag of het nog steeds
passend is dat de voornoemde IAS-Verordening wijzigingen in de inhoud van de IFRS-regels
niet toestaat.
Tussen 21 maart 2018 en 31 juli 2018 hebben 338 respondenten hun zienswijze gedeeld.
De Commissie verwacht medio oktober een samenvatting van de uitkomsten en in het tweede
kwartaal van 2019 een definitief rapport te publiceren. Zij weegt de reacties mee
bij het bepalen van stappen in de toekomst. Het zal naar verwachting aan de nieuwe
Commissie (mei 2019 zijn er Europese Parlementsverkiezingen) worden overgelaten om
naar aanleiding van de uitkomsten van de consultatie eventueel nieuwe beleidslijnen
te ontwikkelen. Het gaat dus om een brede consultatie en niet om een formeel voorstel.3
Vraag 5
Deelt u de zorgen van VNO-NCW en Eumedion, een vereniging van institutionele beleggers,
over een eenduidige presentatie van jaarcijfers?
Klopt het dat de Franse regering een groot voorstander is van aanpassingen van de
IFRS-regels? Wat zijn de Franse opvattingen rond soevereiniteit, waarover in het artikel
gesproken wordt? Waarom wil Frankrijk invloed op de boekhoudregels zoals vastgesteld
door IASB?
Wat zijn de «bepaalde bezittingen» die Franse banken en verzekeraars volgens dit artikel
tegen marktwaarde op hun balans moeten zetten?
Antwoord 5
Nederland hecht aan een goede internationale vergelijkbaarheid van de financiële positie
van beursgenoteerde ondernemingen. Door aan te sluiten bij de IFRS worden de jaarrekeningen
van de beursgenoteerde ondernemingen bijna wereldwijd aanvaard. Daardoor kunnen die
ondernemingen eenvoudiger kapitaal aantrekken en in verschillende landen beursgenoteerd
zijn zonder verschillende jaarrekeningen te moeten opstellen. Eventuele aanpassing
van de internationale boekhoudregels op Europees niveau zou hier haaks op staan en
zou het vertrouwen van internationale beleggers in Europese bedrijven ondermijnen.4
Vragen over Franse standpunten kan ik niet beantwoorden, aangezien ik standpunten
die andere lidstaten in EU-vergaderingen innemen, niet naar buiten kan brengen. Ten
algemene kan ik over de waardering van bezittingen tegen marktwaarde door banken en
verzekeraars het volgende opmerken. Op grond van de huidige IFRS dienen onder meer
beleggingen in aandelen op de balans op marktwaarde te worden gewaardeerd, ook door
banken en verzekeraars. De recente prijzen van werkelijke transacties op financiële
markten bepalen dus de boekwaarde van bezittingen zoals aandelen.5 Een door de Europese Commissie aangestelde deskundigengroep voor duurzame financiering
heeft eerder aangegeven dat deze regels in de weg kunnen staan als het gaat om langetermijnbeleggingen.
In het actieplan duurzame financiering heeft de Europese Commissie vervolgens aangekondigd
dit te gaan onderzoeken. Dit onderzoek wordt momenteel uitgevoerd. Toepassing van
marktwaardewaardering voor liquide beleggingen, zoals aandelenbeleggingen, geeft wat
het kabinet betreft juist een goed inzicht, omdat die waardering geschiedt op basis
van alle informatie die beschikbaar is.6
Vraag 7
Is dit (concept-)voorstel reeds in een gremium of document door Nederland van commentaar
voorzien? Zo ja, wat was de Nederlandse inbreng?
Antwoord 7
De Commissie heeft de voornoemde consultatie en de resultaten aangekondigd in het
Regelgevend Comité voor financiële verslaglegging (Accounting Regulatory Committee, ARC). De raadpleging richtte zich vooral op aanbieders, controleurs en gebruikers
van financiële en niet-financiële verslaglegging. Het Ministerie van Financiën heeft
Nederlandse marktpartijen op de hoogte gebracht van de consultatie.
Vraag 8 en 9
Bent u het ermee eens dat het voor Europese en Nederlandse bedrijven erg onpraktisch
is wanneer zij in verschillende jurisdicties aan verschillende boekhoudregels moeten
voldoen?
Bent u het ermee eens dat eenduidigheid juist de toegevoegde waarde is van de IFRS-standaarden?
Antwoord 8 en 9
Ik verwijs naar het eerste deel van het antwoord op vraag 5.
Vraag 10
Bent u het ermee eens dat de Commissie haar aandacht beter kan richten op het handhaven
van de «boekhoudregels» uit het Stabiliteits- en Groeipact en het hervormen van de
«boekhoudregels» rond de weging van staatsobligaties op bankbalansen?
Antwoord 10
Het is van belang dat de Europese Commissie de regels van het Stabiliteits- en Groeipact
(SGP) streng handhaaft. Dit benadrukt Nederland vaker.7
Zoals ik in mijn brief van 6 juli 2018 heb aangegeven, kan een betere weging van staatsobligaties
op bankbalansen worden bewerkstelligd door middel van risicogewichten en concentratielimieten
in het prudentiële raamwerk.8 Ik vind het van belang dat deze discussie in Europees verband opnieuw wordt opgepakt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.