Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Bruins Slot over het bericht ‘430.000 gulden voor onderzeeër’
Vragen van het lid Bruins Slot (CDA) aan de Staatssecretarissen van Defensie en van Economische Zaken en Klimaat over het bericht «430.000 gulden voor onderzeeër» (ingezonden 11 september 2018).
Antwoord van Staatssecretaris Visser (Defensie), mede namens de Staatssecretaris van
Economische Zaken en Klimaat (ontvangen 11 oktober 2018).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het artikel «430.000 gulden voor onderzeeër»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Herinnert u zich de volgende uitspraken van de Staatssecretaris van Defensie dat «wij
(...) bij de verwerving van materieel het nationaal veiligheidsbelang zwaarder (gaan)
laten meewegen. Dat doen onze buurlanden ook» en «we moeten ook niet de «gekke Henkie»
van Europa willen zijn»?2
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Herinnert u zich tevens de uitspraak dat de ministeries van Defensie en Economische
Zaken en Klimaat in ieder geval gaan kijken naar de Defensie Industrie Strategie als
het gaat om de wijze waarop het kabinet artikel 346 VWEU wil gaan toepassen, alsmede
naar industriële participatie, aangezien dit «echt een wezenlijk element is om het
Nederlandse bedrijfsleven erbij te betrekken»?3
Antwoord 3
Ja.
Vraag 4
Deelt u de opvatting dat de miljarden aan investeringen bij Defensie onder dit kabinet
en het zwaarder laten wegen van het nationaal veiligheidsbelang grote kansen bieden
voor de Nederlandse defensie-gerelateerde industrie en de «Gouden Driehoek» van Defensie,
bedrijfsleven en kennisinstituten?
Antwoord 4
Nieuwe investeringsprojecten bieden vanzelfsprekend kansen voor de Nederlandse industrie
en de «Gouden Driehoek». Daarbij blijft voor Defensie een belangrijk uitgangspunt
dat, binnen de financiële kaders, voor onze militairen het beste materieel voor de
beste prijs moet worden verkregen. Bij een aanbestedingstraject worden zoveel als
mogelijk aanbiedingen van de Nederlandse industrie betrokken.
Vraag 5
Zal de nieuwe Defensie Industrie Strategie conform de eerdere planning in het derde
kwartaal van 2018 verschijnen, dus uiterlijk 30 september 2018?
Antwoord 5
Het verschijnen van de nieuwe Defensie Industrie Strategie (DIS) is nu voorzien voor
het vierde kwartaal van 2018.
Vraag 6
Bent u bereid de nieuwe Defensie Industrie Strategie, waar mogelijk, zo snel mogelijk
te betrekken bij nieuwe en lopende materieelprojecten waarbij nog geen aanbestedingstraject
in gang is gezet? Zo nee, waarom niet?
Vraag 9
Welke kansen en mogelijkheden ziet u om juist in deze fase, waarin de verwervingsstrategie
bepaald wordt en de mogelijkheden tot internationale samenwerking en industriële participatie
onderzocht worden, de nieuwe Defensie Industrie Strategie toe te passen?
Antwoord 6 en 9
De nieuwe DIS zal na publicatie onmiddellijk worden betrokken bij verwervingstrajecten
voor materieel. Bij verwervingstrajecten waar dit evident is, worden nationale veiligheidsbelangen
al meegenomen op grond van de DIS van 2013. Dit is bijvoorbeeld het geval geweest
bij de vervanging van de M-fregatten en de verwerving van het Combat Support Ship. De Kamer heeft van deze projecten op 3 mei jl. de A-brieven ontvangen (Kamerstuk
27 830, nrs. 212 en 224).
Vraag 7
Klopt het dat Defensie in het kader van de B-fase van het project Vervanging Onderzeebootcapaciteit
diverse potentiële leveranciers gevraagd heeft informatie aan te leveren bij Defensie
over hun voorstellen voor nieuwe onderzeeboten?4
Antwoord 7
Ja, dat klopt. Zoals uiteengezet in de herziene brochure «DMP bij de tijd» (Kamerstuk
27 830, nr. 197 van 3 februari 2017) hoort bij B-fase een inventarisatie van kansrijke verwervingsalternatieven,
van kansen op materieelsamenwerking en van samenwerking met de industrie. De Defensie
Materieel Organisatie heeft dan ook in het kader van de onderzoeksfase (DMP B-fase)
van het project Vervanging onderzeebootcapaciteit een marktverkenning uitgevoerd.
Vraag 8
Is uw verwachting nog steeds dat de B-fase van dit proces eind 2018 wordt voltooid?
Antwoord 8
De vervanging van de onderzeeboten is het grootste investeringsproject van de krijgsmacht
in voorbereiding. Daarom is het zorgvuldig doorlopen van het besluitvormingsproces
van groot belang. Anders dan in het Materieelprojectenoverzicht 2018 staat vermeld,
verwacht ik de B-brief daarom pas begin 2019 aan u te kunnen aanbieden.
Vraag 9
Welke kansen en mogelijkheden ziet u om juist in deze fase, waarin de verwervingsstrategie
bepaald wordt en de mogelijkheden tot internationale samenwerking en industriële participatie
onderzocht worden, de nieuwe Defensie Industrie Strategie toe te passen?
Antwoord 9
Zie het antwoord op vraag 6.
Vraag 10
Bent u in elk geval bereid de Defensie Industrie Strategie ruimschoots eerder aan
de Kamer te doen toekomen dan de B-brief Vervanging Onderzeebootcapaciteit?
Antwoord 10
De DIS zal eerder aan de Kamer worden aangeboden dan de B-brief voor de vervanging
van onderzeebootcapaciteit.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B. Visser, staatssecretaris van Defensie -
Mede namens
M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.