Verslag (initiatief)wetsvoorstel (nader) : Verslag
36 796 Wijziging van enkele wetten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in verband met verscheidene technische en kleine beleidsmatige wijzigingen (Verzamelwet SZW 2026)
Nr. 5
VERSLAG
Vastgesteld 1 oktober 2025
De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, belast met het voorbereidend
onderzoek van voorliggend wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen
van haar bevindingen.
Onder het voorbehoud dat de in het verslag opgenomen vragen en opmerkingen afdoende
door de regering worden beantwoord acht de commissie de openbare behandeling van het
wetsvoorstel voldoende voorbereid.
Inhoudsopgave
I.
Algemeen
1
1.
Inleiding
2
2.
Klein beleid
2
2.3.
Naamswijziging Stichting Inlichtingenbureau naar Bureau Informatiediensten Nederland
2
2.5.
Wijzigingen Algemene nabestaandenwet
4
2.6.
Hoogte kerstuitkering en overlijdensuitkering Caribisch Nederland
4
2.12.
Inclusiviteitsopslag in de Wet banenafspraak en de Wet kinderopvang
4
3.
Uitvoering
4
I. Algemeen
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de voorliggende Verzamelwet. Deze leden
hebben op enkele punten nog vragen aan de regering.
De leden van de NSC-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van dit wetsvoorstel. Deze leden zijn het
eens met de voorgestelde kleine beleidswijzigingen. Zij zijn het ook eens met de naamswijziging
van Stichting Inlichtingenbureau naar Bureau Informatiediensten Nederland, maar vragen
of de deze naamswijziging de lading van de huidige organisatie wel dekt.
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het wetsvoorstel en hebben geen vragen.
1. Inleiding
2. Klein beleid
2.3. Naamswijziging Stichting Inlichtingenbureau naar Bureau Informatiediensten Nederland
De leden van de NSC-fractie onderschrijven de voorgestelde naamswijziging van Stichting Inlichtingenbureau naar
Bureau Informatiediensten Nederland. Voor deze leden is deze naamswijziging een kleine
stap die toewerkt naar een overheid die haar burgers niet met wantrouwen bejegent,
maar juist uitgaat van vertrouwen. Deze leden hebben hierover nog een aantal aanvullende
vragen.
De leden van de NSC-fractie merken op dat de naamswijziging van het Bureau Informatiediensten
Nederland ook gepaard zal gaan met een statutenwijziging. Deze leden vragen of de
regering aan kan geven hoe en wanneer de Tweede Kamer betrokken zal worden bij deze
statutenwijziging.
De leden van de NSC-fractie vragen de regering of zij bekend is met het rapport «Onzichtbare
Macht – het Inlichtingenbureau doorgelicht» van het Wetenschappelijk Bureau NSC.1 Deze leden vragen de regering om een reactie op dit rapport en vragen daarbij ook
hoe zij aankijkt tegen de aanbevelingen en conclusies van het rapport. Specifiek vragen
deze leden om te reageren op de aanbeveling om het Bureau Informatiediensten Nederland
om te vormen tot een zelfstandig bestuursorgaan (zbo). Kan de regering aangeven of,
en zo ja waarom, zij de huidige governancestructuur van een stichting geschikt acht?
Is de regering het met deze leden eens dat het meer voor de hand zou liggen om deze
stichting om te vormen tot een zbo, omdat op deze manier de transparantie kan worden
bevorderd? De leden van de NSC-fractie vragen ook of de regering kan reageren op de
wenselijkheid van de in het rapport gesignaleerde gemeentelijke afhankelijkheid van
het Bureau Informatiediensten Nederland. Deze leden vragen hierbij ook specifiek om
een reactie op gemeentelijke afhankelijkheid van het Bureau Informatiediensten Nederland
voor producten zoals de berekening van de beslagvrije voet of het berichtenverkeer
in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en jeugdzorg. Tot slot vragen deze
leden ook om een reactie op de stelling dat het Bureau Informatiediensten Nederland
zich zou moeten beperken tot haar oorspronkelijke kerntaak: het faciliteren van rechtmatigheidscontroles
op uitkeringen en of de regering het eens is met de stelling dat uitbreiding naar
bredere ICT-diensten risico’s van monopolie, gebrek aan controle en verwatering van
verantwoordelijkheden met zich mee brengen; indien nee, kan de regering aangeven waarom
niet?
2.5. Wijzigingen Algemene nabestaandenwet
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben vragen over de gekozen oplossing rondom het harmoniseren van de Algemene Kinderbijslagwet
(AKW) en de Algemene nabestaandenwet (Anw). Deze leden vragen of het klopt dat harmonisatie
op twee manieren kan plaatsvinden, namelijk door aan te sluiten bij de Anw (en de
AKW op het voorliggende punt aan te passen zodat deze overeenkomt met de Anw, zoals
de regering via dit wetsvoorstel beoogt) of aan te sluiten bij de AKW (en de Anw op
het voorliggende punten aan te passen zodat deze overeenkomt met de AKW). Deze leden
vragen nader te onderbouwen waarom de regering niet kiest voor de tweede optie. Deze
leden vragen welke effecten de regering verwacht als hiervoor gekozen wordt en hier
ook een budgettaire inschatting van te maken.
2.6. Hoogte kerstuitkering en overlijdensuitkering Caribisch Nederland
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie merken op dat de regering met het voorliggende wetsvoorstel een onbedoeld nadeel
wil herstellen voor de inwoners van Sint Eustatius en Saba. Deze leden steunen dit.
De leden vragen om hoeveel personen het gaat en hoe groot het nadeel is dat via deze
wet wordt weggenomen.
2.12. Inclusiviteitsopslag in de Wet banenafspraak en de Wet kinderopvang
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie vragen nader toe te lichten om welke inclusiviteitsopslag het gaat. Ook vragen deze
leden hoe hoog deze is en welke (totale) premieopbrengst daarmee gemoeid is.
3. Uitvoering
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben enkele vragen over de uitvoeringstoets van de Nederlandse Arbeidsinspectie
(NLA). Deze leden merken op dat de NLA kritiek heeft op de gekozen formulering bij
artikel 12. Zo schrijft de NLA dat er sprake is van een niet concrete doelbepaling,
waardoor niet met een waarschuwing kan worden opgetreden. Deze leden vragen welke
overwegingen de regering heeft gehad om dit artikel niet verder te concretiseren.
Deze leden vragen om aan te geven waar nog meer aan gedacht kan worden en daarmee
de niet limitatieve lijst in antwoord op deze vraag aan te vullen.
De voorzitter van de commissie, Van der Burg
Adjunct-griffier van de commissie, Van den Broek
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. van der Burg, voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Mede ondertekenaar
E.E. van den Broek, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.