Stenogram : Wadden
8 Wadden
Vergaderjaar 2024-2025
Vergaderingnummer 60
Te raadplegen sinds
2025-05-30Inhoudsopgave
Gerelateerde informatie
Toon alle stukken over dossier29684Toon alle items in vergaderingHandelingen TK 2024-2025, 60
Wadden
Aan de orde is het tweeminutendebat Wadden (CD d.d. 06/02).
De voorzitter:
Ik heropen de vergadering. Aan de orde is het tweeminutendebat Wadden. Ik heet ook de minister van Infrastructuur en Waterstaat van harte welkom. De staatssecretaris blijft ook aanwezig bij dit debat, dat is aangevraagd door de heer Soepboer. Zeven leden hebben spreektijd gevraagd. De heer Soepboer spreekt als eerste, als aanvrager, en namens de fractie van Nieuw Sociaal Contract. Gaat uw gang.
De heer Soepboer (NSC):
Dank, voorzitter. Ik heb drie moties en een vraag. Ik begin direct. De eerste motie gaat over het uitsluiten van het varen op tij.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat op tij varen het aantal afvaarten zal verminderen, wat ten koste zal gaan van voorspelbaarheid, en daarmee de bereikbaarheid van de Waddeneilanden en de kustgemeenten zal doen afnemen;
verzoekt de regering het op tij varen uit te sluiten en dit als zodanig terug te laten komen in de komende concessies,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Soepboer, Pierik, Grinwis, Aukje de Vries en Vedder.
Zij krijgt nr. 280 (29684).
De heer Soepboer (NSC):
Een motie over het optimaliseren van baggeren.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat door de huidige manier van baggeren er dagelijks circa twaalf uur wordt gebaggerd om de eilanden bereikbaar te houden;
overwegende dat door het optimaliseren van de baggerwerkzaamheden een betere bereikbaarheid tussen land en eiland gerealiseerd wordt en uitstoot verminderd kan worden;
verzoekt de regering te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om de baggerwerkzaamheden in het Waddengebied te optimaliseren, bijvoorbeeld door dieper te baggeren en de baggerspecie verder weg te brengen, en dit te rapporteren aan de Kamer,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Soepboer, Grinwis, Aukje de Vries en Vedder.
Zij krijgt nr. 281 (29684).
De heer Soepboer (NSC):
De laatste motie gaat over de interinsulaire verbinding, in de volksmond ook wel "het schoolbootje" genoemd.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de vaarverbinding tussen Vlieland en Terschelling momenteel niet in een concessie opgenomen is, hetgeen zorgt voor onzekerheid over de toekomst van deze belangrijke verbinding;
overwegende dat deze interinsulaire verbinding breed wordt gebruikt en erg belangrijk is voor de wederzijdse bereikbaarheid en de leefbaarheid;
verzoekt de regering om de interinsulaire verbinding tussen Vlieland en Terschelling (het scholierenbootje) op te nemen in het PvE voor de concessie Friese Waddenveren West 2029-2044,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Soepboer, Vedder, Aukje de Vries, Grinwis en Chakor.
Zij krijgt nr. 282 (29684).
De heer Soepboer (NSC):
Dan rest mij nog één vraag, over de aanlanding van de kabels die onder Schiermonnikoog langskomen. We hebben daar woorden over gewisseld in het debat. Ik heb van de minister gehoord dat de oostelijke variant niet zou kunnen omdat Duitsland nee heeft gezegd. Ik heb gevraagd hoe hard die "nee" is. Daar zou nog onderzoek naar worden gedaan. Ik vraag u of inmiddels duidelijk is hoe hard die "nee" is. Ik wil u vragen om dat schriftelijk naar de Kamer te doen toekomen, net als de "nee" van Duitsland. Ik wil die "nee" van Duitsland dus graag zwart-op-wit in de Kamer zien.
Voorzitter. Dank u wel.
De voorzitter:
Dank voor uw inbreng. We gaan luisteren naar de heer Pierik van de fractie van de BBB. Gaat uw gang.
De heer Pierik (BBB):
Dank u wel, voorzitter. Ik heb één vraag en één motie. De vraag gaat over de motie over de watertaxi, die we op 14 januari hebben ingediend. Die motie is getekend door Pierik, Soepboer, Veltman en Heutink. Er zou binnen zes weken een concrete oplossing moeten komen voor die verbinding met Ameland. Mijn vraag is als volgt: die zes weken zijn inmiddels overschreden, dus hoe staat het met de watertaxi die ook in de nacht naar Ameland moet varen om zo calamiteiten te voorkomen?
Dan de motie.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat een stabiele en betrouwbare veerdienstverbinding essentieel is voor de bereikbaarheid van de Waddeneilanden, en dat eilander ondernemers sterk afhankelijk zijn van deze verbindingen voor hun bedrijfsvoering, onder andere voor het overbrengen van toeristen, personeel en goederen;
overwegende dat ondernemers een cruciale rol spelen in het waarborgen van de leefbaarheid en het bevorderen van een gezonde lokale economie op de Waddeneilanden;
constaterende dat in de nota van uitgangspunten voor de nieuwe veerconcessies wel een adviesrecht is opgenomen voor bewoners, maar dat eilander ondernemers hierin nog niet zijn vertegenwoordigd;
verzoekt de regering om in de programma's van eisen en in de uiteindelijke concessies voor de Waddenveren een zwaarwegend adviesrecht voor de eilander ondernemersorganisaties op te nemen, waarvan alleen gemotiveerd afgeweken kan worden, en over de uitwerking hiervan op korte termijn in overleg te treden met de betreffende ondernemersorganisaties,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Pierik.
Zij krijgt nr. 283 (29684).
Hartelijk dank. Dan is het woord aan de heer Krul. Hij voert het woord namens de CDA-fractie.
De heer Krul (CDA):
Voorzitter. Ik begin met drie complimenten voor de minister. Drie! Die kan hij in z'n zak steken. We zijn blij met de toezeggingen die zijn gedaan rond de veerdienst tussen Texel en Den Helder. We zijn ook blij dat de minister gaat kijken naar een eventuele extra onderhoudsploeg die hiermee aan de slag kan gaan. Maar we zijn ook blij met de toezeggingen die zijn gedaan omtrent het cultuurhistorische schapenlandschap op Texel en de afkoopsom rondom de haven van de Oudeschild. Dat waren mooie signalen in het commissiedebat.
Voorzitter. Maar dan een motie.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de hoogste en de oudste gietijzeren vuurtoren van Europa, de Lange Jaap, al jarenlang staat weg te rotten als gevolg van gebrekkig onderhoud;
overwegende dat er momenteel gewerkt wordt aan de voorlopige en definitieve ontwerpfase voor het voorkeursscenario Renoveren-Stabiliseren van deze parel van het Noorden;
overwegende dat de inwoners van Den Helder al vier jaar wachten op uitsluitsel over renovatie van hun icoon;
verzoekt de regering zo snel als mogelijk de beleidskeuze voor renovatie te maken, en de Kamer over de gemaakte keuze uiterlijk voor 1 juli 2025 te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Krul, Vedder, Grinwis, Aukje de Vries en Soepboer.
Zij krijgt nr. 284 (29684).
De heer Krul (CDA):
Voorzitter. Al sinds 2021 — dat deed ik toen nog als raadslid — knok ik voor het behoud van de Lange Jaap. De Kamer heeft zich daar bijna Kamerbreed voor uitgesproken; dat deden eigenlijk alle partijen hier. We begrijpen dat de minister dat uitsluitsel vorige week niet kon geven. Maar het feit dat hij aangeeft dat er ergens in 2025 wél een keuze gaat worden gemaakt, vinden wij toch nog onvoldoende. Met deze motie stellen we daar een deadline aan, namelijk om dat voor 1 juli te doen. Dat is concreet. Dan weten de inwoners ook waar ze aan toe zijn. Wij denken dat we de minister er juist een handje mee helpen. Dat geeft hem namelijk ook wat duidelijkheid. Misschien zorgt dat ook voor een klein beetje urgentiegevoel voor die toren daar.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank voor uw inbreng. De heer Grinwis gaat nu spreken namens de ChristenUnie. Gaat uw gang.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Voorzitter, dank u wel. Ik heb één motie. De aanleiding voor die motie is het gegeven dat er zo veel onzekerheden zijn rond onze Waddenveren en de nieuwe concessie die vanaf 2029 in zou moeten gaan, dat het onverantwoord zou zijn om nu in te zetten op een reguliere concessie van vijftien jaar, zeker in Oost. Maar ook in West klinken bezwaren.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat er met betrekking tot de nieuwe concessie Waddenveren Oost veel onduidelijkheden spelen, zoals de uitkomst van de MIRT-verkenning Ameland en de vaargeul, elektrificatie en de netcongestie, en inzake het autobeleid op Ameland;
overwegende dat er met betrekking tot de concessie Waddenveren West vergelijkbare onzekerheden spelen met betrekking tot elektrificatie en netcongestie en het feit dat de gemeente Terschelling daarnaast aan de vooravond staat van een grootschalige havenrenovatie;
verzoekt de regering voor beide Waddenverenconcessies (Oost en West) in te zetten op een tussenconcessie, met een zodanige looptijd dat gedurende die concessie de relevante beïnvloedbare onzekerheden fors worden gereduceerd, in plaats van op nieuwe reguliere concessies met een looptijd van vijftien jaar,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Grinwis, Soepboer, Vedder en Chakor.
Zij krijgt nr. 285 (29684).
Dank u wel. Het lid Heutink gaat nu spreken namens de PVV-fractie. Gaat uw gang.
De heer Heutink (PVV):
Voorzitter. Ruim zes weken geleden nam deze Kamer een motie aan om binnen zes weken met een oplossing te komen voor de watertaxi. Waar blijft die oplossing, vragen we aan de minister. Ik zei het al eerder: het kan toch niet zo moeilijk zijn om een boot te laten varen?
Voorzitter. Dan het schrappen van ruim 350 afvaarten door TSM. Dat is voor ons echt niet uit te leggen. Daarom de volgende motie.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de Terschellinger Stoomboot Maatschappij in 2025 van plan is 350 afvaarten te schrappen vanwege een personeelstekort en de wens om niet meer schadelijke stoffen uit te stoten dan redelijkerwijs noodzakelijk is;
constaterende dat er jaarlijks meer dan 700.000 mensen zijn die afreizen naar Terschelling en Vlieland en dat al deze mensen, alsook het toerisme en de economie, afhankelijk zijn van een betrouwbare en frequente veerdienst;
van mening dat een personeelstekort op te lossen valt en daarna de motivatie om de afvaarten te schrappen vervalt;
verzoekt de regering om alles op alles te zetten zodat TSM zo snel als mogelijk en zo veel mogelijk geschrapte afvaarten terugneemt in de dienstregeling,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Heutink.
Zij krijgt nr. 286 (29684).
De heer Heutink (PVV):
Voorzitter, tot slot. Het moet maar eens afgelopen zijn met het lukraak verhogen van de tarieven voor de overtocht. Daarom de volgende motie.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat concessiehouders, volgens afspraken in de huidige concessie, altijd de tarieven tot een maximum van 5% mogen verhogen, boven op de jaarlijkse index;
van mening dat een eenzijdige afweging over het jaarlijks verhogen van de ticketprijzen onwenselijk is;
verzoekt de regering bij de nieuwe concessie het tariefverhogingsplafond te schrappen, en zorg te dragen dat iedere tariefverhoging na een voorhangprocedure in de Kamer moet worden goedgekeurd door de regering,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Heutink.
Zij krijgt nr. 287 (29684).
De heer Heutink (PVV):
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank voor uw inbreng. We gaan nu luisteren naar mevrouw Aukje de Vries, die het woord voert namens de VVD-fractie. Gaat uw gang.
Mevrouw Aukje de Vries (VVD):
Dank u wel, voorzitter. Ik heb een aantal moties mede ingediend, maar dat heeft u al vernomen van mijn collega's.
Ik sluit me aan bij de vragen over de watertaxi, want dat is al lang een heet hangijzer.
Ik had in het debat nog gevraagd naar de haven van Terschelling. Ik was benieuwd wanneer de minister wat meer duidelijkheid kan geven over hoe dat geregeld gaat worden.
Ik heb een motie.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de veerverbinding voor de Waddeneilanden een levensader is;
overwegende dat de bereikbaarheid en de betaalbaarheid voor de bewoners van de Waddeneilanden en de ondernemers van cruciaal belang zijn;
verzoekt de regering in de concessie voor Vlieland/Terschelling en Ameland/Schiermonnikoog in ieder geval heldere, afrekenbare, afspraken op te nemen met betrekking tot:
-de diepte en de breedte van de vaargeulen voor een goede en veilige verbinding;
-de betaalbaarheid voor de eilanders en de badgasten, inclusief duidelijkheid over tussentijdse prijsstijgingen;
-de frequentie die zorgt voor een bereikbaarheid die niet verslechtert ten opzichte van de huidige dienstregeling;
-gereserveerde plekken voor eilandbewoners voor noodgevallen;
-financiële transparantie van de rederijen (rekening houdend met bedrijfsvertrouwelijkheid),
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Aukje de Vries, Soepboer en Grinwis.
Zij krijgt nr. 288 (29684).
Hartelijk dank. Als laatste in deze termijn van de Kamer is het woord aan mevrouw Chakor. Zij voert het woord namens de fractie GroenLinks-Partij van de Arbeid. Gaat uw gang.
Mevrouw Chakor (GroenLinks-PvdA):
Dank, voorzitter. Ik heb een motie in relatie tot de concessie voor de Waddenveren en een vraag, waarmee ik begin. We willen volgens mij allemaal een toekomstbestendige concessie, duidelijkheid en zekerheid. In een voetnoot in de nota van uitgangspunten, op pagina 39, staat bij de risico's dat de Staat de restwaarde van de schepen overneemt als deze door radicale beleidswijzigingen onbruikbaar worden. Nou is de afspraak dat de Waddenvloot uiterlijk in 2040 klimaatneutraal wordt, dus uiterlijk halverwege de concessieperiode. Mijn vraag is: wat betekent deze voetnoot? Verplicht die ons om de onbruikbare fossiele boten over te kopen? Dat is een onvoorzien risico. Dat weten we nu al. Ik krijg hierop graag een reactie.
Voorzitter. Dan mijn motie.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de concessie voor de Waddenveren een door de Staat aanbesteed monopolie vormt, waarbij de concessiehouder een gegarandeerde en concurrentievrije markt wordt geboden;
overwegende dat de huidige concessie afspraken bevat over (dreigende) overschrijdingen van een redelijk rendement, maar deze bepaling vooralsnog niet is gehandhaafd of zelfs maar gecontroleerd;
overwegende dat hierdoor niet kan worden nagegaan of eilanders en bezoekers niet meer moeten betalen dan redelijk is volgens de concessieafspraken;
verzoekt de regering om de Kamer (desnoods vertrouwelijk) te informeren over in het verleden behaalde rendementen;
verzoekt de regering om in de komende concessie de concessiehouder te verplichten hier jaarlijks op te rapporteren en mogelijke overwinsten af te laten dragen aan een speciaal fonds voor bijzondere mobiliteitsbehoeften van eilanders,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Chakor.
Zij krijgt nr. 289 (29684).
Hartelijk dank. Dat was het einde van de termijn van de Kamer.
Voordat ik ga zeggen dat we tien minuten gaan schorsen, vermeld ik dat om 13.30 uur de herdenking van het overlijden van de heer Frits Bolkestein staat gepland. Dat tijdstip staat vast. Ik verzoek de leden dus om niet te veel te interrumperen. Als het echt niet lukt om dit tweeminutendebat af te ronden voor 13.30 uur, dan hebben we na de herdenking de lunchpauze en gaan we daarna verder met het tweeminutendebat. Anders kan ik het niet organiseren. Ik hoop dat het lukt. We gaan tien minuten schorsen en dan gaan we door met dit tweeminutendebat.
De vergadering wordt van 13.06 uur tot 13.14 uur geschorst.
De voorzitter:
Ik heropen de vergadering. Aan de orde is de voortzetting van het tweeminutendebat Wadden. We zijn toegekomen aan de reactie van het kabinet. Ik geef het woord aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat.
Minister Madlener:
Voorzitter, dank u wel. Ik zal gelijk beginnen. Mijn collega Chris Jansen is nog onderweg, maar gezien de tijd is het misschien het beste als ik gelijk van start ga.
Aan mijn adres zijn twee motie gericht: de motie op stuk nr. 281 en de motie op stuk nr. 284. Die zal ik eerst bespreken. Daarnaast waren er nog een aantal vragen. Ik begin met de motie op stuk nr. 281 van Soepboer, Grinwis, De Vries en Vedder. Daarin staat: "verzoekt de regering te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om baggerwerkzaamheden in het Waddengebied te optimaliseren." Dat is een hele goede vraag. We hebben het hier al vaker over gehad. Die sluit ook aan bij eerdere moties. Ik moet heel even kijken of ik mijn antwoorden goed heb staan. Hier heb ik het. Sorry. De motie sluit aan op de aangehouden motie van de heer De Groot en de heer Soepboer. Ik verwacht de Kamer nog deze maand hierover te kunnen informeren. Ik vind dit een goede motie. Dat heb ik al eerder gezegd. Maar omdat ik nog geen toezegging kan doen, moet ik de motie ontijdig verklaren.
De heer Soepboer (NSC):
Ik heb nog een korte reactie daarop. De motie sluit misschien aan op die van de heer De Groot, maar deze gaat verder. De motie van de heer De Groot gaat over hoe we in de tussentijd de bevaarbaarheid kunnen garanderen. Deze motie gaat over het verkennen van andere manieren van baggeren, zoals dieper baggeren of baggerspecie verder weg leggen. Dat is echt iets anders.
Minister Madlener:
Ik ben ook blij met deze motie. Het is heel verstandig om dit te bekijken. We zijn er ook al mee bezig. Normaal gesproken zou ik dus moeten zeggen dat het ondersteuning is van beleid, maar dat willen we volgens mij niet meer. Vandaar dat ik zeg: ontijdig. En als u toch iets anders wilt horen, dan is "oordeel Kamer" natuurlijk ook akkoord. Maar we zijn er dus al mee bezig.
De voorzitter:
Was het nu "oordeel Kamer"? Ja? Oké, goed: oordeel Kamer.
Minister Madlener:
Als we een goede bui hebben, kunnen we dat ervan maken. Dan de motie op stuk nr. 284, over de Lange Jaap. Ik heb onlangs een brief naar de Kamer gestuurd, waarin een aantal scenario's zijn verkend. We hebben gekozen voor renoveren en stabiliseren. Dat is denk ik een hele belangrijke stap. Er lopen nu diverse onderzoeken naar de uitvoerbaarheid hiervan. Versnellen kan ik dat helaas niet. In juni een finaal oordeel geven lukt dus niet. Ik kan u wel in juni een update geven van de stand van zaken. Ik hoop dat u daarmee ook kunt leven.
De voorzitter:
De heer Krul schudt nee, maar wil het woord.
De heer Krul (CDA):
Daar kan ik niet mee leven. Mijn voorkeursscenario is dat ik na mijn Kamerlidmaatschap voetballer bij Feyenoord word. Ik ben dat ook al twee jaar aan het onderzoeken. Ik weet nog niet wanneer dat onderzoek afgerond is, maar dan gaan we kijken of dat haalbaar is. Dat zegt natuurlijk helemaal niks. We zijn al twee jaar bezig met "bekijken of de voorkeur haalbaar is". Dat is echt lang zat. Nu heeft de minister in een brief aangegeven dat dat ergens in 2025 moet leiden tot een oordeel. Maar de minister weet toch gewoon welke onderzoeken er nu lopen van welke bedrijven, wanneer die onderzoeken naar verwachting klaar zijn en wanneer hij een besluit kan nemen. Het is toch heel gek dat hij daar niks over kan zeggen? Dan zeggen wij: doe dat dan in juli 2025. Als de minister zegt "nee, dat wordt september", dan vind ik dat vervelend, maar er moet nu gewoon duidelijkheid komen over het wanneer.
Minister Madlener:
Dat lijkt zo. Het lijkt redelijk wat de heer Krul zegt, maar dat is het toch niet. Want het is een gietijzeren vuurtoren met een hele specifieke constructie. Wij hebben niet zo snel alle ervaring in huis om zo'n vuurtoren te kunnen renoveren. We hebben wel een voorkeurskeuze gemaakt: renoveren en stabiliseren. Dat lijkt ons verstandig. Maar we moeten natuurlijk wel goed uitzoeken hoe dat moet, wat dat gaat kosten en hoe we dat gaan dekken. Dat zijn echt ingewikkelde vragen, dus ik kan daar niet op zo'n korte termijn uitsluitsel over geven. Maar ik denk wel dat u blij bent dat renoveren en stabiliseren op dit moment het meest wenselijk lijkt.
De heer Krul (CDA):
Wat het meest wenselijk lijkt, is iets waar wij natuurlijk blij mee zijn, maar het feit dat we al twee jaar aan het kijken zijn of wat wij wenselijk vinden ook kan, stemt mij niet hoopvol. Als de minister zegt "op dát moment weet ik wanneer het wél kan", dan kan ik met iets naar huis. Als de minister zegt dat hij dat niet weet, dan is dat een heel gek antwoord. Ik wil dus gewoon van de minister horen op welk moment hij kan aangeven of het voorkeursscenario ook haalbaar is. Daar kan de minister gewoon een datum aan koppelen, anders tast hij zelf ook in het duister. Ik kan me niet voorstellen dat de minister daar zelf blij mee is.
De voorzitter:
Ja, meneer Krul, uw punt is duidelijk.
Minister Madlener:
Ik kan daar wel een datum aan koppelen, maar dat moet ik wel waarmaken. Wat dat betreft ben ik toch afhankelijk van derden die ons adviseren over hoe deze ingewikkelde constructie behouden kan worden. Dat moet ook op een goede manier gebeuren. Het is niet zo eenvoudig als het lijkt, juist omdat het zo'n bijzondere vuurtoren is. Ik wil beloven dat ik u zo snel mogelijk up-to-date houd over de stand van zaken. Mijn ambtenaren geven aan dat we in juni wel iets te vertellen hebben. Ik kan hier van alles beloven, maar het moet ook waargemaakt kunnen worden. Dat schijnt toch niet zo makkelijk te zijn. Ik wil u ook best nog een brief toesturen over waar we nu mee bezig zijn, als u dat wilt. Als ik dat kan toezeggen, dan ...
De heer Krul (CDA):
Dank. Dan wil ik graag een brief over de onderzoeken. Dan hoef ik geen eindtijd van die onderzoeken, maar wil ik wel weten wélke onderzoeken er lopen; wat zijn we na twee jaar nog steeds aan het onderzoeken om erachter te komen of dat renoveren en stabiliseren haalbaar is? Dat wil ik graag in een brief. En als de minister mij dan in juni kan aangeven waar we staan, dan hebben we íéts. Maar ik vind het nog steeds heel gek dat de minister niet kan aangeven wanneer er een besluit genomen gaat worden.
Minister Madlener:
Ik zal u per brief beter informeren over wat we precies doen. Dat zorgt wellicht voor wat meer begrip voor waarom het zo lang duurt. Ik moet er ook maar mee dealen. Ik kan geen ijzer met handen breken, en zeker geen gietijzer in dit geval.
De heer Heutink (PVV):
Een besluit nemen over een voorkeursscenario zegt niet zo veel; dat weet iedereen. Dat is een besluit met eigenlijk niks. Daar heeft niemand wat aan. De minister kan toch gewoon zeggen: "Ja, we willen dat ding renoveren en stabiliseren? Ja, dat gaan we doen." Dát is een besluit, een voorkeursscenario is dat niet. Daarmee zegt u: dat gaan we doen, maar ik kom er later bij u op terug hoe we dat doen. Maar dan hebben de mensen in Den Helder wel duidelijkheid. Volgens mij kan de minister dat hier vandaag toch ook uitspreken?
Minister Madlener:
Daar ben ik het niet mee eens. Als ik zo'n besluit zou nemen, wil ik wel dat dat ook financieel gedekt is. Anders heeft het besluit geen zin. We moeten natuurlijk een besluit nemen dat technisch haalbaar is en betaalbaar. Het moet allemaal geregeld zijn, anders heeft een besluit geen zin. Een besluit nemen is niet het doel. Het doel is het behoud van de vuurtoren. We hebben al gezegd dat renoveren en stabiliseren ons het beste lijkt. Het had ook anders kunnen zijn. Hij had ook in een staat kunnen zijn waarbij je zegt: we zien er niets meer in; slopen is de enige oplossing. Dat hebben we niet gezegd. Dat is dus goed nieuws. Maar hoe zo'n gietijzeren toren behouden kan blijven, is toch erg ingewikkeld. Het heeft gewoon even tijd nodig. Ik ga u een brief sturen met waar we nu mee bezig zijn. Uiteindelijk zal er een besluit moeten komen, maar het moet wel een financieel gedekt besluit zijn.
De voorzitter:
Wat is het oordeel over de motie?
Minister Madlener:
Ontijdig, kan ik dan zeggen.
De voorzitter:
Oké.
Minister Madlener:
Dan had ik nog een aantal vragen. Zal ik die nu doen?
De voorzitter:
Ja. Ik denk dat ik ga schorsen nadat u bent geweest. We gaan dit namelijk niet meer afronden voor 13.30 uur. Als er interrupties worden gepleegd, kan ik niet snel doorgaan.
Minister Madlener:
Ik heb nog twee korte vragen. De aanlanding via Duitsland. Hoe hard is de nee van Duitsland? Ik zal dat met mijn collega van KGG bespreken. Ik zal het schriftelijk aan de Kamer mededelen.
Dan de haven in Terschelling. Ik heb al toegezegd dat er uiterlijk in mei een brief komt. Dat zeg ik hier opnieuw toe.
De voorzitter:
Dan hebben we toch nog wat tijd. We gaan beginnen met de staatssecretaris. We gaan kijken of we het voor 13.30 uur afkrijgen.
Staatssecretaris Jansen:
Dank, voorzitter. Ik heb één vraag en acht moties. Mevrouw Chakor van GroenLinks-Partij van de Arbeid vroeg wat de voetnoot in de nota van uitgangspunten betekent, over dat de Staat verplicht is om deze schepen over te nemen. Laat ik heel duidelijk stellen dat het niet de bedoeling is dat wij als Staat het risico lopen dat we schepen moeten overnemen. Heel eerlijk gezegd herkennen we ons alleen niet helemaal in de voetnoot. Ik heb ook niet de tijd gehad om het voor u uit te zoeken, mevrouw Chakor. Vindt u het goed als ik daar deze maand schriftelijk bij u op terugkom?
De voorzitter:
Ze knikt instemmend.
Staatssecretaris Jansen:
Dan kom ik bij de moties. De motie op stuk nr. 280 van NSC ...
De voorzitter:
O, de heer Heutink heeft een interruptie.
De heer Heutink (PVV):
Excuus, ik heb eigenlijk een punt van orde. De vraag over de watertaxi is nog blijven liggen. Ik weet dat u in tijdsnood bent, voorzitter, maar dan moet het maar na de tijd. Ik wil die vraag nog echt beantwoord zien door de minister.
Staatssecretaris Jansen:
Ik ga door, voorzitter. De motie op stuk nr. 280 van NSC verzoekt de regering het op tij varen uit te sluiten en dit als zodanig terug te laten komen in de concessie. Die moet ik ontraden. Ik ben tegen de verslechtering van de bereikbaarheid, maar ik kan op tij varen vooraf gewoonweg niet uitsluiten.
De motie op stuk nr. 282 van de heer Soepboer van NSC verzoekt de regering om de verbinding tussen Vlieland en Terschelling vast te laten leggen in de aankomende concessie Friese Waddenveren West. Die wordt ook wel "de scholierenboot" genoemd. Ik geef de motie oordeel Kamer, mits ik 'm als volgt mag lezen. Ik vraag de nieuwe concessiehouder om over de verbinding Vlieland-Terschelling in overleg te treden met de gemeente. Als ik 'm zo mag interpreteren, geef ik 'm oordeel Kamer. Als ik 'm op een andere manier moet interpreteren, dan moet ik 'm helaas ontraden.
De heer Soepboer (NSC):
U moet 'm op een andere manier interpreteren, helaas. Het is wat er staat.
Staatssecretaris Jansen:
Dat begrijp ik. Dan is het oordeel helaas: ontraden.
Ik kom bij de motie op stuk nr. 283 van de heer Pierik, BBB. Die verzoekt de regering om in de programma's van eisen en in de uiteindelijke concessie een zwaarwegend adviesrecht voor de eilander ondernemersorganisaties op te nemen. Ook die kan ik oordeel Kamer geven, mits ik de motie als volgt mag interpreteren. De ondernemers op de eilanden worden vertegenwoordigd door consumentenorganisaties en de gemeentes. Dat is namelijk wettelijk verplicht. Voor ondernemers is dat niet het geval. Als ik 'm zo mag interpreteren, kan ik 'm oordeel Kamer geven.
De heer Pierik (BBB):
Zo zou ik 'm niet willen interpreteren. Het gaat erom dat die ondernemersorganisaties echt aan tafel komen, dus niet op de bagagedrager van gemeentes, maar gewoon als zelfstandige organisaties in de Wadden.
Staatssecretaris Jansen:
Er wordt in de motie ook gevraagd om beargumenteerd af te wijken. Dat gaat allemaal te ver. Dat kan ik niet garanderen. Dan moet ik 'm dus ontraden.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 283: ontraden.
Staatssecretaris Jansen:
Dan de motie op stuk nr. 285 van de heer Grinwis van de ChristenUnie, de heer Soepboer van NSC en de heer Krul van het CDA, over een concessie met een kortere looptijd in plaats van vijftien jaar. Ook die motie kan ik oordeel Kamer geven, mits ik de motie zo mag lezen dat ik flexibiliteit inbouw om de onzekerheden een plek te geven. Anders moet ik de motie ontraden, want als ik voor een kortere periode met een concessie ga werken, gaan wij dubbel werk doen. Dat gaat ook kostenverhogend werken. De kans is ook vrij groot dat er dan minder partijen inschrijven op de concessie. Vandaar dat ik de motie oordeel Kamer kan geven, als u mij toestaat om dit flexibel op te nemen in de langdurige looptijd van vijftien jaar. Anders moet ik de motie ontraden.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Het spijt me opnieuw voor de staatssecretaris, maar dit is te veel toe geredeneerd naar de staatssecretaris en naar een soort reguliere, nieuwe concessie met meer flexibiliteit. Dus nee, er staat wat er staat. Dat heeft ermee te maken dat een verlenging van de huidige concessie niet kan; dat is immers de achterliggende gedachte. We hebben het dus "een tussenconcessie" genoemd, maar de achterliggende gedachte is zo veel mogelijk het idee van verlenging, totdat cruciale onzekerheden, zoals die in de motie worden genoemd, zijn verholpen. Anders wordt het immers toch weer een reguliere concessie met extra onzekerheid.
De voorzitter:
U herhaalt uzelf. De staatssecretaris.
Staatssecretaris Jansen:
Wij denken hetzelfde te kunnen bereiken door flexibiliteit in te bouwen. Dan moet ik de motie dus ontraden.
De motie op stuk nr. 286 van de heer Heutink van de PVV verzoekt de regering alles op alles te zetten om zo veel mogelijk geschrapte vaarten weer terug te krijgen in de dienstregeling van Doeksen. Die motie geef ik oordeel Kamer, mits ik de motie zo mag lezen dat we in gesprek gaan met de rederij om binnen de mogelijkheden zo veel mogelijk afvaarten te realiseren in de dienstregeling. Ik begrijp dat dat een half antwoord is.
De heer Heutink (PVV):
Als de staatssecretaris nou had gezegd dat hij in gesprek gaat met de rederij om te zorgen dat al die afvaarten weer zo veel mogelijk terugkomen in de dienstregeling, was ik het natuurlijk helemaal met hem eens geweest, maar dit doet natuurlijk helemaal niets.
Staatssecretaris Jansen:
Ik wil het gesprek best wel laten voeren of zelf voeren, maar het gaat erom dat zij op dit moment met de huidige dienstregeling gewoon aan de concessie voldoen. Wij kunnen dus alleen maar dat gesprek met hen beginnen, maar we kunnen het niet afdwingen op die manier.
De heer Heutink (PVV):
Dan komt de motie gewoon in stemming.
De voorzitter:
Wat is dan het oordeel?
Staatssecretaris Jansen:
Dan is het oordeel: ontraden.
Dan de motie op stuk nr. 287, ook van de heer Heutink. Die verzoekt om bij de nieuwe concessie iedere tariefsverhoging voor te hangen bij de Tweede Kamer. Ook deze motie moet ik ontraden. Ik snap echt wel de wens om de veerdienst betaalbaar te houden. Daarom zullen we in de nieuwe concessie een maximumtariefsniveau vaststellen. Het voorhangen van de halfjaarlijkse tariefstijging is echter geen optie, want dat zou waarschijnlijk betekenen dat er geen of heel weinig inschrijvingen komen. Om die reden moet ik deze motie ontraden.
De motie op stuk nr. 288 is van mevrouw De Vries en de heer Soepboer, dus van de VVD en NSC. Daarin wordt gevraagd of ik een vijftal afspraken wil opnemen: over de diepte en breedte van de vaargeulen, de betaalbaarheid voor de eilanders en badgasten, een frequentie die zorgt voor een betere bereikbaarheid, gereserveerde plaatsen voor eilandbewoners en financiële transparantie. Ik noem ze alle vijf, omdat ik de motie moet ontraden. De tweede optie, de derde optie en de vierde optie vinden wij prima; die nemen wij ook op, maar we kunnen de zojuist genoemde eerste en vijfde optie niet opnemen. Dat is de reden waarom ik deze motie in haar geheel moet ontraden.
De motie op stuk nr. 289, de laatste motie, verzoekt de regering om te rapporteren over financiële rendementen in het verleden en in de toekomst. Financiële resultaten zijn natuurlijk bedrijfsvertrouwelijk. Daar kunnen we dus helaas niet aan voldoen. Daarom is het oordeel: ontraden.
De voorzitter:
Dank. Dan geef ik nog even de minister het woord om de laatste vraag van de heer Heutink te beantwoorden.
Minister Madlener:
Die vraag ging over de watertaxi. Ik kan de Kamer toezeggen om op een zo kort mogelijke termijn met een schriftelijke reactie te komen, om aan te geven waar we staan. Het gaat natuurlijk ook om veiligheid. Dat heeft iets meer tijd nodig dan de eerder gevraagde termijn van zes weken, maar op korte termijn kom ik met een brief naar de Kamer.
De voorzitter:
Hartelijk dank. Dan zijn we aan het einde gekomen van dit tweeminutendebat.
De beraadslaging wordt gesloten.
De voorzitter:
We gaan hier aanstaande dinsdag over stemmen. We schorsen een ogenblik en dan gaan we de herdenking doen ter gelegenheid van het overlijden van de heer Frits Bolkestein.
De vergadering wordt van 13.30 uur tot 13.34 uur geschorst.